ASN Impact Investors: Duurzame metrics voor sociale impact in microfinance

ASN Impact Investors: Duurzame metrics voor sociale impact in microfinance

Emerging Markets Fixed Income Impact investing
Sofia Bernardini (photo archive Triple Jump) & Sascha Noé (photo archive ASN Impact Investors).jpg

Beleggen in microkredieten combineert het streven naar een stabiel rendement met het realiseren van sociale impact. Wat zijn de ontwikkelingen voor deze vorm van impactbeleggen in 2023? Financial Investigator richtte zich met die vraag tot ASN Impact Investors en Triple Jump, die tot de pioniers op het gebied van microfinance behoren. ‘Het zou goed zijn als de SFDR ‘impact washing’ helpt tegengaan.’
 
Door Esther Waal

Beleggen in microfinanciering is een wereldwijde miljardenmarkt waarin ASN Impact Investors al sinds 1996 actief is. Hun microkredietfonds omvat leningen aan en participaties in 85 microkredietinstellingen uit opkomende landen, die miljoenen boeren en ondernemers in 40 landen van microkredieten voorzien.

De enorme verscheidenheid aan landen, kredietverleners en doelgroepen binnen de microfinanciering maakt het beleggen hierin tot een specialisme. Fondsmanager Sascha Noé steunt in haar werk op de expertise van ESG & Impact Specialist Sofia Bernardini en haar collega’s van Triple Jump, dat als partner in het veld en als beleggingsadviseur optreedt.

Hoe lukt het jullie om vanuit Nederland bezig te zijn met microfinanciering in opkomende landen?

Sofia Bernardini: ‘Het werken in opkomende markteconomieën kan een uitdaging zijn, ook vanwege een volatiel politiek en economisch klimaat. Je moet begrip ontwikkelen voor de lokale context waarin microkredietinstellingen opereren. We hebben daarom lokale kantoren in elk van de regio’s waarin we actief zijn. Daar werken mensen uit de regio met goede netwerken en inzicht in de lokale context.’

Sascha Noé: ‘Die lokale aanwezigheid en expertise helpen ons enorm bij de selectie van investeringen. De uitgebreide due diligence, zowel financieel als op het gebied van duurzaamheid, geven ons de zekerheid dat potentiële investeringen voldoen aan onze strenge criteria.’

Het gros van jullie portefeuille bestaat uit leningen aan microkredietinstellingen, maar jullie hebben ook participaties in deze instellingen. Waarom?

Bernardini: ‘We adviseren inderdaad steeds vaker ook een aandelenparticipatie, idealiter met een zetel in de raad van commissarissen of een ander toezichthoudend orgaan. Zo kunnen wij de financiële instelling adviseren over best practices op het gebied van sociale prestaties. Daarnaast kan een instelling met extra eigen vermogen ook meer leningen aantrekken en sneller groeien.’

Noé: ‘Je geeft het signaal af: wij ondersteunen jullie groeitraject. En het helpt soms ook als een partij zoals de onze haar naam verbindt aan een kredietinstelling. Dat draagt bij aan het vertrouwen.’

Wat brengt 2023 voor beleggen in microfinancieringen?

Bernardini: ‘Er speelt een toenemende vraag naar transparantie, verantwoording en het meetbaar maken van impact. Die vraag komt vanuit de markt, maar wordt ook gedreven door regelgeving vanuit onder meer de EU.’

Noé: ‘Meer dan ooit draait het om volledige en betrouwbare informatie en om aantonen hoe je impactstrategie zich vertaalt in kwalitatieve en kwantitatieve impact. En daarbij wordt voortaan ook expliciet ingegaan op onbedoelde gevolgen.’

Bernardini: ‘Dat volgt uit de SFDR, waarmee Brussel de lat vanaf dit jaar hoger legt voor impactfondsen. Ons fonds is geclassificeerd als artikel 9-fonds. Wij rapporteren in juni voor het eerst over de zogeheten Principal Adverse Impact (PAI), oftewel over de eventuele negatieve effecten op duurzaamheid van onze investeringen en hoe we die voorkomen.’

Zijn die nieuwe rapportage-eisen zinvol voor de microfinancierings-sector?

Noé: ‘Voor zover ze greenwashing en impact washing tegengaan, zijn regels en toezicht van de overheid zeker welkom. Het zorgt bovendien voor gemeenschappelijke normen en definities. We zijn nu vertrouwd met de EU Taxonomie gericht op het milieu en in de nabije toekomst volgt een sociale taxonomie. We weten nog niet hoe die eruit gaat zien, maar ik hoop dat zij aansluit bij microfinanciering.’

Bernardini: ‘We moeten er echter wel rekening mee houden dat het een uitdaging wordt om de normen van de SFDR toe te passen op kleine particuliere investeringen in opkomende en frontiermarkten. Microkredietinstellingen werken vooral met kleine ondernemers en informele bedrijven. Daardoor zijn gegevens vaak beperkt beschikbaar of niet helemaal compleet. Daarom werken wij als Triple Jump met ASN Impact Investors en andere investeerders samen om ervoor te zorgen dat de PAI-rapportage desondanks zo volledig en nauwkeurig mogelijk is.’

Noé: ‘We zetten al meer dan 25 jaar stappen om met betere data en nauwkeurigere rapportages het investeren in microfinancieringen te laten groeien. Het zou wat dat betreft wel jammer zijn als de SFDR-verordening nu partijen benadeelt die in opkomende markten enorme impact maken, maar juist vanwege hun missie nog niet alle data kunnen verstrekken die nu worden vereist.’

Wat doen jullie nog meer om de transparantie rond microfinancieringen te verbeteren?

Bernardini: ‘We zijn aangesloten bij CERISE-SPTF, dat voor onze industrie normen en best practices formuleert voor het meten van prestaties op het gebied van sociale en milieuimpact. Zo kunnen we microkredietinstellingen beoordelen aan de hand van een vragenlijst die door meer investeerders in onze sector wordt gebruikt.’

Noé: ‘Het heeft voordelen als meerdere spelers in de sector dezelfde instrumenten gebruiken. Je kunt de prestaties van microkredietinstellingen er beter door vergelijken en het beperkt de rapportagelast voor de instellingen tot een minimum.’

Bernardini: ‘Het is goed dat de SFDR veel aandacht heeft voor het voorkomen van negatieve effecten op duurzaamheid, het ‘doing no harm’. Wij maken intussen vorderingen met het meten en rapporteren van de positieve impact. Het is essentieel om te weten wat we bijdragen aan huishoudens en bedrijven in opkomende markten. Daarom doen we elk kwartaal en halfjaar impactmetingen die zijn afgestemd op de SDGs.’

Noé: ‘Maar uiteindelijk heeft impact vele dimensies. Daarom nemen wij samen met Triple Jump deel aan de 60 Decibels Micro-finance Index. Dat is een wereldwijd klantonderzoek waarbij meer dan 70 microkredietinstellingen worden beoordeeld door tienduizenden klanten. Daaruit komt een beeld naar voren van het bereik van de instellingen, hun impact op kleine bedrijven en huishoudens en hoe robuust en veerkrachtig ze zijn.’

Hoe zit het met productinnovatie?

Noé: ‘Ik ben enthousiast over een nieuw fonds dat Triple Jump onlangs heeft gelanceerd en waarin we met ons microkredietfonds een van de launching investeerders zijn.’

Bernardini: ‘Dat fonds is ontwikkeld als reactie op de coronacrisis met als doel de kapitaalbasis van microfinancieringsinstellingen te versterken. Het fonds verstrekt achtergestelde leningen die bijdragen aan de solvabiliteit van microkredietinstellingen; een unieke strategie met een ander interessant risicorendementsprofiel. We verwachten het fonds nog verder te kunnen laten groeien en werken nu aan een laatste closing in december 2023.’

Dat klinkt alsof jullie de microkredietsector blijven helpen doorontwikkelen.

Noé: ‘We zullen inderdaad blijven samenwerken aan dezelfde missie: een positieve sociale impact creëren voor kleine ondernemers in opkomende markten en voor hun huishoudens. Ik zie nog volop kansen om te investeren in de verbetering van toegang tot financiële diensten die de weerbaarheid vergroten van mensen met lage inkomens en van micro- en kleine bedrijven.’

 

IN HET KORT

ASN Impact Investors en Triple Jump werken samen aan het creëren van sociale impact voor kleine ondernemers in opkomende landen.

Bij microfinance speelt een toenemende vraag naar transparantie, verantwoording en het meetbaar maken van impact.

Met de SFDR legt de EU vanaf dit jaar de lat hoger voor impactfondsen. Het fonds van ASN is geclassificeerd als een artikel 9-fonds.

Naast leningen wordt ook in toenemende mate eigen vermogen verstrekt aan microkredietinstellingen.

Attachments