Probability & Partners: Geopolitiek risico en de robuustheid van banken
Probability & Partners: Geopolitiek risico en de robuustheid van banken
Door Gerd-Jan van Wiggen, Partner bij Probability & Partners
De huidige geopolitieke dynamiek oefent een steeds grotere invloed uit op de financiële sector. Handelsconflicten, technologische afhankelijkheden, cyberdreigingen en de fragmentatie van markten creëren een omgeving van onzekerheid. Voor banken — cyclische ondernemingen die sterk verweven zijn met de reële economie — vormen dergelijke grote schokken een directe bedreiging voor winstgevendheid, stabiliteit en risicobeheersing.
Sinds de zomer van 2024 hebben wij hier vaker aandacht aan besteed (zie onder andere Pim Poppe in Financial Investigator, ‘Landenrisico’s terug van weggeweest?’, ‘Badend in het zweet’ en ‘Hoe gek kan het worden?’). Bij het ondersteunen van onze klanten met onze risico-inschattingen en het ontwikkelen van scenario’s, zien wij in de praktijk hoe weerbarstig deze dynamiek is.
Hoewel Europese banken momenteel goed gekapitaliseerd zijn en beschikken over ruime liquiditeitsbuffers, blijft de weerbaarheid tegenover gevolgen van geopolitieke gebeurtenissen onzeker. Nieuwe transmissiemechanismen, zoals de indirecte blootstellingen via private credit-markten en de groei van cryptovaluta en stablecoins, kunnen daarnaast onverwachte besmettingseffecten veroorzaken.
Dit alles leidt ertoe, dat zowel de ESAs (European Supervisory Authorities) als de ECB hier nadrukkelijk op reflecteren en met aanbevelingen komen.
Het perspectief van de ESAs: onzekerheid is toegenomen
Het Joint Committee van de drie ESAs — de European Banking Authority (EBA), de European Insurance and Occupational Pensions Authority (EIOPA) en de European Securities and Markets Authority (ESMA) — benadrukt dat geopolitieke onzekerheden de economische groeiverwachtingen voor de eurozone structureel hebben verlaagd. Invoerheffingen en andere handelsbarrières leiden tot verstoringen in supply chains en tot terughoudendheid bij investeerders, wat zich vertaalt in een lagere kredietvraag en hogere risicopremies.
Financiële instellingen worden dan ook aangespoord om geopolitieke risico’s expliciet te integreren in hun dagelijkse risicomanagementprocessen. Dat betekent niet alleen het opnemen van meer traditionele scenario’s met marktcorrecties of rentevolatiliteit, maar ook het systematisch analyseren van indirecte blootstellingen — bijvoorbeeld via klanten die actief zijn in geopolitiek gevoelige sectoren of regio’s.
Daarnaast wijzen de toezichthouders op het toegenomen aantal cyberincidenten en de groeiende afhankelijkheid van derde partijen voor (kritieke) IT-diensten. Dit maakt instellingen kwetsbaarder voor verstoringen die voortkomen uit internationale spanningen of sanctieregimes. De implementatie van Digital Operational Resilience Act (DORA) krijgt hierdoor meer urgentie: operational resilience wordt gezien als een integraal onderdeel van goed risicomanagement.
Het ECB-perspectief: buffers en stresstests in een onzekere wereld
Ook de Europese Centrale Bank (ECB) heeft haar toon ten aanzien van geopolitieke risico’s aangescherpt. Vanuit macroprudentieel perspectief benadrukt de ECB de noodzaak om kapitaalbuffers te versterken, met name om systeembrede onzekerheden op te vangen. Instrumenten zoals de countercyclical capital buffer (CCyB) kunnen door toezichthouders ingezet worden tegen besmettingseffecten en feedbackloops vanuit de reële economie.
De ECB wijst erop dat traditionele stresstestmethodologieën onvoldoende toereikend zijn om de impact van geopolitieke scenario’s te vangen. Historische data zijn niet per se representatief voor toekomstige schokken. De recente crises — zoals de COVID 19-pandemie en de energiecrisis — werden deels gedempt door omvangrijke overheidssteun, waardoor het verband tussen macro-economische verslechtering en kredietverliezen wordt onderschat in een situatie waarin dergelijke steun ontbreekt of niet in voldoende mate ingeregeld kan worden. Bovendien kunnen structurele veranderingen, zoals het verschuiven van handelsstromen en sectorale gevoeligheden voor importheffingen, leiden tot effecten die niet door de huidige modellen worden ondervangen.
Om beter inzicht te krijgen in kwetsbaarheden voert de ECB periodiek stresstests uit in samenwerking met de EBA. De EBA-stresstest, die elke twee jaar plaatsvindt, baseert zich op een statische balans en een tijdshorizon van drie jaar. In de tussenliggende jaren voert de ECB eigen aanvullende stresstests uit. Komend jaar zal de ECB in dit kader een reverse stresstest laten uitvoeren die specifiek gericht is op geopolitieke risico’s.
Het doel van deze benadering is om te identificeren welke gebeurtenissen een significante impact kunnen hebben op de kapitaalratio’s van banken. Iedere bank heeft een eigen gevoeligheid voor geopolitieke events, bijvoorbeeld als gevolg van een specifieke sectorfocus of het gekozen business model. Bij een reverse stresstest wordt aan banken gevraagd om te analyseren welke gebeurtenissen kunnen leiden tot een daling van een paar honderd basispunten in de CET1-ratio. De uitkomsten laten zien waar zwakheden in het financiële systeem zitten en kunnen leiden tot specifieke maatregelen om te voorkomen, dat grote risico’s zich voordoen of dat de impact hiervan beperkt wordt. Voorbeelden hiervan zijn aanpassingen in het dividendbeleid om kapitaalbuffers op te bouwen, aanpassingen in het business plan, het verminderen van exposure in bepaalde sectoren of van bepaalde tegenpartijen.
Kritische kanttekeningen en implicaties voor banken
De oproep van toezichthouders tot versterking van kapitaalbuffers en verbeterde risicobeheersing is gerechtvaardigd. Tegelijkertijd is het de vraag of het verhogen van kapitaalbuffers het meest effectief is. Enerzijds zien we namelijk dat in sommige jurisdicties de kapitaalvereisten naar beneden worden bijgesteld, waardoor Europese banken een competitief nadeel kunnen ervaren. Anderzijds kunnen relatief eenvoudige ingrepen, zoals het inbouwen van redundantie in systemen, meer impact hebben voor de stabiliteit van een bank tegen lagere kosten vergeleken met hogere buffers.
Conclusie
De geopolitieke onzekerheden waarmee de wereldeconomie in 2025 wordt geconfronteerd, zijn groter en diffuser dan in voorgaande jaren. Zowel het Joint Committee van de ESAs als de ECB benadrukken dat financiële instellingen geopolitieke risico’s moeten verwerken in hun risicomanagementproces en hun kapitaalplanning. Het ontwikkelen van plausibele scenario’s is daarbij een van de belangrijkste instrumenten.
Tegelijkertijd groeit het belang van operational resilience. De implementatie van DORA en aangescherpte Third-Party Risk Management en Outsourcing guidelines helpt hierbij.
De kernboodschap luidt dan ook dat banken zich niet alleen moeten voorbereiden op de gebruikelijke economische cycli, maar juist ook op de onvoorspelbare gevolgen van geopolitieke fragmentatie. Alleen door de combinatie van solide kapitaal- en liquiditeitsbuffers, integraal risicomanagement en robuuste operationele structuren kunnen instellingen hun stabiliteit behouden in een wereld waarin geopolitiek steeds sterker de financiële realiteit beïnvloedt.
Wij adviseren als Probability & Partners de aanbevelingen van ESMA, ECB, EIOPA en het Joint Committee ter harte te nemen. Een kanttekening daarbij is om weerbaarheid niet primair in kapitaal te zoeken, maar vooral ook om operationele redundantie na te streven en flexibiliteit in het business- en operationele model te verbeteren. Wij noemen dat scenario-agnostische-weerbaarheid. Sinds de zomer van 2024 hebben we met verschillende klanten opgetrokken om ze te helpen. Voor ons en onze klanten een nieuw, uitdagend en vooral belangrijk risk management domein dat met de aanbevelingen aan professionaliteit en urgentie zal winnen.