Aon: Dekkingsgraden pensioenfondsen verder omhoog in augustus

De indicatieve* gemiddelde dekkingsgraad van de Nederlandse pensioenfondsen is in augustus gestegen naar 126%. De aandelenrendementen, in combinatie met een lichte rentestijging, zorgden voor een toename van de dekkingsgraad. De indicatieve beleidsdekkingsgraad, gebaseerd op de gemiddelde dekkingsgraad van de afgelopen twaalf maanden, is in augustus gestabiliseerd op 119%.
Dat blijkt uit de Pensioenthermometer van Aon, wereldwijd dienstverlener op het gebied van risico-, pensioen- en gezondheidsoplossingen, die dagelijks de hoogte van de gemiddelde dekkingsgraad bijhoudt.
Vermogen pas op de plaats
In augustus bleef het sentiment op de financiële markten goed. De handel blijft onzeker door tariefrisico’s en geopolitieke spanningen, maar de aandelenbeurzen trokken hier niet veel van aan. De tariefspanningen namen wat af doordat Canada een aantal van zijn vergeldingstarieven heeft afgeschaft. Trump heeft de huidige handelswapenstilstand tussen de VS en China met nog eens 90 dagen verlengd naar 10 november. De onderhandelingen tussen China en de VS starten binnenkort in Washington DC. Er was ook enige hoop dat de ontmoeting van Trump met de Russische president Vladimir Poetin zou leiden tot een staakt-het-vuren, maar dat kwam er niet.
Deze maand werd er meer gespeculeerd over een renteverlaging in Amerika, waar Trump de Fed-voorzitter Powell al enige tijd voor onder druk zet. Amerikaanse arbeidsmarktcijfers voor juli (slechts 73.000 nieuwe banen) zorgen voor meer speculatie over een renteverlaging in september, nu eerdere maanden ook significant naar beneden zijn bijgesteld. In de VS steeg de consumentenprijsindex (CPI) in juli tot 2,7%. Dat was iets onder de verwachtingen van 2,8%. De producentenprijsindex (PPI) steeg in juli met 3,3%, tegen 2,4% in juni en aanzienlijk boven de verwachtingen van 2,5%. Dit geeft aan dat tarieven kostendruk veroorzaken voor bedrijven, en leiden tot onzekerheid over een Fed-verlaging in september.
De toespraak van Powell op het Jackson Hole Symposium bleek milder dan de markten hadden verwacht, waardoor de kans op een verlaging in september verder is toegenomen. De Amerikaanse rentecurve werd hierdoor steiler met een daling aan de korte zijde van de rentecurve. De Amerikaanse dollar die in juli wat herstelde, daalde in augustus met 2,4%. In Duitsland steeg de inflatie naar 2,1%, iets boven verwachting. De kerninflatie blijft op 2,7%, waardoor de Europese Centrale Bank (ECB) voorlopig geen haast heeft met renteverlagingen.
De aandelenmarkten continueerden de opmars en stegen met 0,8%. Aandelen van ontwikkelde markten stegen met 1,1%, terwijl aandelen van opkomende markten met 1,0% daalden. In de eurozone liep de kapitaalmarktrente voor langere looptijden mede door een budgettaire crisis in Frankrijk iets op, waar het begrotingsvoorstel 2026 strandde en leidde tot stijging van de Franse rentespread. Door de iets hogere rente daalde de vastrentende waarde portefeuille met 1,7%. Zo bleven de meer risicovolle bedrijfsobligaties nog net stabiel. Het totaalrendement van de portefeuille bedroeg -/- 0,3%.
Rente gestegen, verplichtingen gedaald en vermogen gedaald in augustus
In augustus steeg de risicovrije rente over de eerste 40 jaar met gemiddeld vijf basispunten. De Ultimate Forward Rate (UFR), waarmee pensioenfondsen de waarde van hun toekomstige verplichtingen berekenen, kwam uit op 2,4%. Door de rentestijging nam de waarde van de verplichtingen af met ongeveer 1,4%. Dit, in combinatie met een beperkte daling van het vermogen in augustus, leidde tot een de dekkingsgraad van 126%.
Transitie: spannend bij de uitvoerders
Veel pensioenfondsen schuiven op qua datum. 78 fondsen hebben hun eerder vastgestelde transitiedatum aangepast. Van de fondsen die per 1 januari 2026 over zouden gaan, hebben er 44 fondsen moeten besluiten later over te gaan. Het traject met De Nederlandsche Bank (DNB) is intensief en met name het evenwichtigheidsvraagstuk blijkt ingewikkeld. Recent gepubliceerde Q&A’s leiden tot extra rekenwerk bij de fondsen. Naast het intensieve traject met DNB zitten er ook zorgen bij de uitvoerders. TKP en AZL hebben inmiddels één regeling in productie.
'Het wordt nu echt spannend bij de uitvoerders', zegt Frank Driessen, Director Wealth, Aon Nederland. 'Er zijn nog maar enkele regelingen overgegaan en komende maanden hebben veel fondsen de transitie gepland. Bij de uitvoerders is het de uitdaging om daar op tijd klaar voor te zijn. Ons beeld is dat planningen ambitieus zijn.' Uitvoerders zijn in de praktijk gewend om de administratie uit te voeren. Dit is echter een verandertraject dat ook andere vaardigheden vergt.
Vrijstellingsregels
Een specifieke groep werkgevers heeft een pensioenregeling die vrijgesteld is van het bedrijfstakpensioenfonds. De regeling moet dan minimaal gelijkwaardig zijn aan de regeling bij het bedrijfstakpensioenfonds. Nu we allemaal naar beschikbare premieregelingen gaan, was de initiële gedachte om simpelweg naar de premie te kijken. Als deze even hoog is of hoger, zou de regeling voldoen en gelijkwaardig zijn. Daarnaast zouden ook de risicoverzekeringen (nabestaanden- en arbeidsongeschiktheidspensioenen) gelijkwaardig uit moeten komen. Er is echter discussie over deze aanpak.
Waar in verleden naar het resultaat gekeken werd is dat nu ook de wens vanuit de bonden. Dit kan werkgevers in een lastig parket brengen. Veel bedrijfstakpensioenfondsen kiezen voor de solidaire regeling en heffen de leenrestrictie op. De werkgevers met een gedispenseerde regeling hebben eerder een flexibele regeling waarbij de leenrestrictie niet wordt opgeheven. Dit leidt tot een lastige squeeze: het beleggingsbeleid moet passen bij de deelnemers, maar om op gelijkwaardige resultaten uit te komen is een risicovoller beleid nodig. Dat laatste is ingewikkeld. DNB kijkt terecht heel kritisch naar de risicohouding en het beleggingsbeleid. Als je qua resultaat minimaal gelijkwaardig uit wil komen, moet er mogelijk een beleggingsbeleid gevoerd worden dat helemaal niet past bij de deelnemers. Het andere onaantrekkelijke alternatief is om meer premie in te leggen.
'Het is onwenselijk dat hierover nog geen duidelijkheid is', zegt Driessen, 'Wij pleiten ervoor dat de toets transparant en eenvoudig uitvoerbaar is. Anders ontstaat een situatie die het voor veel werkgevers vrijwel onmogelijk maakt om dispensatie te verkrijgen.' Juist de ondernemingspensioenfondsen zijn al grote stappen aan het maken. Het zou onverteerbaar zijn als al dit werk voor niets is en zij uiteindelijk bij een bedrijfstakpensioenfonds moeten aansluiten.