DNB: Zwakkere dollar raakt pensioenfondsen meer dan daling beurskoersen

DNB: Zwakkere dollar raakt pensioenfondsen meer dan daling beurskoersen

Pensionfunds US-dollar

In het eerste kwartaal van 2025 daalde de waarde van de beleggingen van Nederlandse pensioenfondsen in totaal met € 54 miljard (-3%) door koersveranderingen, blijkt uit nieuwe cijfers van DNB. Bij buitenlandse beleggingen droegen met name negatieve wisselkoersmutaties bij aan de verliezen. Met behulp van derivaten compenseerden pensioenfondsen een aanzienlijk deel van dit valuta-effect.

Nederlandse pensioenfondsen beheerden aan het einde van het eerste kwartaal van 2025 een vermogen van € 1771 miljard. Bijna de helft hiervan, zo'n € 808 miljard, houden zij aan in andere munteenheden dan de euro. Voor een groot deel zijn dit beleggingen in Amerikaanse dollars, ter waarde van € 551 miljard.

De beleggingen in dollars betreffen overigens niet alleen beleggingen in de Verenigde Staten (€ 450 miljard). Ook in andere landen wordt er voor een aanzienlijk bedrag in dollars belegd (€ 101 miljard), bijvoorbeeld in Zuid-Amerikaanse landen en zogeheten laagbelastende jurisdicties als de Bahama's en de Kaaimaneilanden, waar diverse Chinese bedrijven geregistreerd staan met als doel toegang te krijgen tot internationale aandelenbeurzen.

Valutarisico pakt negatief uit in eerste kwartaal 2025

Hoewel Nederlandse pensioenfondsen dus een groot deel van hun beheerd vermogen in andere valuta dan de euro beleggen, zijn hun verplichtingen in euro's, aangezien de pensioenen in euro's worden uitbetaald.

Doordat de dollar en verschillende andere valuta in het eerste kwartaal van 2025 in waarde daalden ten opzichte van de euro, nam de waarde van deze beleggingen omgerekend naar euro's af.

Dit valuta-effect was het grootst bij de Amerikaanse dollar: de verliezen door wisselkoersmutaties bedroegen hier € 24 miljard (-4%). Bij andere munteenheden bedroegen de verliezen door het valutarisico € 3 miljard (-1%).  Daarbovenop waren er ook nog verliezen door dalende beurskoersen van € 11 miljard op alle beleggingen in vreemde valuta (-1,3%) en van € 16 miljard op beleggingen in Euro (-1,7%).

Volgend op het eerste kwartaal zette de daling van de Amerikaanse dollar door, met nog eens circa -4,9% per eind mei, een valuta-effect van circa € -27 miljard. Aandelenkoersen daarentegen herstelden zich. Bijvoorbeeld de toonaangevende S&P index steeg met 5,3%. Koersen van obligaties daalden. Naar schatting bedroeg de koerswinst over de beleggingen in Amerikaanse dollar circa € 14 miljard.

Pensioenfondsen beperken hun valutarisico via derivaten

Pensioenfondsen dekken een deel van het valutarisico af met behulp van derivaten. Dit zijn financiële producten die, in dit geval, tegengesteld bewegen aan de wisselkoersen. Als bijvoorbeeld de dollar in waarde daalt, stijgt de waarde van deze derivaten en compenseert zo voor een deel de verliezen.

In het eerste kwartaal van 2025 boekten pensioenfondsen op deze derivaten een winst van € 11 miljard, waarmee zij zo’n 40% van het valutaverlies compenseerden.

Ook een mate van ‘natuurlijke’ bescherming tegen valutarisico's

Pensioenfondsen dekken echter niet hun volledige valutarisico af, onder meer omdat er kosten zijn verbonden aan deze derivaten. Zo moeten tegenover derivaten bijvoorbeeld afgeschermde rekeningen staan als onderpand. Dit geld kan niet worden belegd.

Pensioenfondsen dekken vooral het valutarisico over beleggingen in vastrentende waarden af, bijvoorbeeld over obligaties. Beleggingen in aandelen dekken zij niet of veel minder af. De reden hiervoor is dat de ontwikkeling van de aandelenkoersen vaak tegengesteld is aan die van de dollar. Dat betekent dat als de beurskoersen stijgen de dollarkoers daalt, en andersom. Deze tegengestelde samenhang beperkt het totale risico dat pensioenfondsen lopen over deze beleggingen. Over een langere periode, de laatste vijf jaar, wordt zo’n 40% van het valutarisico op deze wijze gecompenseerd.

Het bovenstaande effect komt doordat de beurskoersen en de dollarkoers in de regel tegengesteld reageren op een verandering van de rente. Bij een stijging van de rente stroomt vaak kapitaal naar de VS (voor de aankoop van staatsobligaties) waardoor de dollar stijgt, en omgekeerd. Bij de koersen van deze obligaties en ook van aandelen is deze relatie juist andersom: een hogere rente zorgt voor een daling hiervan.

Met deze samenhang in het achterhoofd is het opvallend dat in het eerste kwartaal van 2025 zowel de beurskoersen áls de Amerikaanse dollar daalde. Dit hing onder meer samen met onzekerheden rondom het beleid van de nieuwe Amerikaanse regering.