Pimco: Risico BBB-obligaties overschat

Pimco: Risico BBB-obligaties overschat

Fixed Income Credits

Beleggers maken zich zorgen over het sterk gegroeide aantal bedrijfsobligaties met het kredietoordeel BBB, het laagste niveau binnen de investment grade-markt. Maar intussen zijn de risico’s in het aangrenzende A-segment veel hoger dan wordt aangenomen, waarschuwt vermogensbeheerder Pimco. ‘De schijnwerpers op de BBB-markt halen de aandacht weg van de risico’s op de kleinere A-markt’, aldus de obligatiespecialisten in een analyse.

In 2018 is er in de VS voor $180 miljard aan single A-obligaties afgewaardeerd naar BBB-niveau. Deze ‘downgrades’ gingen gepaard met een forse stijging van de risicopremies, de opslag die beleggers eisen boven het rendement op Amerikaanse staatsobligaties met een vergelijkbare looptijd. Deze stijgingen zijn het spiegelbeeld van koersdalingen; veel beleggers verkopen A-obligaties als deze een lager kredietoordeel krijgen of ze moeten verkopen op basis van hun eigen richtlijnen.

Het gevolg is dat de verhouding tussen de risicopremies op BBB en A-obligaties het afgelopen jaar is gestegen van 1,58 naar 1,87. Dat betekent dat BBB-obligaties goedkoper zijn geworden ten opzichte van het A-segment. Sommige beleggers zullen stellen dat dit logisch is, gezien het sterk gestegen aanbod van BBB-obligaties en de relatieve schaarste van A-stukken, alsmede het verschil in kredietkwaliteit.

Pimco is het niet eens met die redenering. De vermogensbeheerder is van mening dat het risico van stijgende schulden juist groter is bij bedrijven met een A-rating (vergeleken met die met een BBB-rating). Daarnaast blijken A-bedrijven, die dankzij een fusie of overname met geleend geld terugvallen naar BBB-niveau, slecht in staat om de balans weer snel gezond te maken. Pimco concludeert daarom dat obligaties met een A-rating vergeleken met BBB-schuld riskanter zijn geworden dan vroeger – exact het tegenovergestelde van het signaal dat de (gestegen) risicopremies in het BBB-segment aangeven.

Voor de onderbouwing van deze stelling verwijst Pimco onder meer naar een recente Goldman Sachs-studie, waarin staat dat veel investment grade-bedrijven met een hogere rating hun leencapaciteit gaan inzetten om geld terug te geven aan aandeelhouders of om er overnames mee te financieren. Daarnaast heeft een relatief hoog aantal (een op de vijf) van de bedrijven met een A-rating een negatieve outlook voor de kredietstatus.