Meetbare impact en opschaling van biodiversiteitsinvesteringen (Ronde Tafel 'Biodiversiteit' – deel 3)
Meetbare impact en opschaling van biodiversiteitsinvesteringen (Ronde Tafel 'Biodiversiteit' – deel 3)
In dit deel 3 van dit rondetafelverslag bespreken we hoe biodiversiteitsinvesteringen meetbaar en schaalbaar gemaakt kunnen worden. Experts delen inzichten over bescherming, herstel en duurzame strategieën, met aandacht voor opkomende markten, financiële instrumenten en het belang van samenwerking tussen beleggers, wetenschap en lokale gemeenschappen.
Door Hans Amesz
Dit is deel 3 van het verslag. Deel 1 lees je hier, deel 2 lees je hier.
|
VOORZITTER Don Gerritsen, Deloitte
DEELNEMERS Jolien de Jongh, Achmea Real Estate Sophie Kamphuis, MN Sasha Miller, Nuveen Lucian Peppelenbos, Robeco Robert- Alexandre Poujade, BNP Paribas Asset Management Gerard Roelofs, Impact Orange Partners Nikki Trip, AF Advisors |
Maken jullie bij biodiversiteits gerichte investeringen onderscheid tussen projecten die gericht zijn op ‘bescherming’, ‘onderhoud’ of ‘herstel’ van de natuur?
Roelofs: 'Nu vooral bescherming, op de korte termijn herstel en uiteindelijk alles tegelijk. We praten vaak over land en lucht, maar te weinig over zee: visserij, oceanen, waterver vuiling, plastics. De vernietiging gaat schok kend snel. Laten we eerst stoppen wat misgaat. De zeeverdragen bestaan, maar hand having in ‘vrije’ gebieden schiet tekort. We moeten publiek en pensioenkapitaal inzetten om het verlies aan biodiversiteit te stoppen.'
Miller: 'We maken onderscheid tussen bescherming en herstel. Om daarop voort te bouwen, investeren we ook in de maritieme sector met duidelijke KPI’s, bijvoorbeeld via blue bonds. Onze ervaring leert dat succes een aanpak vereist waarbij meerdere belang hebbenden betrokken zijn, zoals de visserij sector, overheden en ngo’s, en dat het in de praktijk brengen ook tijd kan kosten.'
De Jongh: 'Om dingen voor elkaar te krijgen, kan het ook helpen om het goede voorbeeld te geven. Gewoon doen, klein beginnen, zichtbaar maken en dat met veel mensen delen. Wat ook helpt, is biodiversiteit herken baar uitleggen. Het is de natuur, het is zwem men in zee, het is gezonde lucht. Daar is niemand tegen. Deel het ook met de media, bijvoorbeeld de lokale krant en via LinkedIn. Het goede voorbeeld schept navolging.'
Poujade: 'Denk ook aan het gezondheids aspect. Gezondheid is een krachtige hef boom. In Frankrijk is veel ophef geweest over het kwikgehalte in tonijn. Sommige Franse steden verbieden nu de consumptie van tonijn in schoolkantines. Bewustwording over gezondheid kan de bewustwording voor biodiversiteitsbescherming vergroten.'
Trip: 'Helaas heeft ‘gezondheid’ bedrijven zelden tegengehouden of gemotiveerd, zelfs wanneer er sprake is van schade aan mensen levens. Er is overal sprake van PFAS, micro plastics: vis uit bijvoorbeeld de Westerschelde is al niet meer veilig voor consumptie. Ik hoop dat gezondheidsredenen motiveren om iets te doen, maar zolang dat niet financieel gewaardeerd of anderszins genormeerd wordt, geeft mij dat weinig hoop.'
Poujade: 'Dan moet het van de consumenten en stakeholders komen en neerslaan bij bedrijven. Lokaal investeren helpt ook, mensen herkennen ecosystemen en voelen eigenaarschap.'
Hoe maak je natuur meetbaar op het niveau van de emittent of de security, dat wil zeggen relevant voor beleggingsbeslissingen?
Peppelenbos: 'We kijken naar de exposure, performance en mitigatie van issuers. De ruwe data veranderen van het ene op het andere jaar. Maar als je bedrijven rangschikt op efficiëntie, als je kijkt naar de trends van drie jaar van elk bedrijf, dan begin je patronen te zien en worden de gegevens stabieler. Datasets worden snel beter, we verrijken ze met AI. Zo krijg je een goede indicatie van koplopers en achterblijvers, en dat kan je gebruiken bij het samenstellen van een portefeuille.'
Kamphuis: 'In het meetbaar maken van natuur onderscheiden we vijf drijvers voor biodiversiteitsverlies en proberen we de impact van de issuer in kaart te brengen voor elk van deze drijfveren, voor zover materieel voor het bedrijf. Hoewel datakwaliteit en beschikbaarheid de afgelopen jaren enorm zijn verbeterd, zien we dat voor sommige impactdrijfveren, zoals bijvoorbeeld vervui ling, de kwaliteit van de data nog achterblijft en er nog geen overeenstemming is over transitiepaden. Dit is zeker geen excuus om niet te handelen. Voor andere drijfveren, zoals land en watergebruik, is voldoende informatie beschikbaar om voor en achter lopers te identificeren en kan het zetten van portefeuilledoelstellingen onderzocht wor den. Transparantie bij dataproviders en het gebrek aan waardeketeninformatie blijft een issue, en voor biodiversiteit geven we de voorkeur aan het gebruik van zoveel mogelijk ruwe data en minder aan overkoepelende ESG-scores.'
Miller: 'Goed meten is duur. Wij onderschei den duurzame timber/farmlandstrategieën en Naturebased Solutions impactstrategie en. In beide is meten onderdeel van hoe we beleggen.'
Poujade: 'In onze bosbouwassets claimen we positieve impact voorzichtig: de baseline en doorlooptijd zijn cruciaal, zoals bodem in landbouw. We reserveren budget voor miti gatie en bescherming in het investeringsmo del, maar asset owners moeten soms accepte ren dat de IRR iets lager zou kunnen zijn als je échte impact wilt meten.'
Kamphuis: 'Wij zijn ook geïnteresseerd in bosbouwinvesteringen waar een gedeeltelijk of volledig herstel van bosecosystemen centraal staat, en dus ook de claim van posi tieve impact beter gemaakt kan worden dan bij reguliere bosbouwinvesteringen. Idealiter wil je in het monitoren van impact zoveel mogelijk aansluiten bij gangbare wetenschap pelijke methoden. Dat is kostbaar en tijdsin tensief, maar noodzakelijk. Zijn wij als beleggers bereid hiervoor te betalen?'
Trip: 'Biodiversiteitsbehoud of herstel zou niet altijd financieel rendement hoeven op te leveren. Waar het dat nu wel doet, is dat een geschikte investering voor institutionele beleggers. Zo niet, dan zou de overheid hier een rol in moeten spelen.'
Peppelenbos: 'Om een voorbeeld te noemen: een private debt fonds verstrekt leningen aan landbouwbedrijven in biodiversiteitsrijke gebieden met ontbossingsrisico. In de lening staan KPI’s voor bosbehoud of herstel tegen gunstige, lange looptijden en met stevige ‘default’ op milieuKPI’s. Dat werkt en de portefeuille presteert goed.'
Miller: 'Herstel leidt ook tot carbon removal credits, maar het kan langer duren om daar toegang toe te krijgen dan wanneer je meteen toegang zou krijgen tot avoidance credits. De IRR-dynamiek kan veranderen. Wij kunnen een vergelijkbaar resultaat behalen op publieke markten, zoals de Amazon reforestation bond, waar de payoff direct is gelinkt aan removal credits, en bovendien hebben we biodiversiteitsKPI’s toegevoegd.'
Biodiversiteitshotspots bevinden zich vaak in opkomende markten. Moeten institutionele beleggers meer bereid zijn om in die markten te investeren?
Kamphuis: 'Veel biodiversiteitshotspots liggen inderdaad in emerging markets, en we zien zeker meer interesse van pensioenfond sen om deze markten te onderzoeken op impactpotentieel. Uiteindelijk vergt dit wel een behoorlijke aanpassing in de huidige producten en mandaten. Daar moet men dan wel toe bereid zijn. Wel kan dit betekenen dat het ten koste gaat van het risicobudget van een ander product en de daarmee gepaard gaande impact. Ik ben er voorstander van gezamenlijk innovatieve instrumenten te onderzoeken en te kijken welke factoren in het design kunnen zorgen voor voldoende comfort bij institutionele beleggers. Dat gezegd hebbende, is er ook in ontwikkelde markten een dringende noodzaak om biodi versiteit te herstellen.'
Onze ervaring leert dat succes een aanpak vereist waarbij meerdere belanghebbenden betrokken zijn, en dat het in de praktijk brengen ook tijd en kosten kan vergen.
Miller: 'Het is een belangrijk thema. Velen zeggen graag impact te willen hebben in opko mende markten, maar veel beleggers alloceren daar geen kapitaal. Natuurlijk zijn er valutari sico’s en andere factoren die het vermogen van institutionele beleggers om kapitaal in opko mende markten te investeren beïnvloeden. Juist daar is kapitaal het hardst nodig.'
Poujade: 'Vanuit risicoperspectief is het profiel in emerging markets natuurlijk an ders, maar ook in ontwikkelde markten is het verlies aan biodiversiteit in de afgelopen eeuwen zo groot geweest, dat er veel te doen is. Kijk alleen al naar de soorten in Europa die aan het verdwijnen zijn en dan hebben we het over heel ‘gewone’ soorten. Lokale strategieën voor lokale vermogensbezitters helpen door nabijheid en zichtbaarheid.'
Kamphuis: 'En dat zal ook weerklank vinden bij deelnemers van pensioenfondsen die een voorkeur hebben voor investeringen waarbij positieve impact lokaal zichtbaar is.'
Er is schaalbaarheid om kansen te benutten. Welke kansen zien jullie om de markt op te schalen?
Miller: 'Ik kom weer uit bij vastrentende beleggingen, omdat ik vind dat die erg on dergewaardeerd worden als kans om op te schalen – bijvoorbeeld met outcomebonds, debtconversions en useofproceeds bonds in het algemeen. Iedereen heeft een fixed incomeallocatie. Als ieder een deel toewijst aan zulke instrumenten, mobiliseer je snel veel kapitaal. En natuurlijk zijn directe natural capital allocations (NBS, Nature based Solutions) voor impact, diversificatie, inkomsten en waardestijging zeer interessant als portefeuilleallocatie, die onder beleggers nog steeds groeit.'
Peppelenbos: 'Laat perfectie niet de vijand van goed zijn. Werk met de huidige data, en begin met transitieinvesteringen.'
Poujade: 'Het is nogal paradoxaal. We heb ben aankondigingen gezien in de markt van enorme biodiversiteitsfondsen. Maar als je outcome bonds, blended finance wegdenkt, zijn reguliere vastrentende instrumenten doorgaans niet de meest pure voor bio diversiteit. De hoogste zuiverheid vind je vaker in private assets.'
Miller: 'Ik bedoel met fixed income juist die impact /outcomeinstrumenten en schuld conversieprojecten. Ik denk dat daar veel kansen liggen waar we meer mee zouden moeten doen. We zien nog steeds niet veel beleggers deelnemen aan deze deals en kapitaal toewijzen. Er liggen hier aanzienlijke kansen als we echt impact willen maken. We moeten doorgaan met het opbouwen van de projectpijplijn en ervoor blijven zorgen dat de KPI’s worden gehaald.'
Poujade: 'Daar ben ik het mee eens. Dus duurzame bosbouw, duurzame landbouw en herstel van ecosystemen. Als het gaat om outcome bonds is het denk ik nog steeds een worsteling, omdat de complexiteit van dit soort deals nog erg groot is, maar ze zijn inderdaad interessant.'
Roelofs: 'Ik denk dat regeneratieve landbouw het grootste schaalbaarheidspotentieel heeft, hoe contraintuïtief dat ook klinkt. Met bijvoorbeeld slim waterbeheer, minder pesticiden, efficiënte roulatie, kun je de bodemgezondheid en biodiversiteit verbete ren zonder slechtere financiële uitkomsten, dus met hetzelfde financiële rendement.'
Trip: 'Het gaat vooral om de lange termijn. Transitie is moeilijk en vraagt om voorinves teringen, maar op de lange termijn heeft het zeker meerwaarde.'
De Jongh: 'Wat betreft schaalbaarheid in vastgoed, zijn we dichtbij: pilots op twee locaties en drie projecten in nieuwbouw. De volgende stap is meten. We werken samen met wetenschappelijke instituten. Over twee jaar willen we een goede methode hebben die portefeuillebreed toegepast kan worden. Dat is het deel dat gaat over de bestaande bebouwde omgeving. Voor de waardeketens van de bouw zijn er nog wel grotere stappen te zetten, maar dat is om de biodiversiteit wereldwijd te beschermen wel essentieel. Denk aan biodiversiteitsverlies dat veroor zaakt wordt door de productie van bouw materialen en verpakkingsmaterialen (vaak plastic).'
Zijn er slotopmerkingen?
Trip: 'De grootste kans is dat we beseffen dat we afhankelijk zijn van de natuur. Onze pensioenen zijn weinig waard zonder de natuur en biodiversiteit. We moeten meer dan alleen de financiële kant waarderen en kijken naar integrated value.'
Kamphuis: 'Hoe hoog de urgentie ook is, het is goed om externe managers vragen te stellen over monitoring en transparantie. We moeten zorgen dat we de juiste investerings beslissingen nemen, gezien de beperkte tijd die we hebben om biodiversiteit te herstellen, en ervoor waken dat niet te snel het label ‘biodiversiteit’ wordt geplakt op een belegging. Dat is bij een complex thema als biodiversi teit niet altijd eenvoudig. Er is dan ook meer samenwerking nodig tussen de financiële sector en de wetenschap.'
|
Don Gerritsen Don Gerritsen is Director en EMEA Sustainable Investment Leader bij Deloitte. Daarvoor bekleedde hij diverse leidinggevende functies bij de PRI, de VN en KPMG in de VS, het VK, Kenia en Nederland. Hij is auteur van ‘Guidance to Inspirational Leadership’ en oprichter van het pro-bono mentoring initiatief ‘Pay It Forward’. Gerritsen heeft een Executive MBA in Strategie en een Master in Bestuurskunde. |
|
Jolien de Jongh Jolien de Jongh werkt sinds 2019 bij Achmea Real Estate, sinds 1 april 2023 als ESG-manager Vastgoed en Manager Investment Solutions. In deze functie is zij verantwoordelijk voor het beleid, nieuwe initiatieven en rapportages op het gebied van ESG. Embodied carbon en biodiversiteit behoren tot haar speerpunten. |
|
Sophie Kamphuis Sophie Kamphuis is Senior Adviseur Verantwoord Beleggen bij MN, waar zij opdrachtgevers adviseert over strategieontwikkeling en actief aandeelhouderschap op het gebied van biodiversiteit. Eerder werkte ze bij impactinvesteerder Triple Jump aan impactfondsen op het gebied van hernieuwbare energie en MKB-financiering. Daarvoor werkte ze als strategieconsultant voor lokale banken in Azië en Afrika aan thema’s als inclusieve financiering, digitalisering en duurzame landbouw. |
|
Sasha Miller Sasha Miller is Managing Director en Hoofd Responsible Investing Strategy bij Nuveen, verantwoordelijk voor het RI-platform, internationale activiteiten en innovatie ter verdieping van klantrelaties. Ze is voorzitter van het RI SteerCo en houdt toezicht op het Impact-platform. Daarvoor vervulde ze seniorfuncties bij Schroders, meest recent als Hoofd Klantproposities en Strategie. Miller heeft een MBA van Oxford, en een BA in Internationale Betrekkingen van Johns Hopkins. |
|
Lucian Peppelenbos Lucian Peppelenbos is Head of Sustainable Investment Thought Leadership bij Robeco. Hij overziet daar de frameworks voor het integreren van duurzaamheid in het beleggingsproces. Dit omvat SDGs, sociale thema’s, klimaatverandering en biodiversiteit. Voor Robeco werkte hij bij APG Asset Management. Peppelenbos begon zijn carrière in 1999 en heeft een PhD in Sociale Wetenschappen van Wageningen University. |
|
Robert- Alexandre Poujade Robert- Alexandre Poujade trad in 2015 toe tot het ESGresearchteam van BNP Paribas Asset Management en leidt het denken over biodiversiteit. Hij werkte samen met onder andere Capitals Coalition, UNEPWCMC en Global Canopy, en vertegenwoordigt BNP Paribas in gremia zoals TNFD en PBAF. Hij behaalde in 2010 een master in Management, met specialisatie Financiën, aan ESCP Europe Business School in Parijs. |
|
Gerard Roelofs Gerard Roelofs is impactbelegger en medeoprichter van Impact Orange Partners. Met meer dan 30 jaar ervaring in asset- en fiduciair management bekleedde hij onder meer bestuursfuncties bij Kempen en NN Investment Partners en was hij Partner bij WTW. Eerder vervulde hij rollen bij Deutsche Asset Management, ABN AMRO en UBS. Daarnaast is hij actief als toezichthouder. |
|
Nikki Trip Nikki Trip is Consultant en Specialist Duurzaamheid bij AF Advisors. Ze adviseert voornamelijk pensioenfondsen en vermogensbeheerders op het gebied van duurzaam beleggen. Daarnaast is ze voorzitter van JIIP (Jongeren in Institutioneel Pensioen), spreker en aspirant-pensioenfondsbestuurder. Ook is ze actief in de media als co-host van BNR Duurzaam en duider van pensioenvraag-stukken. |







