VBDO: Van beleid naar bewijs

VBDO: Van beleid naar bewijs

Duurzaam beleggen Pensioenfondsen

Al sinds 2006 beoordeelt de VBDO in hoeverre Nederlandse pensioenfondsen maatschappelijk verantwoord beleggen. De ‘VBDO Benchmark Verantwoord Beleggen door Pensioenfondsen’ is inmiddels een begrip in de pensioenwereld. Toch vonden de onderzoekers het tijd om de beoordelingsmethode aan te passen. Financial Investigator sprak hierover met Project Manager Sara Heinsbroek.

Door Esther Waal

 

Waarom publiceren jullie een benchmark voor pensioenfondsen?

‘De Nederlandse pensioensector is relatief duurzaam vergeleken met de rest van de wereld. Toch valt er nog enorm veel te winnen, bijvoorbeeld als het gaat om actief aandeelhouderschap en samenwerking met NGO´s. Door de fondsen met elkaar te vergelijken, pushen we ze iedere keer weer om zichzelf te verbeteren en iets beter hun best te doen dan hun peers om hoger op de lijst te komen.’

Heeft de benchmark zichtbaar effect op de sector?

‘Zonder twijfel. Dat krijgen we ook regelmatig terug vanuit de sector. We zien niet alleen dat de prestaties jaarlijks verbeteren, maar ook dat organisaties het benchmarkonderzoek gebruiken als leidraad om sterke punten en verbeterpunten te identificeren. Ook dwingt de vragenlijst bestuurders, duurzaamheids- en beleggingsexperts om op een andere manier met elkaar in gesprek te gaan. Het onderzoek is dus een belangrijk middel dat de sector kan gebruiken om zich verder te blijven ontwikkelen.’

Waarom hebben jullie de benchmark herzien?

‘Juist omdat de sector zich doorontwikkelt, zijn periodieke updates nodig die ervoor zorgen dat duurzaam beleggen voldoende gestimuleerd wordt en dat het onderzoek uitdagend blijft. Er zijn in het laatste decennium grote stappen gezet en daarmee groeide ook de vraag om pensioenfondsen en verzekeraars verder aan te jagen.

Ook constateerden we dat er steeds duurzamer wordt belegd, maar dat de wereld om ons heen maar mondjesmaat verduurzaamt. De focus is daarom verschoven van zo duurzaam mogelijk beleggen naar het realiseren van duurzaamheid. Verder ligt er meer nadruk op het ‘know your portfolio’- principe: weet wat je doet, waarom en hoe.

 

Dialogen met bedrijven en overheden kunnen ambitieuzer, zowel qua inhoud als qua druk die uitgeoefend wordt bij onvoldoende voortgang.

 

De herziening heeft plaatsgevonden in overleg met de sector. Er is bijvoorbeeld meer ruimte gemaakt voor de focusthema’s van de verschillende partijen ten aanzien van duurzaamheid. Dit stond al een tijdje zowel op onze wensenlijst, als op die van pensioenfondsen en verzekeraars.’

Hoe viel deze verandering bij de fondsen?

‘Bij grote veranderingen is er natuurlijk altijd wat weerstand, dus ook voor dit traject. Het vraagt natuurlijk ook het nodige aanpassingsvermogen van pensioenfondsen en verzekeraars.

Niet iedereen was het altijd eens met de voorgestelde wijzigingen. Duurzaam beleggen is an sich nu eenmaal minder homogeen dan pakweg tien of zelfs vijf jaar geleden. Soms matcht een individuele aanpak dan minder goed met onze focuspunten. We begrijpen heel goed dat dit frustraties op kan leveren, zeker als het invloed heeft op de uiteindelijke score. Het gegeven vertrouwen om de herziening door te voeren, waarderen we dus des te meer.

Gelukkig zijn de reacties vanuit de deelnemende partijen over het algemeen positief. De sector is intensief geconsulteerd en er was natuurlijk ook echt behoefte aan vernieuwing vanuit de deelnemende partijen zelf.’

Waar ligt op dit moment de grootste kloof tussen duurzaam beleid en positieve impact op het gebied van duurzaamheid?

‘In het beleggingsbeleid wordt vaak al een verband gelegd tussen de portefeuille en wat men wil bereiken in de wereld. Natuurlijk zou er meer concreet beleid kunnen worden ontwikkeld op impact en hoe dit concreet te bewerkstelligen, maar het is niet zo dat er niets gebeurt. Daadwerkelijke impactmetingen blijven echter lastig. Dit betekent niet dat je geen impact hebt; je kan alleen nog niet volledig inzichtelijk maken wat die impact precies is. Ook het verleggen van geldstromen naar die investeringen die een aantoonbare, positieve impact hebben, kan soms lastig zijn.’

 

De focus is verschoven van zo duurzaam mogelijk beleggen naar het realiseren van duurzaamheid.

 

Welke belangrijke ontwikkelingen moet de sector nog doormaken?

‘Er valt nog veel te halen op die impactmetingen en het verleggen van geldstromen. Daarnaast kunnen dialogen met bedrijven en overheden ambitieuzer, zowel qua inhoud als qua druk die uitgeoefend wordt bij onvoldoende voortgang. Daarbij wil ik wel vermelden dat zowel de pensioensector als de financiële sector in zijn geheel al een enorme ontwikkeling hebben doorgemaakt. We zijn veel verder en ambitieuzer dan we bijvoorbeeld vijftien jaar geleden waren. Ik kan me niet voorstellen dat er nu nog ergens een bestuur is dat weigert om duurzaamheid te agenderen. Die periode ligt, ondanks alle huidige politieke tegenstroom, gelukkig wel achter ons.’

Welke rol zien jullie voor de vereniging in het verder versnellen van duurzame impact in de financiële sector?

‘Wij blijven de komende jaren de pensioen- en financiële sector in brede zin aanjagen en stimuleren tot meer duurzame impact. Dit doen we door benchmarks aan te scherpen, gezamenlijke engagementtrajecten te organiseren en kennis te delen via themastudies en seminars. Daarbij zien we een rol voor onszelf als onafhankelijke partij die zowel leden met elkaar verbindt als ondersteunt in hun verdere duurzame ontwikkeling. We zijn gecommitteerd aan onze rol als onafhankelijke motivator en katalysator. Ons doel is de sector uit te dagen om niet alleen te voldoen aan regelgeving, maar om stappen te zetten richting reële en meetbare duurzame verandering.’

 

IN HET KORT

Het VBDO Verantwoord Beleggen Benchmarkonderzoek kan helpen de eigen sterke en ontwikkelpunten te identificeren.

Duurzaam beleggen heeft een enorme ontwikkeling doorgemaakt, wat ook betekent dat aanpakken onderling erg kunnen verschillen.

Het verleggen van geldstromen naar het maken van daadwerkelijke impact, en het meten daarvan, is complex.

Bijlagen