Invesco: Staatsfondsen keren terug naar actief beheer

Invesco: Staatsfondsen keren terug naar actief beheer

Fixed Income Active & Passive Investing
shutterstock_1941092722

Politieke en beleidsbeslissingen zijn voor staatsfondsen uitgegroeid tot de belangrijkste factoren achter hun beleggingsstrategie. Hierdoor worden ook de centrale banken gedwongen om hun portefeuilleconstructie en risicobeheer fundamenteel te herzien.

Dat blijkt uit de jaarlijkse Invesco Global Sovereign Asset Management Study die de vermogensbeheerder voor de dertiende keer heeft gehouden onder staatsfondsen en centrale banken.

Geopolitieke spanningen (88%) en inflatiedruk (64%) blijven de grootste kortetermijnrisico’s voor staatsfondsen en centrale banken. Daarnaast groeit de bezorgdheid over de toenemende volatiliteit op de financiële markten: 59% van de respondenten vindt dit een risicofactor, tegenover 28% in 2024. Bijna 90% verwacht dat geopolitieke spanningen een aanhoudende bron van volatiliteit vormen, daarnaast gaat 85% ervan uit dat protectionistisch beleid de inflatie in ontwikkelde economieën hoog zal houden. Opvallend is dat 62% deglobalisering bestempelt als een wezenlijke bedreiging voor het beleggingsrendement. Dat is een duidelijke verandering in hoe men de impact van het groeiende protectionisme en nationalisme beoordeelt.

Het onderzoek van Invesco is gebaseerd op de inzichten van 141 senior beleggingsprofessionals – onder wie chief investment officers, hoofden van beleggingsafdelingen en portefeuillestrategen – van 83 staatsfondsen en 58 centrale banken overal ter wereld. Samen beheren zij een vermogen van in totaal $ 27.000 miljard.

Actieve strategieën winnen terrein

Uit het onderzoek blijkt de toename van het gebruik van actieve strategieën in portefeuilles. En dat is opvallend. Staatsfondsen beleggen gemiddeld meer dan 70% van hun vermogen actief, zowel in obligaties als in aandelen. Uit het onderzoek blijkt dat 52% van de fondsen de komende twee jaar hun actieve aandelenposities wil uitbreiden, terwijl 47% hetzelfde van plan is met vastrentende waarden. Deze trend is het sterkst zichtbaar bij de grootste instellingen: 75% van de staatsfondsen met een beheerd vermogen van meer dan $100 miljard is de afgelopen twee jaar overgestapt op actieve aandelenstrategieën, tegenover 43% van de middelgrote en 36% van de kleinere fondsen.

Passieve strategieën blijven populair vanwege hun schaalvoordelen en efficiëntie, zeker in liquide markten. Toch winnen actieve beleggingsopties terrein. Staatsfondsbeleggers zetten ze in om concentratierisico’s in indices te vermijden, regionale kansen beter te benutten en hun portefeuilles weerbaarder te maken in de steeds meer gepolariseerde wereld. Bovendien is ook de manier waarop portefeuilles worden opgebouwd, denk aan de spreiding over regio’s, activaklassen en beleggingsstijlen, steeds vaker actief van aard.

Vastrentende waarden geherdefinieerd

De combinatie van geopolitieke verschuivingen en de normalisering van de rente zet conventionele modellen voor portefeuilleopbouw onder druk. Veel staatsfondsen stappen over op een meer dynamische strategie, met een flexibelere asset allocatie, beter liquiditeitsbeheer en meer alternatives in de portefeuilles. Vastrentende waarden winnen aan terrein en zijn – na infrastructuur – uitgegroeid tot de meest favoriete beleggingscategorie. 24% van de fondsen van plan om hun positie in vastrentende waarden in de komende twaalf maanden te vergroten.

Hoewel de normalisering van de rente en hogere yields de populariteit van vastrentende waarden stutten, vervullen ze inmiddels een grotere rol: als instrument voor liquiditeitsbeheer en als flexibele bron van rendement. Nu staatsfondsen steeds meer focussen op private markten, worden hun portefeuilles minder liquide. Liquiditeitsbeheer is daarmee uitgegroeid tot strategische prioriteit. Bijna 60% van de fondsen zegt daarom te werken met formele liquiditeitskaders, waarbij delen van de vastrentende portefeuille specifiek zijn ingericht om de illiquiditeit van private marktposities op te vangen.

'Vastrentende waarden gelden allang niet meer louter als defensieve ‘risk-off’-posities, maar zijn uitgegroeid tot een flexibel en veelzijdig onderdeel van de portefeuille,' zegt Rod Ringrow, Head of Official Institutions bij Invesco. 'Nu de marktstructuren veranderen, nemen de liquiditeitsbehoeften toe en veranderen de opvattingen over risico en rendement. Vastrentende waarden spelen daardoor een grotere rol in het strategisch portefeuillebeheer. Ze zijn meer dan alleen een defensief anker.'

Private kredietverlening als nieuw diversificatie-instrument

Private credit wint verder aan populariteit bij staatsfondsen. Het aandeel fondsen dat aan directe kredietverlening doet of medefinancier is, steeg van 30% in 2024 naar 44% dit jaar. Ook wordt er meer via beleggingsvehikels geïnvesteerd, van 56% naar 63%. De helft van de respondenten geeft aan meer geld te willen uitlenen aan bedrijven, met Noord-Amerikaanse instellingen als de koplopers (68%).

Deze ontwikkeling weerspiegelt een meer uitgebreide herziening van diversificatiestrategieën, doordat de conventionele correlatie tussen aandelen en obligaties onder druk staat in een klimaat van hogere rente en inflatie. Staatsfondsen richten zich onder meer op niet-bancaire leningen om toegang te krijgen tot verschillende renteprofielen en rendementen die minder gecorreleerd zijn met de publieke markten. Private credit, ooit een niche binnen de beleggingswereld, wordt steeds vaker gezien als een strategische pijler voor de langetermijnopbouw van portefeuilles.

'Private credit is een goed voorbeeld van hoe staatsfondsen zich aanpassen aan een structureel veranderde marktomgeving,' zegt Ringrow. 'De belangrijkste prioriteit bij portefeuilleopbouw is veerkracht en flexibiliteit en precies dat biedt private credit. Het combineert schaalgrootte met meer controle.'

China is weer strategische prioriteit

Staatsfondsen worden steeds selectiever als het gaat om opkomende markten. Azië ex-China is nog steeds voor 43% van de respondenten een topprioriteit (figuur 5). Bovendien wint China opnieuw aan belang: het aandeel fondsen dat het land als prioriteit noemt, is gestegen van 20% in 2024 naar 28% nu. De China-strategieën zijn steeds specifieker, met focus op bepaalde technologiesectoren zoals AI, halfgeleiders, elektrische voertuigen en hernieuwbare energie. Maar liefst 78% van de respondenten verwacht dat China op het vlak van technologie en innovatie wereldwijd toonaangevend wordt.

Die herpositionering toont aan dat fondsen zowel kansen zien als op hun hoede blijven. Zo verwacht 59% de allocatie naar China in de komende vijf jaar te verhogen, maar slechts 48% gelooft dat het land erin slaagt de omslag te maken naar een consument-gedreven economie. De blootstelling aan publieke en private markten wordt hierop afgestemd.

In opkomende markten wordt actief beheer als onmisbaar beschouwd. Slechts 9% van de staatsfondsen maakt hier gebruik van passieve strategieën, terwijl 85% kiest voor toegang via gespecialiseerde vermogensbeheerders. Lokaal marktoverzicht en diepgaand inzicht in politieke en economische dynamiek worden gezien als onmisbare voorwaarden om succesvol te kunnen beleggen in deze regio’s.

'Staatsfondsen herzien hun strategie als het gaat om opkomende markten,' zegt Ringrow. 'Ze zijn selectiever geworden, met nadruk op structurele groeikansen op de lange termijn. De portefeuilles worden opgebouwd met oog voor de complexiteit en uiteenlopende kenmerken van deze markten. China staat daarin opnieuw centraal.'

Digitale activa, meer interesse in stablecoins

Institutionele beleggers beschouwen digitale activa steeds minder als buitenbeentjes. Uit de enquête blijkt een lichte maar opvallende toename van het aantal staatsfondsen dat rechtstreeks investeert in digitale activa: 11% nu ten opzichte van 7% in 2022. Dergelijke toewijzing van kapitaal komen het vaakst voor in het Midden-Oosten (22%), de APAC-regio (18%) en Noord-Amerika (16%). In Europa, Latijns-Amerika en Afrika bleef dat aandeel op 0% steken.

Een opmerkelijke bevinding is de groeiende belangstelling van staatsfondsen voor stablecoins, vooral bij instellingen uit opkomende markten. Deze worden als makkelijker inzetbaar beschouwd dan conventionele cryptovaluta, vanwege hun prijsstabiliteit en hun latente kracht voor praktische toepassingen in de echte wereld. Dat maakt stablecoins interessant voor grensoverschrijdende betalingen of als instrument voor liquiditeitsbeheer.

Veel staatsfondsen geven nog altijd de voorkeur aan een indirecte blootstelling aan digitale activa, via onder meer durfkapitaalfondsen en innovatieplatforms, in plaats van rechtstreeks te investeren. Toch wijst de – zij het beperkte – verschuiving richting directe beleggingen op een duidelijke kentering: van abstracte interesse naar daadwerkelijke participatie.

Daarnaast ontplooien centrale banken eigen initiatieven op het gebied van digitale centrale bankmunten (CBDC’s). Ze zoeken naar evenwicht tussen innovatie en het waarborgen van de systeemstabiliteit. CBDC’s bieden diverse voordelen: in opkomende markten ligt de focus op financiële inclusie en het moderniseren van het betalingsverkeer, terwijl in ontwikkelde markten vooral efficiëntie en eigen regie over het geldbeleid centraal staan. De meeste centrale banken bevinden zich echter, vanwege de complexiteit en de risico’s die ermee gepaard gaan, nog in de onderzoeks- of testfase.

Weerbaarheid centrale banken en de defensieve rol van goud

Centrale banken scherpen hun reservebeheer aan in reactie op toenemende geopolitieke spanningen en tumult rond overheidsfinanciën. Bijna twee derde (64%) is van plan de reserves in de komende twee jaar op te krikken, terwijl 53% ook de spreiding van de portefeuilles verder wil vergroten .

Goud behoudt haar sleutelrol: 47% van de centrale banken verwacht de komende drie jaar meer goud kopen. Goud wordt gezien als politiek neutraal en steeds vaker ingezet als strategische buffer tegen risico’s zoals de oplopende Amerikaanse schulden en de toenemende internationale verdeeldheid.

Daarnaast moderniseren centrale banken de samenstelling van hun goudbezit. Naast fysiek goud maken steeds meer instellingen gebruik van instrumenten als ETF’s, swaps en derivaten. Die worden ingezet om de allocaties te verfijnen, het liquiditeitsbeheer te versterken en de flexibiliteit van de portefeuille te vergroten, zonder in te leveren op de beschermende rol van goud. Die ontwikkeling zet zich voort: 21% van de centrale banken is van plan binnen vijf jaar in goud-ETF’s te beleggen (ten opzichte van 16% nu), terwijl het gebruik van goudderivaten naar verwachting verdubbelt van 9% naar 19%.