Harry Geels: Trump, de ‘kapitalist’ die het kapitalisme afschaft
Harry Geels: Trump, de ‘kapitalist’ die het kapitalisme afschaft
Door Harry Geels
Trump presenteert zich graag als voorvechter van de vrije markt. Maar achter die façade van ondernemerschap schuilt een paradox: namelijk het ondergeschikt maken van de markt aan de natie en van de natie aan zijn eigen politieke projecten.
Trumps economische beleid is doordrenkt van nationalisme. Onder het motto America First legde hij hoge importtarieven op. Zogenaamd om Amerikaanse banen te beschermen, maar in werkelijkheid als instrument om geopolitieke druk uit te oefenen. Bedrijven werden gestimuleerd om hun productie terug te brengen naar de VS, vaak met fiscale voordelen of onder dreiging van nieuwe heffingen. De tarieven dienen bovendien om een grote handelsonbalans – het chronische tekort dat de VS heeft met de meeste van zijn belangrijke handelspartners – te verkleinen.
Ook zijn omgang met Big Tech past in dat patroon. Trump zoekt geregeld samenwerking met grote technologiebedrijven als Meta, Microsoft, Google en Intel om de Amerikaanse dominantie in kunstmatige intelligentie, chips en defensietechnologie te waarborgen. Het is geen vrije markt, maar een strategisch bondgenootschap tussen staat en onderneming, waarin politieke en economische belangen samenvallen. De Amerikaanse overheid bemoeit zich zelfs actief met niet-Amerikaanse bedrijven zoals ASML.
Daarnaast investeert de Amerikaanse overheid, direct of via fiscale impulsen, in ‘strategische sectoren’ als energie, defensie en halfgeleiders. Recentelijk werd zelfs een belang in Intel genomen. Bedrijven die zich achter Trumps beleid scharen, kunnen rekenen op steun of een voorkeursbehandeling. Wie dat niet doet, loopt het risico publiekelijk te worden aangevallen. Daarmee verandert de aard van het economische systeem: ondernemerschap wordt een patriottische plicht en is nog maar een beperkt vrije keuze.
De nieuwe economische orde
In het klassieke kapitalisme, zoals Milton Friedman en Friedrich Hayek het zagen, garandeert de vrije markt dat concurrentie de efficiëntste uitkomsten oplevert. De rol van de staat is beperkt: scheidsrechter of marktmeester. Maar in Trumps versie is de staat juist speler, scheidsrechter én sponsor tegelijk. Bedrijven opereren niet langer in een neutrale marktorde, maar in een politiek ecosysteem waarin de overheid bepaalt welke sectoren ‘strategisch’ zijn en welke niet. Het resultaat is een systeem dat het midden houdt tussen een oligarchie en staatskapitalisme (zie Figuur 1).
Figuur 1

Wall Street lijkt vrij, maar wordt steeds afhankelijker van overheidsbeleid en handelsbescherming. Beursgenoteerde bedrijven bewegen mee met politieke winden en maatschappelijke thema’s. Hun vrijheid wordt ingeperkt door regulering en publieke druk. Ironisch genoeg leeft het échte vrije kapitalisme tegenwoordig vooral in de private markten, bij private equity-fondsen en bij durfkapitalisten, waar risico en ondernemerschap nog bestaan zonder politieke toezicht of publieke moraal.
De ideologische logica
Deze ontwikkeling is geen toevallige samenloop, maar volgt logischerwijs uit Trumps politieke positie, die ik eerder conservatief populisme heb genoemd. In mijn assenbenadering van politieke ideologieën bevindt Trump zich op het snijvlak van Conservative Nationalism, Conservative Christianity en National Authoritarianism (zie Figuur 2). Het nationalistische motief legitimeert protectionisme en economisch chauvinisme, het christelijke fundament verleent economische keuzes een moreel kader, het autoritaire element rechtvaardigt directe staatssturing.
Figuur 2

Het einde van de vrije markt en wat dat betekent voor beleggers
Het resultaat is een ‘kapitalisme’ dat zijn vrije markt kwijt is. Competitie wordt vervangen door coöperatie onder staatsvlag, marktvrijheid door nationale plicht. Trump zet zich graag af tegen de ‘globalisten’. Hij zei eens: ‘They think it’s okay when a company closes its doors and opens up in Mexico or another country.’ En ook: ‘This wave of globalization has wiped out our middle class.’ Maar terwijl hij beweert het kapitalisme te redden van de globalistische elites, vormt hij zelf een nieuwe elite door een vermenging van politiek en grootbedrijf.
Hoe ironisch. Trump, groot geworden als ondernemer en zelfverklaard kapitalist, bouwt aan een systeem dat de naam kapitalisme niet eens meer verdient. Beleggen is meer dan ooit een politieke aangelegenheid geworden. Wie nog de echte vrije markt toejuicht, zoekt zijn toevlucht tot de private markten. Wie op de beurs actief blijft, moet stilletjes erkennen dat hij geld verdient met politieke spelletjes, privileges en staatsbescherming, precies zoals destijds bij de grote koloniale ondernemingen, van de East India Company tot de VOC.
Dit artikel bevat een persoonlijke opinie van Harry Geels