Janus Henderson: Aandelen buiten de VS winnen aan aantrekkingskracht

In een jaar vol verrassingen op de financiële markten steekt één ontwikkeling er met kop en schouders bovenuit: de sterke opleving van aandelen buiten de VS. Terwijl de S&P 500 dit jaar nauwelijks 2% in de plus staat, is de MSCI All Country World Index exclusief de VS al met 16% gestegen – een opvallende ommekeer ten opzichte van voorgaande jaren.
En het eind lijkt nog niet in zicht, stellen Julian McManus en Christopher O’Malley van Janus Henderson. Volgens hen profiteren aandelen buiten de VS van aantrekkelijke waarderingen én van structurele verschuivingen die zijn ingezet door het economische beleid van de Trump-regering. Voor beleggers – van wie velen het jaar begonnen met een sterke focus op Amerikaanse aandelen – is het misschien tijd om hun positie te heroverwegen.
Buiten de VS keert het groeidenken terug
Jarenlang moesten aandelenmarkten buiten de VS het qua rendement vaak afleggen tegen snelgroeiende Amerikaanse techreuzen. Maar die trend lijkt nu te kantelen. Wereldwijd zetten overheden steeds nadrukkelijker in op economische groei, met nieuwe stimuleringsmaatregelen en strategische investeringen.
In Europa leidt de toenemende geopolitieke onrust – met name sinds de oorlog in Oekraïne – tot fors hogere defensie-uitgaven. Dat kan niet alleen een directe economische impuls geven via banen en investeringen, maar ook de Europese groei structureel versterken. Duitsland zette al een stap met de versoepeling van de zogenoemde Schuldenbremse en een investeringspakket van €500 miljard voor infrastructuur.
Tegelijk klinken in Brussel steeds luider stemmen voor meer consolidatie en innovatie, onder aanvoering van prominente Europese leiders als Mario Draghi en Ursula von der Leyen, om het concurrentievermogen van Europese bedrijven te versterken.
Ook China probeert via stimulus en staatssteun zijn binnenlandse consumptie nieuw leven in te blazen. De regering verhoogde het begrotingstekort naar 4% van het bbp en lanceerde een staatsfonds van 1.000 miljard yuan (zo’n 139 miljard dollar) voor technologische innovatie, met speciale aandacht voor kunstmatige intelligentie en private techbedrijven.
Ondersteunend beleid en lagere waarderingen maken niet-Amerikaanse aandelen aantrekkelijker
Terwijl overheden wereldwijd hun economische koers aanpassen, verandert ook het speelveld op de financiële markten. Amerikaanse aandelen noteren op basis van koers-winstverhoudingen nog altijd met een forse premie ten opzichte van aandelen buiten de VS. Tegelijkertijd doen de zorgen over nieuwe importtarieven en de kredietwaardigheid van de Amerikaanse staat de rentes op langlopende Treasuries oplopen – wat de aantrekkelijkheid van Amerikaanse aandelen verder onder druk zet.
Het beleid van Trump heeft bovendien het inflatiebeeld in de VS complexer gemaakt, waardoor de ruimte voor renteverlagingen door de Federal Reserve beperkt blijft. Dat staat in contrast met andere delen van de wereld, waar centrale banken wél versoepelen. De Europese Centrale Bank verlaagde deze maand voor de achtste keer in een jaar de rente, die nu op 2% ligt – meer dan twee procentpunt lager dan in de VS. In China begon de centrale bank al in 2024 met een reeks renteverlagingen, die ook in mei van dit jaar zijn voortgezet.
Beleggingskansen buiten de VS, maar let op risico’s
In het huidige beleggingsklimaat liggen er zeker kansen in aandelen buiten de VS – mits beleggers selectief te werk gaan. Europese defensie- en industriële bedrijven lijken goed gepositioneerd, zeker in Duitsland waar de productiecapaciteit fors moet worden opgeschaald om aan de nieuwe defensieambities te voldoen. Ook Europese banken zijn interessant: na jaren van kapitaalopbouw keren ze steeds vaker uit via dividenden en aandeleninkoop. De vooruitzichten worden nog gunstiger nu de ECB het goedkeuringsproces voor aandeleninkoop wil versnellen en de VS inzet op verdere deregulering van de sector.
Minder aantrekkelijk zijn bedrijven met lange en kwetsbare toeleveringsketens, zoals autofabrikanten, die extra gevoelig zijn voor handelsbarrières. Beter bestand tegen onzekerheden zijn ondernemingen met abonnementsmodellen – zij hebben nauwelijks last van handelsbeleid en bieden daardoor meer stabiliteit.
In China noteren grote internetbedrijven momenteel bijzonder laag. Als fiscale stimulering de binnenlandse consumptie aanjaagt en de overheid blijft investeren in technologie, kan dat zorgen voor herwaardering van deze aandelen. Ten slotte zijn er in Japan kansen binnen de financiële dienstverlening. Hervormingen in corporate governance stimuleren er kapitaalmarktactiviteit, terwijl stijgende lonen en inflatie de vraag naar vermogensbeheer vergroten – los van de bredere economische context.
Hoewel aandelen buiten de VS aan aantrekkingskracht winnen, blijven de risico’s reëel. Zo zet de onzekerheid rond Amerikaanse importtarieven de wereldeconomie onder druk. De Europese Commissie verlaagde haar groeiverwachting voor de EU in 2025 van 1,5% naar 1,1%. Tegelijkertijd kan de verzwakkende dollar op termijn de exportpositie van niet-Amerikaanse bedrijven schaden en winsten onder druk zetten. Ook in Azië zijn er zorgen. In China krimpt de industriële productie door zwakke export en matige binnenlandse vraag, terwijl de vastgoedsector blijft haperen. En in Japan kromp de economie in het eerste kwartaal van 2025 voor het eerst in een jaar.