Pim Poppe: Komen en gaan
Pim Poppe: Komen en gaan

Door Pim Poppe, Managing Partner bij Probability & Partners
Beschavingen, hegemonieën, regeringsvormen, leiders, waarheden: ze komen en gaan. Het is een ritme van generaties of eeuwen, niet van jaren of decennia.
U en ik zijn maar eenvoudige mensen. Wij zien deze bewegingen niet of nauwelijks. Wij hebben zelf immers niets meegemaakt op deze tijdschaal. We hebben geschiedenisles gehad, maar die zijn we allemaal grotendeels vergeten. De westerse landen leven al generaties in relatieve rust. Al zeventig jaar sinds de Tweede Wereldoorlog. We kunnen ons eenvoudigweg niet voorstellen dat de wereld er ook anders uit kan gaan zien. Niet echt.
Wat zouden we kunnen leren van mensen die door een bepaalde lens naar deze verschuivingen in macht hebben gekeken? Wat hebben zij gezien? Welke patronen zijn er zichtbaar? En wat zijn mogelijke conclusies voor de komende dertig jaar?
Imperial overstretch leidt tot neergang
Paul Kennedy’s The Rise and Fall of the Great Powers is geschreven in 1987. Ik heb het in 1989 kort na verschijnen gelezen. Vanwege al het gedoe in de wereld heb ik het boek kort geleden weer uit de boekenkast gehaald. Het biedt een beschrijving en een analyse van de opkomst en neergang van wereldmachten tussen 1500 en het einde van de 20ste eeuw. De auteur onderzoekt hoe economische kracht en militaire macht met elkaar verweven zijn en hoe grootmachten vaak falen wanneer ze deze twee niet in balans houden.
Centraal is het begrip de ‘imperial overstretch’: als het invloedsgebied te groot wordt, kan een land de benodigde defensie niet meer betalen, omdat de economie dat niet kan dragen. Landen die hun middelen verspillen aan eindeloze oorlogen en militaire expansies ruïneren uiteindelijk zichzelf. Het boek bevat veel voorbeelden, relevante lessen en implicaties.
Naar mijn smaak blijft de wet van de grote getallen (meer inwoners) en de catch-up van GDP per hoofd bepalend. Het is waarschijnlijk dat China de VS economisch – en uiteindelijk ook militair – zal overtreffen. Het tegenspartelen van de VS zal dat niet vertragen. Zeker niet op de manier waarop dat nu gebeurt. In tegendeel.
Inclusieve instellingen, democratische regeringen en vrije markten.
Acemoglu en Robinson publiceerden in 2012 hun boek Why nations fail. Daarin stelden ze dat we inclusieve instellingen, democratische regeringen en vrije markten nodig hebben voor economische voorspoed en geluk. De auteurs vergelijken steeds tweelinglanden: bijvoorbeeld Noord-Korea en Zuid-Korea of Mexico en de staat Texas. Landen met vrijwel dezelfde geografische uitgangspunten kunnen in enkele decennia enorme verschillen opbouwen in vooruitgang.
Om succes te bewerkstelligen, moeten markten functioneren, moeten regeringen democratisch zijn en moeten inclusieve instellingen ervoor zorgen dat de macht van elites beperkt wordt, zodat deze de economie en de politiek niet kunnen monopoliseren. Inclusieve instellingen zorgen voor gelijke kansen, wat gelijkheid en innovatie stimuleert.
Een belangrijke les voor mij is dat in de VS de belangrijkste randvoorwaarden voor economische groei op de lange termijn ondergraaft: inclusiviteit en democratie zijn in gevaar. Het buitensluiten van arbeidsmigranten heeft al grote gevolgen voor vraag en aanbod, zoals inflatie door het uitzetten van ongedocumenteerden. Ook de aantrekkelijkheid van de VS voor hoogopgeleiden neemt af, wat het innovatievermogen schaadt.
Wat betreft de markten kunnen we stellen dat er nu, in de afwezigheid van antitrust-toezicht. monopoliewinsten worden gemaakt door de grootste technologiebedrijven. Dat is goed voor aandelen op de korte termijn en slecht voor de economie (en aandelen) op de lange termijn.
Een probleem voor de theorie is China, dat economische groei bereikt onder een autoritair regime. Acemoglu en Robinson stelden in 2021 dat deze groei vooral werd gedreven door technologische kopieën en arbeidsmigratie van landbouw naar industrie. Met de kennis van 2025 lijkt dat niet meer te kloppen. De autonome innovatieve kracht van China is groter dan verwacht, en op meerdere gebieden loopt het land voor op het Westen.
Balans tussen staat, rechtsstaat en democratische verantwoording
In De oorsprong van onze politiek (2011) analyseert Francis Fukuyama de historische ontwikkeling van politieke instellingen. Hij stelt dat succesvolle samenlevingen een balans moeten vinden tussen drie essentiële elementen: een sterke staat (voor orde en veiligheid), een rechtsstaat (voor gelijke rechten), en democratische verantwoording (voor participatie en controle).
Wat ik wel een gemis vind, is dat Fukuyama de rol van markten en innovatie niet beschrijft. Wat dat betreft, is zijn analyse incompleet. Het is daarom verstandig om als aanvulling Why nations fail van Acemoglu en Robinson te lezen.
Al in 2011 waarschuwde Fukuyama dat de VS tekenen van institutionele achteruitgang vertoont. De balans tussen staat, rechtsstaat en democratie raakt verstoord door toenemende politieke polarisatie, groeiende ongelijkheid en een inefficiënt overheidsapparaat. Hij benadrukte dat een hernieuwde focus op institutionele hervormingen en sociale cohesie nodig zijn om de Amerikaanse democratie te versterken.
Met de kennis van vandaag kunnen we wel stellen dat deze versterking van de Amerikaanse democratie niet heeft plaatsgevonden. Sterker nog, de achteruitgang van de VS gaat sneller en er zijn geen tekenen van ommekeer. De grote vraag is of het aftakelingsproces door zal gaan en we de laatste democratische verkiezingen al gehad hebben. De midterms in november 2027 zijn de eerstkomende en waarschijnlijk cruciale stap in de ontwikkeling van de democratie in de VS: verder afglijden, of misschien een klein stapje terug naar een functionerende democratie.
Voorspelbare patronen?
In The Changing World Order (2020) onderzoekt Ray Dalio de opkomst en neergang van wereldrijken door economische, politieke en sociale cycli. Dalio is een Amerikaanse investeerder, hedgefondsmanager en de oprichter van Bridgewater Associates, een van de grootste hedgefondsen ter wereld. Gezien zijn economische successen heeft hij enig recht van spreken.
Dalio stelt dat naties een voorspelbaar patroon volgen: opkomst door sterke instellingen, innovatie en samenwerking, gevolgd door verval door schulden, ongelijkheid en interne verdeeldheid.
Dalio bestempelt de rol van een reservemunt, zoals de Amerikaanse dollar, als cruciaal. Landen met een reservemunt profiteren van lage financieringskosten, maar verval begint bij hoge schulden en afnemend vertrouwen.
Ik denk dat Dalio wel een erg deterministische benadering volgt, met een mogelijke oversimplificatie van geopolitieke dynamieken. Met name de rol van individuele leiders, met al hun grillen en ambities, doen er ook toe. Sommige leiders stijgen boven zichzelf en hun land uit, andere doen dat niet. Ik zou daarom eenieder aanraden ook door de lens van Simon Sebag Montefiore te kijken.
Oorlog is niet per se slecht voor aandelen, intern conflict meestal wel
Stocks for the Long Run is een van mijn favoriete boeken. Ik heb de versies van 2008 en 2014 gelezen. Kortgeleden is de opnieuw geactualiseerde versie 2023 uitgekomen. Deze heb ik ook gelezen. In de basis zijn de conclusies dezelfde als die van eerdere edities. In het boek analyseert Siegel ook de invloed van oorlogen op de economie en financiële markten. Daar was ik nu net in geïnteresseerd. Hij benadrukt dat aandelenmarkten veerkrachtig blijven, zelfs tijdens oorlogen en conflicten. Hoewel geopolitieke crises op korte termijn volatiliteit veroorzaken, blijven aandelen op de lange termijn sterke rendementen bieden door economische herstelkracht, technologische vooruitgang en productiviteitsgroei. Voorbeelden, zoals de wederopbouw na de Tweede Wereldoorlog en marktgroei tijdens de Koude Oorlog, illustreren deze veerkracht.
Interne conflicten binnen landen, zoals burgeroorlogen of politieke instabiliteit, hebben vaak een negatievere impact op aandelenrendementen, omdat ze de binnenlandse economie en het investeerdersvertrouwen direct schaden. Siegel benadrukt echter dat goed beleid economische groei kan laten herstellen.
Door deze lens bekeken, word je ook somberder voor de VS. De kans op intern conflict lijkt me erg groot. De president is er op alle mogelijke manieren bijna opzettelijk naar op zoek. Conflict zal leiden tot opstand. Opstand tot repressie. Althans, dat is goed denkbaar.
Macht, liefde, rivaliteit en ambitie bepalen het verloop van de wereldgeschiedenis
In De wereld: een familiegeschiedenis (2022) biedt Simon Sebag Montefiore een ambitieuze en meeslepende reis door de wereldgeschiedenis, verteld door de lens van families. Dit boek is anders dan de andere. Montefiore verkent in het boek hoe dynastieën, families en persoonlijke relaties de loop van de geschiedenis hebben gevormd, van oude beschavingen tot moderne naties. Hij brengt bekende en minder bekende figuren tot leven, zoals de farao’s, de Romanovs, de Rothschilds en hedendaagse politieke dynastieën, en laat zien hoe macht, liefde, rivaliteit en ambitie hun invloed hebben bepaald.
Montefiore’s unieke aanpak combineert grootse historische gebeurtenissen met intieme details over het privéleven van historische acteurs, waardoor complexe geopolitieke ontwikkelingen tastbaarder worden. Hij benadrukt hoe familiebanden vaak aan de basis liggen van conflicten, allianties en culturele transformaties.
Het boek leest als een smeuïge Netflix orginal met details. Details die soms de hoofdlijn overschaduwen. Toch biedt het boek een waardevol aanvullend beeld op de wereldgeschiedenis. Namelijk dat mensen met menselijke emoties en driften er toe doen. Liefde, macht, haat en vergelding op individueel niveau dicteren ook het verloop van de wereld geschiedenis. Of Harris of Trump president is, het kan een wereld van verschil maken.
En wat nu?
Wat zien we, kijkend door de bril en de theorieën van deze auteurs? Een ding is zeker: beleggers kunnen zich niet onttrekken aan een veranderende wereld. Oorlogen hebben, vreemd genoeg, dubbelzinnige effecten op aandelen. Wat waarschijnlijk is, is dat inclusiviteit, een voorspelbare rechtstaat, en beperking van de macht van elites de economische groei stimuleert. Intern conflict remt groei. Op de lange termijn drijft economische groei aandelenrendementen. De VS is doende belangrijke voorwaarden voor economische groei te vernietigen. Dat zal voor alle landen in de wereld slecht zijn, maar meer voor de VS dan voor andere landen en regio’s.