Aon: Daling dekkingsgraden pensioenfondsen

Aon: Daling dekkingsgraden pensioenfondsen

Pensionfunds Pension
Pensioen (03)

De indicatieve gemiddelde dekkingsgraad van Nederlandse pensioenfondsen is in november teruggelopen naar 124%. De rente daalde en dat was de grootste driver voor de terugloop. November bleek namelijk een goede beleggingsmaand. Zowel aandelen als vastrentende waarden behaalden een plus, maar dit woog niet op tegen de stijging van de verplichtingen.

Dit blijkt uit de Pensioenthermometer van Aon, wereldwijd professioneel dienstverlener op het gebied van risico-, pensioen- en gezondheidsoplossingen, die dagelijks de hoogte van de gemiddelde dekkingsgraad bijhoudt.

De indicatieve beleidsdekkingsgraad, gebaseerd op de gemiddelde dekkingsgraad van de afgelopen twaalf maanden, steeg in november naar 121%. Dit biedt ruimte voor indexatie en dit is ook groots opgepakt door de grote fondsen. Met deze hogere dekkingsgraden lijkt de urgentie voor een ander pensioenstelsel daarentegen ineens veel minder groot.

November maand van herstel

November was een maand van herstel. Het sentiment op de markten verbeterde doordat de focus van inflatie verschoof naar de economische prestaties. De inflatie, die in de Verenigde Staten en de EU hoog is maar afzwakt, en het sterke verkrappen van het monetaire beleid zorgen voor lagere economische groeiverwachtingen. De verwachting op de markten hierdoor is dat dit een vertraging in de snelheid waarmee centrale banken de rente zullen verhogen kan opleveren.

De OESO onthulde een verwachting van 3,1% wereldwijde groei dit jaar, fors lager dan de 5,9% in 2021. De OESO verwacht dat de wereldeconomie in 2023 slechts met 2,2% zal groeien als gevolg van hoge rentetarieven en hoge inflatie. Voor de VS en de EU is de verwachte groei 0,5%

in dezelfde periode waarin Duitsland op weg is naar een recessie. De Europese Commissie verwacht dat de groei zal vertragen tot 0,3% in 2023, ver onder de eerdere prognose van 1,5% en de verwachte 3,3% voor 2022. De commissie verhoogde ook haar inflatieprognose aanzienlijk naar 8,5% voor 2022 en 6,1% voor 2023 ten opzichte van de eerdere prognoses van 7,6% en 4%.

Ook de verwachting voor de Chinese economie wordt gedrukt door hun 'zero-covid'-beleid dat een rem is op economische activiteit. Ondertussen is China getuige van een sterke stijging van het aantal COVID-19 gevallen, wat ertoe heeft geleid dat de regering in het hele land opnieuw strikte afsluitingen heeft ingevoerd. Dit leidde tot enkele van de grootste protesten die het land in jaren heeft gezien.

Het positieve sentiment op de markt en de dalende inflatie zorgden voor goede rendementen op aandelen en een dalende rente. Het rendement van wereldwijde aandelen steeg met ongeveer 5%. Aandelen ontwikkelde markten stegen met met ongeveer 4%, en de aandelen emerging markets stegen zelfs met met 10%.

Vastgoedaandelen profiteerden en stegen met circa 3% op de dalende rente. De rentedaling en een afgenomen kredietrisico zorgden deze maand voor positieve rendementen op bedrijfsobligaties (2,8%) en high yield (3,9%). Door de daling van de lange rente steeg de de gehele vastrentende portefeuille met ongeveer 8%. Op totaalniveau steeg de portefeuille met ongeveer 5%.

Swaprente gedaald, verplichtingen gestegen

Na flinke stijgingen eerder dit jaar kenterde in oktober het beeld en dat vertaalde zich in een daling van de rente in november. De rente daalde gemiddeld met 35 basispunten over de eerste 40 jaren.

Door deze daling stegen de verplichtingen met ongeveer 7%.

Pensioenfondsen delen uit

De in de afgelopen maanden gestegen dekkingsgraden maken dat pensioenfondsen er een heel stuk rooskleuriger voor staan dan een jaar geleden. Dit is ook aanleiding voor de grote fondsen om forse indexaties toe te kennen. De gestegen inflatie kan op die manier (deels) gecompenseerd worden.

Zo gaat ABP 11,96%, BPF Bouw 14,52%, Zorg en Welzijn 6% en PMT 6,2% indexeren per 1 januari aanstaande. Ook andere fondsen maakten dergelijke indexatiecijfers bekend. De fondsen lopen met de toekenning van forse indexaties vooruit op het nieuwe stelsel.

'Wij vinden het positief dat fondsen iets extra’s kunnen doen. De huidige gepensioneerden kunnen dit goed gebruiken', aldus Frank Driessen, CEO Aon Wealth Solutions Nederland, 'maar wij adviseren fondsen om niet de grenzen op te zoeken. Zoals deze maand blijkt kunnen dekkingsgraden ook zo weer terugvallen en er zal straks ook buffer nodig zijn voor de overgang naar het nieuwe stelsel.'

Het is wat vroeg om ervan uit te gaan dat op het moment van overgang de dekkingsgraden nog steeds zo hoog zijn.

Advies Commissie Parameters en nieuwe stelsel

Gisteren is het rapport van de Commissie Parameters gepubliceerd. Het rendement op aandelen wordt iets naar beneden bijgesteld, van 5,8% naar 5,4%. Naast verwachte rendementen, komt de commissie met een aanpassing van de UFR-systematiek.

Tot slot wordt ingegaan op de scenariosets. Het model voor het genereren van scenariosets wordt uitgebreid met een toestandsvariabele.

'Wij verwachten dat de doorrekeningen van de bedragen zoals deelnemers die in mijnpensioenoverzicht.nl kunnen zien van het nieuwe stelsel iets minder gunstig uitkomen voor met name jongere deelnemers. Dit komt omdat in het nieuwe systeem risicovoller voor jongeren wordt belegd en daar staat nu iets meer extra rendement tegenover', zegt Driessen, 'dit zal naar alle waarschijnlijkheid een beperkt effect zijn.'

De grote vraag is wat de nieuwe risiconeutrale set (Q-set) gaat betekenen voor het verschil in het zogenoemde netto profijt. Omdat in netto profijt niet gerekend wordt met een risicopremie op aandelen gaat het met name om de volatiliteiten. Daar wijzigt de commissie niets in. 'Onze verwachting is derhalve dat het beeld dat straks uit de netto profijtberekeningen komt grosso modo aansluit bij het beeld dat we nu al zien.”

Advies Commissie Parameters en huidig stelsel

Maar naast de overgang naar het nieuwe stelsel krijgen de fondsen ook nu direct al te maken met het nieuwe advies. Naast de verlaging van het rendement op aandelen is de inflatieverwachting ietsje naar boven bijgesteld. Het reële rendement zal daardoor wat afnemen, wat zal leiden tot een toename van de premie als deze op basis van verwacht rendement wordt vastgesteld.

'Wij verwachten dat fondsen nog niet de nieuwe parameters hoeven toe te passen voor de premie 2023, omdat fondsen die premie veelal dit jaar hebben vastgesteld of dit jaar nog vaststellen', zegt Driessen. Daarnaast komt de commissie met een aanpassing van de UFR-systematiek.

'Omdat momenteel de voorzieningen op basis van de UFR-systematiek en op bais van de marktrente erg dicht bij elkaar liggen, verwachten wij hier niet zo veel impact van', zo geeft Driessen aan.

'De minister heeft hier zelf benoemd dat het om een daling gaat van ongeveer 0,7% dekkingsgraad voor een gemiddeld fonds. Per saldo verwachten wij dus niet zo heel veel impact van dit advies. Het enige wat we echt gaan zien is dat verwachte URM-bedragen wat minder gunstig worden door de lagere risicopremie op aandelen. Impact op de premie gaan we pas in 2024 zien.'