Han Dieperink: We gaan steeds meer op China lijken

Han Dieperink: We gaan steeds meer op China lijken

China Europa Verenigde Staten Handelsconflict Geopolitiek
Han Dieperink

Door Han Dieperink, geschreven op persoonlijke titel

De enige manier waarop de Verenigde Staten en Europa de Chinese invloed in de wereld tegen kunnen gaan, is door zelf meer zoals China te worden.

Terwijl China de vrije markt steeds meer begint te promoten, willen de Verenigde Staten en Europa de vrije markt juist aan banden leggen om China dwars te zitten. Maar China kan net zo goed gebruik maken van een handelsboycot om economisch of politiek haar zin te krijgen.

Meer dan honderd jaar geleden verbood de Amerikaanse immigratiedienst Chinezen de toegang tot het land. Toen China daarop reageerde door alle Amerikaanse producten te boycotten, was dit probleem snel opgelost.

Inmiddels is China de tweede economie ter wereld en is haar macht sterk toegenomen. De Amerikaanse economie en de Chinese economie zijn bovendien sterk met elkaar vervlochten (Chimerica). Zonder China is er geen Wal-Mart en ook geen Apple. Het is spelen met vuur.

Handelsconflict laait weer op

Volgens de Europese Unie is er voldoende bewijs dat Chinese elektrische auto’s worden gesubsidieerd en daarmee dus worden gedumpt in Europa. Dat kan betekenen dat er al vanaf juli dit jaar een extra heffing wordt geïntroduceerd. China onderzoekt nu of Franse cognac ook wordt gesubsidieerd, wat betekent dat China zinspeelt op tegenmaatregelen. De belangrijkste klant van de Franse luxegoederen zijn nog altijd de Chinezen. 

Op een vergelijkbare manier krijgt de Chinese treinenproducent CRRC geen voet aan de grond in Bulgarije. Vestager zegt dat de EU er alles aan zal doen om China buiten de deur te houden. Dat terwijl juist de productie van treinen en auto’s in Europa zwaar gesubsidieerd is. Vooral de Fransen hebben wat dat betreft een reputatie hoog te houden.

In de afgelopen jaren zijn al meerdere landen doelwit geweest van Chinese sancties. Dat kan gaan over handelsconflicten, maar ook over maritieme geschillen. Zo was China in 2017 bezorgd over de plaatsing van een Amerikaans raketafweersysteem in Zuid-Korea en ook politiek geïrriteerd door de bezoeken van de Dalai Lama, al liep de irritatie snel terug na het tongincident. De toekenning van de Nobelprijs voor de Vrede aan een Chinese dissident was ook goed voor economische tegenmaatregelen. Toen Australië aandrong op een onderzoek naar Covid-19, volgde een boycot van Australische steenkool.

China heeft verschillende mogelijkheden om te reageren. Behalve door hogere tarieven te heffen kan dat ook door goederen uit gezondheids- of veiligheidsoverwegingen te verbieden. Ook kunnen individuele bedrijven worden aangepakt, zoals in het verleden Apple, Micron en Boeing. Dat doet de VS echter ook door Europese (chip)bedrijven de toegang te verbieden tot China. Auto’s zijn bijna altijd een twistpunt en aangezien China de belangrijkste automarkt is in de wereld heeft het land een belangrijke troef in handen.

Vrijheid staat steeds meer onder druk

Afgelopen week stuurde het Amerikaanse Congres aan op een verbod van Tiktok. Nu is Tiktok niet veel meer dan een veredeld Instagram, maar er wordt in ‘the land of the free’ van alles bijgehaald om Tiktok te verbieden. De enige oplossing is volgens het Congres om Tiktok over te laten gaan in Amerikaanse handen.

Nu mocht Churchill van 1933 tot 1945 – als groot voorstander van herbewapening van de Britse overheid – niet met de BBC praten. Tegenwoordig gaan overheden veel verder. Of het nu gaat over virussen of vaccins, de overheid mag kennelijk bepalen wat de bevolking al dan niet mag denken. Zo werd de media tijdens de pandemie uitgebreid gecontroleerd. Onder het mom van ‘hate speech’ of Fake News kan kennelijk van alles verboden worden.

In Canada heeft Trudeau er een speciale wet aan gewijd. In Nederland bepaalt tegenwoordig de toezichthouder welke woorden financiële instellingen al dan niet mogen gebruiken in het kader van duurzaamheid. Dat nadat de Europese Unie eerder al de knoop had doorgehakt over ethisch duurzame kwesties.

Brussel bepaalt voortaan wat de Europese burgers mogen denken en uiten wat betreft zaken als kernenergie en abortus. Ook is het toch wel vreemd dat de EU – zonder duidelijk wettelijk mandaat – zo maar kan bepalen welke radio- en tv-zenders haar burgers al dan niet mogen bekijken en beluisteren. Zenders als RT en Sputnik worden door de EU geweerd onder het mom van systematische manipulatie van informatie en desinformatie. Dat is rijkelijk vaag en een argument dat straks tegen elke tv- en radiozender kan worden ingezet. Straks wil de overheid nog Ongehoord Nederland van de buis.

Wat volgt er nog meer onder een nieuwe rechtste regering? Wellicht dat al deze mensen nog eens het boek 1984 van George Orwell kunnen lezen. Ook overheden buiten China sturen steeds meer op het bewaken en controleren van elk aspect van het menselijk leven.

Wat brengt de toekomst?

Met de Amerikaanse verkiezingen in het vooruitzicht is het waarschijnlijk dat de wet om Tiktok te verbieden snel misbruikt zal worden in de tweede termijn van Donald Trump. Die heeft nog een appeltje te schillen met andere Amerikaanse sociale media. Die hebben hem na het vorige presidentschap immers van hun platform gegooid. Daar kan de Amerikaanse burger met behulp van het First Amendment nog wel tegen in beroep, maar dan blijkt ook dat een verbod op Tiktok eerder gebaseerd is op racisme dan op iets anders.

Vanzelfsprekend zijn al deze interventies niet goed voor de vrije markt en ook niet voor de concurrentie. De markt voor online adverteren is feitelijk verdeeld tussen Google en Meta. De enige echte uitdager is Tiktok en die wordt nu de mond gesnoerd.

De Amerikanen schuwen het inzetten van economische vrijheden om hun gelijk te krijgen niet. De Amerikaanse dollar wordt regelmatig als wapen ingezet. Tegen Iran, tegen Venezuela, tegen Soedan en recent ook tegen Rusland. In het laatste geval kan dit ervoor zorgen dat Arabieren, Chinezen of andere landen met een afwijkende opvatting ook worden buitengesloten. Zoiets schrikt buitenlandse investeerders af.

Doordat de Verenigde Staten en Europa er kennelijk geen moeite mee hebben de regels van de vrije markt te omzeilen, ontstaat straks wellicht de indruk dat mensen angst hebben om te beleggen in de Verenigde Staten en Europa, op een vergelijkbare manier waarop men nu vreest om in China te beleggen. We worden geleidelijk allemaal een beetje Chinees.