Willem Schramade: Hoe waardeer je de ‘E' en de ’S'?

Willem Schramade: Hoe waardeer je de ‘E' en de ’S'?

ESG-investing
Willem Schramade

Toekomstgerichte beleggers willen sterke rendementen binnen sociale en planetaire grenzen. Dit is een diepgaande eis die veel verder gaat dan de huidige ratings en labels, legt auteur en duurzaamheidsspecialist Willem Schramade uit. Het is ook de reden waarom hij sinds kort als Head of Sustainability Client Advisory bij Schroders in dienst is getreden.

'With great powers, comes great responsibility', zegt Spiderman. Maar deze uitspraak is ook van toepassing in de echte wereld van de pensioenfondsen. Met hun biljoenen aan beleggingen hebben zij het vermogen om enorme verschuivingen teweeg te brengen. Zij kunnen hele bedrijfstakken op weg helpen naar duurzamere bedrijfsmodellen. Maar hebben zij het mandaat en de wil om dat te doen, vraagt Schramade zich af.

Vaak hebben zij als doel om zich aan de spelregels te houden en "wat aan ESG te doen". Maar dat zijn hygiënefactoren, niet het einddoel. Bij de Nederlandse pensioenfondsen die Schramade spreekt, weten ze dat. Voor hen zijn de doelpalen al verschoven. Zij willen goede beleggingsresultaten behalen in een economie die opereert binnen maatschappelijke en planetaire grenzen. Of, anders gezegd, ze hanteren een duaal rendementsperspectief: ze willen zowel goede financiële resultaten, als goede resultaten voor maatschappij en natuur.

Uitdaging pensioenfondsen
De uitdaging voor deze pensioenfondsen is om een beleggingskader op te bouwen rond het bereiken van dit dubbele rendement. Dit kader moet metingen en rapportages omvatten om aan te tonen dat deze doelstellingen daadwerkelijk worden bereikt. Velen erkennen dat het leveren van sociale en milieuvoordelen niet alleen consistent is met de rendementsdoelstellingen op lange termijn, maar een eerste vereiste is om deze te realiseren.

Deze kaders zijn doorgaans nog niet aanwezig. Het wordt steeds duidelijker dat ratings en labels onvoldoende zijn om die dubbele rendementen te behalen en te meten. Dit blijkt uit gesprekken met pensioenfondsen en de taal die zij gebruiken. Sommige vragen niet langer om "ESG"- of "duurzame" beleggingen, maar willen "portefeuilles van bedrijven die de wereld beter maken", "impact als derde dimensie" of "waardecreatie op lange termijn”.

Wat pensioenfondsen willen
De verzoeken van de pensioenfondsen hebben veel gemeen. Ze verlangen goed gediversifieerde portefeuilles van bedrijven die waarde creëren in financiële, sociale en ecologische termen. Daarnaast zien ze graag intensieve betrokkenheid en willen ze hun beleggingen lang aanhouden. Ze willen geconcentreerde portefeuilles zodat 1) engagement loont en 2) ze elk bedrijf in de portefeuille kennen en weten hoe het bedrijf een positieve bijdrage levert. En ze willen dit alles op een duidelijke en geloofwaardige manier communiceren naar hun pensioendeelnemers.

Dat is geen triviale taak. Natuurlijk weten sterke vermogensbeheerders hoe zij geconcentreerde portefeuilles moeten opbouwen en kunnen zij een intensief engagement en lange houdstermijnen bieden. Maar de onderscheidende factor is de rigoureuze meting van de waarde in termen van milieu (E) en maatschappij (S). Op die manier kan worden aangetoond dat deze bedrijven de wereld beter maken, en met ‘hoeveel’. En verder is de waardering van E en S een informatiebron voor engagement en investeringsbeslissingen. Dan is het mogelijk een werkelijk dubbel rendementsperspectief te hanteren.

Duurzaamheid meten
Het belang van het waarderen van ‘E' en ’S' kan niet genoeg worden benadrukt. Het is waarschijnlijk het belangrijkste punt dat professor Dirk Schoenmaker en Schramade maken in hun boek "Principles of Sustainable Finance" - en het was een belangrijke factor in de beslissing van Schramade om bij Schroders te komen werken.

In de loop der jaren hebben Andy Howard, Global Head of Sustainable Investment bij Schroders en zijn team een unieke en indrukwekkende database opgebouwd met eigen instrumenten. Natuurlijk hebben ook andere vermogensbeheerders hun eigen meetinstrumenten, maar Schroders heeft voor zover Schramade weet als enige een instrument als SustainEx, dat precies doet wat Schoenmaker en Schramade in hun boek voorstellen: duurzaamheidskwesties uitdrukken in waarde, of, anders gezegd, de externe effecten van ondernemingen waarderen.

De uitdaging is nu om die gegevensverzameling optimaal te gebruiken. Het zal helpen de dialoog met klanten naar een hoger niveau te tillen, waardoor zij beleggingsrendementen in brede zin kunnen behalen; niet alleen financiële resultaten, maar ook sterke sociale en ecologische resultaten. Dat is wat de toegevoegde waarde van vermogensbeheerders in de toekomst steeds meer zal zijn: niet alleen alfa leveren, maar alfa + waarde op lange termijn.