Invesco: Opbrengsten hogere tarieven belemmeren handelsakkoord

Invesco: Opbrengsten hogere tarieven belemmeren handelsakkoord

Verenigde Staten Dollar Handelsconflict
Geld dollar.jpg

Vermogensbeheerder Invesco vreest dat de VS meer gaan leunen op importtarieven om het groeiende begrotingstekort te financieren. Mede daardoor raakt hoofdstrateeg Kristina Hooper er steeds meer van overtuigd dat een handelsovereenkomst tussen de VS en China ver weg is.

President Trump verhoogde vorige week de importtarieven van 10% naar 25% op $200 miljard aan Chinese goederen en producten. Gesprekken tussen Amerikaanse en Chinese afgevaardigden liepen afgelopen vrijdag op niets uit, waardoor China aankondigde tarieven in te stellen op Amerikaanse waar.

Hooper ziet dat de VS de inkomsten uit de importtarieven wil gebruiken om het oplopende begrotingstekort op te lossen. In de eerste zeven maanden van het fiscale jaar (oktober 2018 tot april 2019) kende het begrotingstekort een ‘dramatische’ stijging tot $531 miljard. Een jaar eerder bedroeg het tekort nog $385 miljard.

De Invesco-strateeg constateert dat president Trump op twitter laat doorschemeren geen voorstander te zijn van een overeenkomst op korte termijn met China. In een serie twitterberichten schrijft Trump dat importtarieven ‘veel meer welvaart naar de VS brengen dan een traditionele deal. Tarieven zijn tevens efficiënter en sneller in te stellen’, aldus Trump in een tweet. In een tweede twitterbericht schrijft Trump dat deze ‘enorme betalingen direct de schatkist in vloeien’.

Volgens Hooper zijn niet alleen Trumps tweets aanleiding om te geloven dat er op korte termijn geen handelsovereenkomst op tafel ligt. China heeft eveneens aangeven ‘serieuze bedenkingen’ te hebben bij de eisen van de VS rondom de overdracht van intellectueel eigendom en technologie. Volgens Hooper kan China het zich veroorloven de termijn van Trump uit te zitten.

De hoofdstrateeg benadrukt dat de importtarieven niet worden betaald door China, maar door Amerikanen zelf. Importtarieven komen namelijk terecht bij Amerikaanse importeurs, die deze extra kosten kunnen doorberekenen aan hun consumenten, zoals Apple eerder aangaf. Een bedrijf dat de extra kosten door de importtarieven niet kan doorberekenen, ziet zijn winsten dalen, hetgeen aandelen van beursgenoteerde bedrijven negatief beïnvloedt. Omdat importtarieven niet progressief zijn zoals belastingen, worden de lage en middelhoge inkomens onevenredig zwaar geraakt.

Onzekerheid over het escalerende handelsconflict leidt volgens Hooper tot een nog groter gevaar, namelijk een daling van van bedrijfsinvesteringen. Uit onderzoek blijkt dat langdurige onzekerheid over economisch beleid een sterke negatieve correlatie heeft met bedrijfsinvesteringen. Economische onzekerheid komt weer voort uit onzekerheid rond het handelsbeleid. “In het afgelopen jaar gaf informatie uit inkoopmanageronderzoeken van de Federal Reserve aan dat sommige bedrijven investeringsplannen inperken of opschorten, daarbij verwijzend naar de onzekerheid over het handelsbeleid”, aldus Hooper.

Door de onzekerheid verwacht Hooper dat beleggers kiezen voor veilige havens als Amerikaanse staatsobligaties en de Japanse yen en dat beleggers aandelen in de verkoop doen