Joeri de Wilde: Beursdynamiek weerspiegelt klimaatzorgen niet

Joeri de Wilde: Beursdynamiek weerspiegelt klimaatzorgen niet

Duurzaam beleggen ESG
Joeri de Wilde (Triodos Investment Management)

Door Joeri de Wilde, Investment Strategist bij Triodos Investment Management

‘De grote meerderheid van de aandeelhouders is dolblij met de hoge rendementen in de olie- en gassector, maar houdt zich stil’, zo was recent te lezen in een FD-artikel over de miljardenwinsten van Shell en BP.

En ook: ‘Aandeelhouders die duurzaam zijn, zijn veel luidruchtiger en krijgen veel meer media-aandacht.’ Anders gezegd: bij de meeste aandeelhouders staat kortetermijnwinst nog altijd op nummer 1 en is er van groeiende zorgen over het klimaat geen sprake.

Deze conclusie zou je kunnen trekken nu de koers van beide oliemaatschappijen na de aankondiging van extra investeringen in fossiel ten koste van verduurzaming flink gestegen is. Maar dat is te kort door de bocht. Eerder toont dit aan hoe door gebrekkige ‘groene’ kennis en de macht van enkele megavermogensbeheerders de realiteit op de beurs steeds verder af is komen te staan van de maatschappelijke klimaatzorgen, waardoor bedrijven als Shell onder kunstmatig gunstige voorwaarden kapitaal kunnen blijven ophalen.

Wel degelijk wereldwijde zorgen over klimaat

Hoe kijkt de zwijgende meerderheid nu eigenlijk aan tegen klimaatverandering? Is het inderdaad zo dat klimaatactivisten steeds harder zijn gaan roepen en dat de media hun oren daarnaar hebben laten hangen? Of is er wel degelijk sprake van breder gedragen klimaatzorgen? De resultaten van een recent onderzoek van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) duiden op het laatste.

Volgens de onderzoekers vindt in elk van de 28 onderzochte landen minstens 70% van de bevolking klimaatverandering een ernstig probleem. Het gaat hier om zowel rijke als minder rijke landen en in de meeste landen spelen inkomensverschillen interessant genoeg geen rol. Doorvertaald zou dit dan moeten betekenen dat ook een substantieel deel van de aandeelhouders zich wel degelijk grote zorgen maakt over het klimaat.

Gebrekkige kennis voorkomt klimaatactie

De vraag is waarom deze zorgen zich dan niet vertalen in een brede steun voor klimaatbeleid. Grootste boosdoener is volgens het IMF-onderzoek een gebrek aan kennis: onwetendheid over de precieze werking en effectiviteit van bijvoorbeeld CO2-beprijzing, over de kosten en de verdeling hiervan en over de bijkomende voordelen (verbeterde luchtkwaliteit, extra banen, minder files et cetera) maakt mensen argwanend. Hierdoor ontbreekt de benodigde steun voor daadkrachtig overheidsbeleid. Het gevolg: de maatschappelijke kosten van klimaatverandering worden niet via klimaatbeleid doorberekend aan vervuilende bedrijven, waardoor de waardering van fossiel op de beurs veel te rooskleurig blijft.

Lichtgroen is eigenlijk bruin

Een tweede gevolg van gebrekkige kennis is dat veel mensen denken duurzaam te beleggen, maar niet weten dat de ‘groene’ fondsen waarin ze beleggen het ‘best-in-class’-principe hanteren. Dit betekent dat deze fondsen nog steeds in vervuilende sectoren beleggen, alleen dan in de zogenaamd braafste jongetjes van de (vervuilende) klas. Zo vloeit er dus nog steeds veel geld naar vervuilende bedrijven, terwijl dit vaak helemaal de bedoeling niet is.

De macht van de megavermogensbeheerders

Maar ook als beleggers wel bewust in fondsen beleggen waarin fossiele bedrijven zitten, worden hun klimaatzorgen lang niet altijd meegenomen naar de aandeelhoudersvergaderingen. Hier spelen de megavermogensbeheerders van de wereld een dubieuze rol. Deze kolossen, ‘s werelds BlackRocks en Vanguards, zijn bij veel bedrijven grote en invloedrijke aandeelhouders. Tot voor kort besloten ze geheel op eigen houtje of ze op een aandeelhoudersvergadering voor of tegen resoluties stemden die gericht waren op verduurzaming. En doorgaans was dat tegen.

Inmiddels mogen institutionele beleggers (zoals pensioenfondsen en verzekeraars), die in totaal 23% van het beheerde vermogen van bijvoorbeeld een BlackRock vertegenwoordigen, wel zelf beslissen hoe er gestemd dient te worden. Slechts een kwart van hen heeft dit tot dusver gedaan. Voor particuliere beleggers is dit, behoudens een pilotproject in het Verenigd Koninkrijk, nog steeds onmogelijk. Op deze manier blijven de maatschappelijke klimaatzorgen dus ondervertegenwoordigd op aandeelhoudersvergaderingen. Ook dit draagt bij aan het vertekende beeld op de beurs.

Beurs geen afspiegeling van maatschappij

De conclusie lijkt gerechtvaardigd dat een meerderheid van de aandeelhouders zich wel degelijk zorgen maakt over het klimaat. Dat dit op de beurs (nog) niet tot uitdrukking komt, heeft alles te maken met gebrekkige kennis bij beleggers, die leidt tot onmacht en onwil, en de te grote machtspositie van een beperkt aantal megavermogensbeheerders. Zolang dit niet verandert, blijven fossiele projecten rendabel. Macht valt in te perken, kennis te vergroten.