LFDE: Brengt Trump vooral 'bevrijding' voor China en Europa?

Van alle landen waartegen de Verenigde Staten nieuwe invoerheffingen hebben afgekondigd, is China het zwaarst getroffen: het tarief van 145% dat sinds 10 april van kracht is, komt neer op een vrijwel volledige handelsblokkade.
Toch behoren sinds Trumps aantreden Chinese aandelen tot de beste leerlingen van de klas: op 8 mei noteerde de MSCI China (in USD) 16% hoger dan op 20 januari, terwijl Amerikaanse aandelen over diezelfde periode 5% verlies lieten optekenen.
Ook elders zien we die tegenstelling. Zo is de MSCI Europe, opnieuw in Amerikaanse dollar, in dezelfde tijdspanne met 13% gestegen, terwijl Europa, dat op grote schaal industriële goederen exporteert naar de Verenigde Staten, sinds 9 april aan een invoerheffing van 10% is onderworpen.
Zijn de opgelegde strafmaatregelen voor die exportlanden dan een zegen? Er zijn verschillende verklaringen voor dit opmerkelijke fenomeen.
Economische reactie van de regio’s
Om te beginnen is er de economische reactie van de regio's in kwestie. Zowel in China als in Europa heeft het Amerikaanse offensief, zij het op indirecte wijze, een tegenreactie op gang gebracht in de vorm van steunmaatregelen. Er is wel een verschil in context. China, dat al jaren gebukt gaat onder een vastgoed- en consumptiecrisis, was al enkele kwartalen herstelmaatregelen aan het nemen. Het heeft nu een tandje bijgestoken en de financiële omstandigheden nog verder versoepeld. Op 8 mei heeft Beijing de richtrente en de verplichte reserveratio's voor banken nogmaals verlaagd. Europa, daarentegen, zat niet op het spoor van uitzonderlijke begrotingsmaatregelen.
Veranderde houding
Het oude continent heeft echter plots een heel nieuwe kijk ontwikkeld op overheidsschulden, en moedigt die voortaan juist aan als ze bijdragen aan het verhogen van de militaire slagkracht. Die veranderde houding is weliswaar ingegeven door geostrategische overwegingen, maar de begrotingsstimuli komen wel bijzonder gelegen. Ze vormen een handig tegenwicht tegen de verwachte vertraging van de export. Duitsland, dat een punt wil zetten achter de tot nu toe heilige rem op de overheidsschuld, is daarvan het beste voorbeeld. Tegelijk kan de Europese Centrale Bank, die de nadruk legt op het risico dat de groei vertraagt en op middellange termijn dus wellicht de inflatie afneemt, net zoals de Chinese een verruimender beleid gaan voeren.
Wantrouwen tegenover Amerikaanse activa
Een tweede verklaring schuilt in een zeker wantrouwen tegenover Amerikaanse activa. Dat is het gevolg van de overduidelijke chaos in het handelsbeleid van het Witte Huis en de spanningen tussen de uitvoerende macht en de Amerikaanse centrale bank, en is een voorbode van nieuwe instabiliteit.Dat de markten buiten de VS opleven, kan ook te maken hebben met het verschil in monetair beleid. Als binnenkort door de invoerheffingen de inflatie weer toeneemt, kan het voor de Federal Reserve nog lastig worden om de rente verlagen. 'Liberation Day' heeft de Amerikaanse economie hoegenaamd niet van haar eigen beperkingen bevrijd, maar er in zekere zin wel voor gezorgd dat de Fed niet langer de handen vrij heeft.
Symbolisch kantelpunt
In geopolitiek opzicht, tot slot, is de vrijpostige houding van China – dat de bal van de invoerheffingen zonder enige aarzeling heeft teruggekaatst – een teken dat het land zich ziet als bevrijd van zijn commerciële afhankelijkheid van de Amerikaanse vraag. Uit de Chinese opstelling blijkt namelijk in niets dat Beijing als eerste zal terugdeinzen voor de kosten van een handelsoorlog. Dat is een symbolisch kantelpunt. Europa maakt zich minder opzichtig los van de Verenigde Staten, maar heeft er niettemin mee gedreigd tegenmaatregelen te zullen nemen. Vóór de tweede ambtstermijn van Donald Trump zou zoiets ondenkbaar geweest zijn.
De wereld buiten de VS mag president Trump dus dankbaar zijn dat hij haar heeft gedwongen het juk af te werpen waaronder zij door het gewicht van de Amerikaanse vraag gebukt ging, en dat juichen de beurzen toe.