Dick Kamp: De nieuwe regierol van pensioenfondsbestuurders
Dick Kamp: De nieuwe regierol van pensioenfondsbestuurders

Door Dick Kamp, Director Pension, Investment & Risk bij Milliman Pensioen
De Wet toekomst pensioenen (Wtp) brengt een fundamentele verandering in het werk van pensioenfondsbestuurders. Het nieuwe pensioencontract is tot in detail uitgewerkt, waardoor veel van de vroegere beslissingsvrijheid verdwijnt. Maar dit betekent geenszins dat de rol van de bestuurder minder belangrijk wordt. Integendeel: de focus verschuift naar vier cruciale gebieden die samen bepalen of een pensioenfonds werkelijk ‘in control’ blijft.
1) Strategisch herijken met sociale partners
Elke drie tot vijf jaar vindt er een strategisch gesprek plaats tussen pensioenfondsbestuurders en sociale partners om de pensioenregeling en gemaakte afspraken (doelen en ambities) tegen het licht te houden. Dit gesprek draait om het vinden van de juiste balans in de driehoek premie, risico, en ambitie. Dit is een delicate evenwichtsoefening.
Het risicoprofiel wordt gebaseerd op risicopreferentieonderzoeken onder deelnemers, aangevuld met wetenschappelijke inzichten en kennis over de deelnemerspopulatie. De pensioenambitie krijgt vorm via ALM-berekeningen, waarbij premie en risico per leeftijdsgroep zorgvuldig worden afgewogen.
De bestuurder vertaalt deze uitgangspunten naar een concreet beleggingsbeleid, rekening houdend met ESG-beleid, investment cases en verdere optimalisatiestudies. Hierbij worden verschillende beleggingsrisico's – van markt- tot valutarisico's – zorgvuldig beheerst.
2) Kwartaalmonitoring en bijsturing
Minstens elk kwartaal moet worden getoetst of de werkelijkheid nog aansluit bij de gehanteerde uitgangspunten. Hierbij worden externe ontwikkelingen betrokken op diverse gebieden:
- Economische ontwikkelingen
- Politiek en wet- & regelgeving
- Maatschappelijke trends
- Financiële markten
- Technologische ontwikkelingen
- Pensioensectorale ontwikkelingen
Cruciaal hierbij is een volledig overzicht van alle expliciete en impliciete uitgangspunten die ten grondslag liggen aan de afspraken met sociale partners. Dit betreft onder meer de samenstelling van deelnemerscategorieën, premies, salarissen, renteniveaus, risicopremies, inflatie, kosten en biometrische risico's. Bij afwijkingen bepaalt het bestuur of en hoe er moet worden bijgestuurd om de pensioenregeling op koers te houden.
3) Optimaliseren van de integere en beheerste bedrijfsvoering
De derde verantwoordelijkheid betreft het continu optimaliseren van de integere en beheerste bedrijfsvoering. Dit omvat:
- Governance: het versterken van bestuurlijke processen, het BOB-model en de bestuurscultuur.
- Beleggingsdomein: het verfijnen van de beleggingsportefeuille door selectie van beter passende financiële instrumenten en vermogensbeheerders.
- Biometrisch risicodomein: dieper inzicht ontwikkelen in risico's en dit vertalen naar verbeterde beheersing.
- Pensioenuitvoering: administratieve processen stroomlijnen en datakwaliteit verhogen.
- Pensioencommunicatie: de betrokkenheid van deelnemers vergroten.
Ook het implementeren van veranderende wet- en regelgeving en best practices valt onder deze verantwoordelijkheid: een taak die voortdurende aandacht vraagt.
4) Innovatie als structureel onderdeel van de governance
Waar optimalisatie bestaande processen verbetert, brengt innovatie echte vernieuwing met zich mee. Dit gaat verder dan kleine aanpassingen en betreft fundamentele vernieuwing op gebieden als:
- Het ontwikkelen van modernere waardeproposities voor deelnemers en werkgevers.
- Het ontwerpen van pensioenregelingen die beter aansluiten bij moderne HR-behoeften.
- Het integreren van geavanceerde technologie in pensioenoplossingen.
- Het verkennen van nieuwe samenwerkingsvormen.
De uitkomsten van innovatie kunnen input vormen voor zowel het herijkingsgesprek met sociale partners als voor lopende optimalisaties.
Conclusie: in control blijven
Het Wtp-contract fixeert de verdeling van rendement, kosten en risico's, maar laat de bestuurder des te meer regisseren op strategie, monitoring, optimalisatie en innovatie. Om daadwerkelijk in control te blijven, is nu actie vereist op drie fronten:
Actieplan voor pensioenfondsbestuurders
1)Monitoringsdashboard ontwikkelen: een effectief monitoringsdashboard met zorgvuldig gekozen KPI's is essentieel. Dit systeem moet afwijkingen van uitgangspunten tijdig signaleren en het bestuur in staat stellen proactief bij te sturen waar nodig.
2)Strategische kalender vastleggen: de strategische kalender van het pensioenfonds moet worden herzien om aan te sluiten bij de nieuwe verantwoordelijkheden. Hierin wordt bepaald welke onderwerpen op welk moment aandacht verdienen en hoe de bestuurlijke cyclus optimaal kan worden ingericht, al dan niet in relatie tot de stakeholders
3)Partner-ecosysteem bouwen: Een doordacht partner-ecosysteem – van actuariële adviseurs tot beleggingsadviseurs en IT-providers – kan zowel optimalisatie als innovatie ondersteunen. Hierbij is het belangrijk te bepalen welke expertise in huis is, welke moet worden ingehuurd en met welke partijen strategische samenwerkingen wenselijk zijn.
Pensioenfondsbestuurders die vandaag al beginnen met deze drie stappen, leggen het stevig fundament voor een wendbaar en toekomstbestendig pensioenfonds. Zo blijven zij ook na het invaren aantoonbaar in control. Niet alleen omdat het moet, maar vooral omdat het de deelnemers ten goede komt.
Dit is de drieënveertigste column in een serie over risicomanagement. De serie heeft tot doel de lezer te prikkelen om risicomanagement te beschouwen als een integraal onderdeel van het runnen van een pensioenfonds.