NVP: NII als katalysator en niet als concurrent
NVP: NII als katalysator en niet als concurrent
Door Juul Vaandrager, plaatsvervangend directeur van de Nederlandse Vereniging van Participatiemaatschappijen (NVP)
De afgelopen maanden is de discussie over een Nationale Investeringsinstelling (NII) in een stroomversnelling geraakt. Sinds de brief van Kremers van maart 2025 is hier breed politiek draagvlak voor.
Een nieuw opgezette publieke investeringsinstelling zou het concurrentievermogen van Nederland versterken, het gat in de financieringsmarkt dichten en optreden als counterpart voor de EIB.
Die ambities juich ik toe. Maar de vraag is niet alleen óf we een volwaardige NII moeten hebben, maar vooral hoe we dat doen.
Aanvullen niet vervangen
Bij de NVP zien we dagelijks hoe krachtig ons investeringsklimaat is. Private fondsen investeren in honderden innovatieve bedrijven, begeleiden ondernemers intensief en spelen een cruciale rol bij groei, maatschappelijke transities en werkgelegenheid.
Een NII kan die kracht versterken, zolang ze aanvullend opereert. Niet door te concurreren met investeerders, maar door risico’s te delen en marktfalen te helpen oplossen, bijvoorbeeld in deeptech of klimaatinnovatie, waar de terugverdientijd lang is en de risico’s groot zijn.
De discussie is breder, maar mijn focus ligt op risicokapitaal
De huidige politieke discussie over een NII gaat over veel meer dan alleen risicokapitaal. Er wordt gesproken over investeringen in infrastructuur, woningbouw, energievoorziening en defensie: thema’s die elk hun eigen instrumentarium vragen (bijvoorbeeld schuldfinanciering, risicokapitaal, subsidies).
Ik richt mij echter op één deel van dat speelveld: de markt voor risicokapitaal voor start- en scale-ups. Daar ligt de expertise van venture capital-fondsen en daar kan een NII een grote rol spelen. Het is belangrijk dat het beleid deze afbakening scherp houdt, zodat de discussie helder blijft en de overheidsmiddelen doelgericht kunnen worden ingezet.
De dialoog met de markt is cruciaal
Wat ik in veel beleidsdiscussies zie, is dat de stem van de markt, investeerders én ondernemers nog weinig wordt meegenomen in de ontwerpfase. Terwijl juist daar het verschil wordt gemaakt.
De totstandkoming en de uitvoering van een NII vragen om een structurele dialoog tussen publieke en private partijen. Alleen door samen te werken, kunnen we de juiste prioriteiten stellen, risico’s goed inschatten en instrumenten effectief inzetten. In landen als Frankrijk en Denemarken is die samenwerking stevig verankerd door private partijen al vanaf de beleidsvorming te betrekken, en niet pas bij de uitvoering.
Wat is er nodig voor succes?
Een effectieve NII moet gebaseerd zijn op een aantal fundamentele principes:
- Gebruik wat er al is: Nederland beschikt al over sterke instellingen als Invest-NL, RVO en de ROM’s. Bundel de krachten en bouw geen nieuwe organisatie.
- Denk langjarig: Continuïteit en voorspelbaarheid zijn cruciaal. Consistent beleid moet zwaarder wegen dan politieke kortetermijnambities.
- Werk professioneel: Op afstand van de politiek, met duidelijke doelen, een zakelijk bestuur en een ‘revolverend’ karakter.
- Wees complementair aan de markt: Gebruik een hefboom om private investeringen aan te jagen, maar neem niet de lead en voorkom zo verdringing.
- Meet wat ertoe doet: Het meten van resultaten houdt iedereen scherp en biedt de kans steeds beter te worden.
Tot slot: samen bouwen aan impact
De NVP ziet in een NII een kans om ons investeringsklimaat te versterken, mits de markt vanaf het begin wordt meegenomen. Een goed ontworpen NII kan de toegang tot kapitaal verbeteren, innovatie versnellen en Nederland sterker positioneren in Europa. Maar dat lukt alleen als publieke en private partijen samen bouwen: vanuit vertrouwen, dialoog en gedeelde ambitie.