Waarom beleggers kiezen voor private credit (Ronde Tafel Private Credit - deel 2)

Waarom beleggers kiezen voor private credit (Ronde Tafel Private Credit - deel 2)

Private Debt

In deel 2 van dit rondetafelgesprek bespreken experts waarom institutionele beleggers private credit aantrekkelijk vinden en welke risico’s zij het zwaarst laten wegen. Ook komt de kwaliteit van ratings, de transparantie van de markt, het werkelijke wanbetalingsrisico en de rol van kredietverstrekkers in het groeitraject van bedrijven aan bod.

Door Hans Amesz 

Dit is deel 2 van het verslag. Deel 1 lees je hier, deel 3 verschijnt op donderdag 11 december. 

VOORZITTER:

Harry Geels, Auréus

 

DEELNEMERS:

Sam Foster, PIMCO

Boris Harmsen, Pemberton Asset Management

Jos Kalb, Cardano/Mercer

Cyrus Korat, DRC Savills Investment Management

Louay Mikdashi, Neuberger Berman

Shelley Morrison, Aberdeen Investments

Cyril Roblin, AXA IM Alts

Jorg Sallaerts, Arcmont Asset Management

Robert Scheer, M&G Investments

Rajesh Sukdeo, Achmea Mortgages

  

Wat noemen institutionele beleggers als belangrijkste redenen om in private kredieten te beleggen en wat zien zij als de belangrijkste algemene risico’s?

Korat: ‘Beleggers denken dat deze markt iets te bieden heeft wat ze niet op de openbare markten kunnen krijgen, namelijk extra rendement en toegang tot onderliggende assets die niet direct beschikbaar zijn. Ze proberen meer rendement te halen uit illiquiditeit dan uit het nemen van absoluut risico.’

Kalb: ‘Pensioenfondsen en verzekeraars alloceren inderdaad naar de private credit markten omdat dat meer rendement oplevert. Private kredieten zijn nog relatief nieuw en ze zijn ook op zoek naar manieren om te zien waar ze zich binnen private credit op moeten richten. Wat ook belangrijk is, is dat private kredieten de ruimte bieden om impact te maken.’

Morrison: ‘Beleggers voelen zich aangetrokken tot het potentieel van superieure voor risico gecorrigeerde rendementen dat de asset class biedt. Het gaat om diversificatie van het kredietrisico, om beleggen in een vorm van krediet die niet correleert met iets anders. Het gaat om het isoleren van hun meer liquide portefeuilles tegen marktvolatiliteit.’

Korat: ‘Ik denk dat de grootste zorg van beleggers waarschijnlijk de waardering en de transparantie betreft. Beleggers willen het gevoel hebben dat ze het risico dat ze hebben genomen kunnen monitoren en kunnen detecteren wanneer de investering in kwaliteit achteruitgaat. Dat is nog steeds vrij moeilijk te doen.’
 

Beleggers willen het gevoel hebben dat ze risico’s kunnen monitoren en kunnen detecteren wanneer een investering in kwaliteit achteruitgaat.

 
Foster
: ‘De vraag die denk ik steeds vaker naar voren zal komen, is of beleggers wel voldoende worden gecompenseerd voor het liquiditeitsrisico dat ze nemen. Omdat wij een grote actieve beheerder van fixed income en private credit zijn, denken we altijd na over de relatieve waarde en streven we ernaar om beleggers een passende vergoeding te bieden voor de risico’s die ze nemen.’

Morrison: ‘Eén ding waar beleggers zich steeds meer zorgen over maken, is zelfgenoegzaamheid op het gebied van acceptatie- en kredietnormen en discipline. Omdat er meer liquiditeit naar de asset class private credit is verschoven en er institutioneel kapitaal is gekomen in deze door banken geleide markt, zien we een algemene versoepeling van de krediet voorwaarden in de hele asset class, met veel minder strenge juridische due diligence dan voorheen.’

Private credit-ratings worden voornamelijk verstrekt door kleinere ratingbureaus. Hoe goed is de kwaliteit van hun ratings?

Roblin: ‘Er is geen openbare informatie, maar we kunnen wel gedetailleerde informatie verzamelen, meestal in nichemarkten. We kunnen bijvoorbeeld over due diligence-materiaal beschikken, we kunnen gesprekken voeren met het management, we kunnen Q&A-sessies houden. We hebben enerzijds veel meer op maat gemaakte kredietanalyses nodig en anderzijds is er ook het aspect met betrekking tot de structurering van transacties, wat betekent dat we robuuste managers nodig hebben die in staat zijn de transacties correct te structureren. Onze interne ratingmethodologie is het resultaat van alle kredietanalyses die we hebben gemaakt en wordt meer gebruikt als benchmark.’

Sukdeo: ‘In de meer gevestigde asset classes, zoals hypotheken, is er een lange historie van data. Modellen zijn getest tijdens verschillende recessies. Dat is enigszins geruststellend, maar je weet natuurlijk niet hoe deze modellen zich zullen houden als je in een ernstige recessie terechtkomt.’
 

Als bedrijfsmanagers het positieve effect van een ESG-strategie zien, bijvoorbeeld een vermindering van het personeelsverloop, dan wordt ESG zakelijk gezien een noodzaak.

 
Harmsen
: ‘Wij werken met een externe ratingmethodologie die specifiek is afgestemd op de Europese mid-market, een segment waarvan we de defaults al tientallen jaren monitoren. We beheren kapitaal voor veel Europese verzekeraars en bieden hen volledige transparantie, die mogelijk gemaakt wordt door deze ratingmethodologie.’

Foster: ‘De kwaliteit van ratings varieert, maar naar onze mening kan geen enkele rating een vervanging zijn voor een robuuste bottom-up kredietbeoordeling. Met meer dan vijf decennia ervaring op de publieke markten erkennen wij dat ratings van ratingbureaus vaak achterhaald zijn en dat onafhankelijk onderzoek kan leiden tot een genuanceerder beeld. Investeerders structureren transacties om aan rating vereisten te voldoen in plaats van puur op basis van economische merites, wat de prijsstelling kan verstoren en sommige investeringen minder aantrekkelijk kan maken. In plaats van te concurreren op te duur gewaardeerde assets, willen we profiteren van deze dynamiek door private, niet beoordeelde assets aan te kopen, die vanwege het ontbreken van een rating een hoger rendement bieden. Vervolgens structureren we ze tot beoordeelde (rated) instrumenten, die kunnen worden verkocht aan beleggers die ratings vereisen. Hierdoor kunnen we de ratingpremie binnenhalen en tegelijkertijd de controle behouden over underwriting en structurering.’
 

De kwaliteit van ratings varieert, maar naar onze mening kan geen enkele rating een vervanging zijn voor een robuuste bottom-up kredietbeoordeling.

 
Kalb
: ‘Voor onze klanten voeren we graag een scenarioanalyse uit om de totale portefeuillecontext te bekijken. Dat helpt hen om na te denken over de risico’s die ze daadwerkelijk lopen. En het geeft hen inzicht in welke assets het beste of slechtste presteren en naar welke asset classes ze meer of minder moeten alloceren.’

Wordt het wanbetalingspercentage in private debt onderschat door non-accrual loans en payment- in-kind, PIK loans? Wat is het werkelijke wanbetalingspercen tage en hoe voorkomen we verliezen?

Scheer: ‘De markt is erg ondoorzichtig. Ik denk dat het percentage wanbetalingen iets hoger ligt dan algemeen wordt gedacht. Het is terecht om je daar zorgen over te maken. In tegenstelling tot vroeger, toen de documentatie op bepaalde gebieden van de markt strenger was, is het nu alsof het risico op wanbetaling behoorlijk naar de toekomst kan worden verschoven. Het moment waarop je als kredietverstrekker kunt ingrijpen, kan ver weg zijn.’
 

De markt is erg ondoorzichtig. Ik denk dat het percentage wanbetalingen niet hoger ligt dan algemeen wordt gedacht. Het is er echt om je daar zorgen over te maken.

 
Harmsen
: ‘Beleggers kunnen het beste kiezen voor managers die duidelijk kunnen laten zien hoeveel defaults er zijn geweest en hoe de leverage zich ontwikkeld heeft. Bij ons leidt elke renteverhoging of verslechtering van de leverage tot een verlaging van de interne rating. De asset class is de afgelopen jaren flink op de proef gesteld door stijgende rentes, inflatie en politieke instabiliteit. Hoe managers met die uitdagingen zijn omgegaan, laat duidelijk zien wie het vak echt beheerst.’

Veel beleggers houden rekening met een relatieve waardering. Hoe werkt dat in de praktijk?

Mikdashi: ‘De vuistregel is simpel: als je dezelfde prijs of hetzelfde kunt krijgen op de publieke markten, is er geen reden om voor private te kiezen. Prijsdiscipline is essentieel, maar vaak moeilijk te realiseren. Lange verbintenisperiodes in private markets kunnen managers onder druk zetten om ‘gedwongen kopers’ te worden binnen hun sector, waardoor hun vermogen om de relatieve waarde te beoordelen, wordt beperkt. Een meer flexibele, resultaatgerichte beleggings strategie – een strategie die verder kijkt dan rigide sectorlabels – zou deze beperking kunnen helpen aanpakken. We noemen dat de flexibiliteitspremie.’  

Hoe kunnen (private) credit verstrekkers bedrijven ondersteunen in hun groeitraject?

Roblin: ‘Ten eerste kunnen wij geld bieden met bullet financing, wat geschikt is voor bedrijven die zich willen ontwikkelen door hun cashflows te gebruiken om te investeren, in plaats van om schuld terug te betalen. Maar we hebben ook de mogelijkheid om kennis, goede praktijken en een uitgebreid netwerk te delen met de bedrijven die we ondersteunen en waarmee we samenwerken. Dit netwerk vormt meestal de basis voor zakelijke kansen.’

Harmsen: ‘Ik denk dat het voor een bedrijf nuttig is om één kredietverstrekker te hebben, een partij die als werkelijke partner optreedt, die je bedrijfsmodel begrijpt en die je onderweg kan steunen. Dat maakt de besluitvorming sneller in moeilijkere situaties, waardoor meer waarde behouden blijft.’
 

Harry Geels

Harry Geels is werkzaam bij Auréus als Senior Investment Adviseur. Hij is daar mede verantwoordelijk voor de research naar en selectie van beleggingsfondsen. Ook is hij Adjunct-Hoofdredacteur van Financial Investigator. Hij is verder parttime docent bij het Actuarieel Instituut. Geels behaalde in 1994 zijn Master Financiële Economie aan de VU Amsterdam. Hij schrijft zijn columns voor Financial Investigator op persoonlijke titel.

 

Sam Foster

Sam Foster is Vice President en Product Strategist bij PIMCO in Londen, met een focus op PIMCO’s alternatives-strategieën. Hij werkt sinds 2018 bij de organisatie. Hij heeft zeven jaar ervaring en heeft een BSc in Economie van de University of Bath. Hij is CFA-charterhouder.

 

Boris Harmsen

Boris Harmsen is Managing Director, Head of Origination, Europe bij Pemberton Asset Management. Voor zijn start in 2019 werkte hij bij Deutsche Bank, waar hij verantwoordelijk was voor leveraged finance en sponsor coverage in de Benelux. Hij heeft meer dan 15 jaar ervaring in leveraged loans, kredietverlening en private equity, en vervulde senior functies bij Egeria, Deutsche Bank en ABN AMRO. Harmsen behaalde een MSc Rechten aan de Rijksuniversiteit Groningen.

 

Jos Kalb

Jos Kalb is Senior Portfolio Manager Impact Investing bij Cardano/Mercer. Hij houdt zich bezig met onderzoek en due diligence met betrekking tot impactmanagers die zich richten op een breed scala aan strategieën voor privatemarkten. Kalb heeft een MSc in Technische Informatica van de Universiteit Eindhoven en een MSc in Econometrie van de Universiteit van Tilburg. Hij is CFA- en CAIA-charterhouder.

 

Cyrus Korat

Cyrus Korat heeft meer dan 29 jaar ervaring in real estate en debt capital markets. Voorafgaand aan zijn tijd bij DRC Capital (nu DRC Savills Investment Management), was hij Managing Director bij Merrill Lynch & Co. Daar was hij werkzaam als senior risk taker binnen verschillende disciplines, waaronder ABS/mortgage trading, credit exotic trading en illiquids. Hij behaalde een BSc in Banking & Finance aan Loughborough University.

 

Louay Mikdashi

Louay Mikdashi trad in 2022 in dienst bij Neuberger als Head of Multi-Sector Private Credit. Hij leidt portfoliomanagement-, business- en strategische activiteiten voor multi-sector private credit opportunities. Hiervoor bekleedde hij functies als Head of Opportunistic Alternatives bij BlackRock EMEA en als Global CIO of Alternatives bij Santander Asset Management. Mikdashi is alumnus van Harvard Business School, Boston College, Babson College en HEC.

 

Shelley Morrison

Shelley Morrison is Hoofd Fund Finance bij Aberdeen en verantwoordelijk voor het investeren van institutioneel kapitaal in schuldfaciliteiten op fonds niveau. Zij kwam in 2019 bij Aberdeen werken vanuit RBS, waar ze de functie van Director Funds Banking bekleedde. Morrison is lid van het uitvoerend comité van de Fund Finance Association EMEA en maakt deel uit van Women in Fund Finance.

 

Cyril Roblin

Cyril Roblin is Director in het Capza Artemid Private Debt-team van AXA IM Alts, dat zich richt op de (duurzame) financiering van kleine en middelgrote ondernemingen in Europa. Eerder werkte hij onder meer bij Société Générale, Ardian Private Debt en Aforge Degroof Finance.

 

Jorg Sallaerts

Jorg Sallaerts is Hoofd Benelux bij Arcmont Asset Management. Hiervoor werkte hij bij Ares Management om de Benelux-franchise uit te breiden. Daarvoor werkte hij bij ING in verschillende functies, voornamelijk in leveraged finance in Amsterdam en Londen. Sallaerts heeft een MSc in Finance van de VU Amsterdam en een BSc in Bedrijfskunde van de Radboud Universiteit te Nijmegen.

 

Robert Scheer

Robert Scheer trad in 2022 in dienst bij M&G Investments als co-Hoofd Private Credit Origination. Hij richt zich op het initiëren en uitvoeren van directe credit beleggingen in het middensegment van de markt in continentaal Europa, met een bijzondere focus op de DACH-regio. Scheer heeft een BSc in Bedrijfskunde van de Frankfurt School of Finance & Management, een MSc in Finance van INSEAD in Singapore en is alumnus van het IMD in Lausanne.

 

Rajesh Sukdeo

Rajesh Sukdeo is sinds 2006 Portfolio Manager Mortgages bij Achmea Mortgages, verantwoordelijk voor strategie, portefeuillebeheer en klantrelaties binnen de commerciële en residentiële hypotheekfondsen. Eerder werkte hij bij OHV Capital Markets in fixed income sales en bij SNS Securities op de fixed income desk. Hij behaalde MSc-titels in Finance, Monetaire Economie en Real Estate Finance aan Erasmus Universiteit en Universiteit van Amsterdam.

Bijlagen