Carmignac: De energietransitie moet worden versneld

Carmignac: De energietransitie moet worden versneld

ESG-investing Climate Change Energy Transition
Windenergie.jpg

Door Michel Wiskirski, Fondsbeheerder bij Carmignac

Nu de besprekingen in het kader van de Klimaatconferentie van Glasgow (COP26) afgelopen zijn, is er dringend actie nodig om de energietransitie te ondersteunen en de doelstelling van koolstofneutraliteit in 2050 te bereiken.

De klimaatconferentie van de Verenigde Naties (COP26) is net afgelopen. Er zijn nieuwe toezeggingen aangekondigd om de opwarming van de aarde tegen te gaan.

Zes jaar na het akkoord van Parijs, dat tijdens COP21 werd ondertekend, constateren we dat de wereld nog altijd onvoldoende investeert om in haar toekomstige energiebehoeften te voorzien, zoals blijkt uit de olie- en gasprijzen, die al ruim een jaar een stijgende lijn vertonen.

Natuurlijk is de situatie niet helemaal uitzichtloos en nemen de investeringen ten behoeve van de energietransitie gestaag toe, maar het volstaat niet. De middelen die zowel lokaal als mondiaal worden toegewezen, zijn nog steeds veel te beperkt om op duurzame wijze aan de groeiende vraag naar energiediensten te voldoen.

De uitdaging van de energietransitie

Het Internationaal Energieagentschap (IEA) geeft aan dat de toezeggingen die de afgelopen tien jaar zijn gedaan, slechts goed zijn voor minder dan 20% van de inspanningen die moeten worden geleverd als de Europese Unie in 2050 de beoogde doelstelling van koolstofneutraliteit wil bereiken.

Wat betreft het Akkoord van Parijs, zullen de jaarlijkse investeringen in projecten en infrastructuur voor schone energie tussen nu en 2030 moeten worden verhoogd tot bijna 4.000 miljard dollar om de opwarming van de aarde te beperken tot het beoogde niveau van 1,5 graad Celsius ten opzichte van het pre-industriële niveau, aldus het IEA. De investeringen die tot nu toe zijn gedaan, bedragen niet meer dan een paar honderd miljoen per jaar.

De recente stijging van de olie- en gasprijzen, die in een jaar tijd meer dan verdubbeld zijn, herinnert ons eraan dat we te weinig investeren in groene energie, in een tijd waarin beleggers zich afvragen of de wereldeconomie in staat is om aan haar energiebehoeften te voldoen.

Momenteel zijn er te weinig projecten gestart die de ontwikkeling van alternatieve energiebronnen mogelijk maken. Als we de investeringen in de olie- en gassector terugschroeven zonder tegelijkertijd de investeringen in de ontwikkeling van hernieuwbare energiebronnen fors te verhogen, zal de doelstelling van koolstofneutraliteit de komende dertig jaar waarschijnlijk niet worden bereikt.

Dat vraagt om een inclusieve energietransitie, ook om te voorkomen dat we problemen oplossen door nieuwe problemen te creëren. De productie van energie is namelijk een complexe keten waar heel veel spelers bij betrokken zijn.

Om de uitdaging van de energietransitie aan te gaan, moet er meer gebeuren dan alleen de verkoop van gasboilers of dieselauto's te verbieden of de opening van nieuwe koolmijnen stop te zetten. Het is ook nodig om de olie- en gasmaatschappijen erbij te betrekken, zodat ze voldoende produceren om aan de vraag te voldoen en tegelijkertijd minder CO2 uitstoten.

Dat is een enorme uitdaging, omdat ook de olie- en gassector deel uitmaakt van de oplossing voor het transitieproces, met name in de huidige context van onderinvestering. We moeten namelijk erkennen dat we niet meteen kunnen stoppen met fossiele brandstoffen, omdat de wereldeconomie ze nog steeds hard nodig heeft.

De essentiële rol van nieuwe technologieën

Daarom zal de vraag naar olie nog jarenlang in stand blijven, totdat er een alternatief is gevonden. Deze zal naar verwachting zelfs toenemen tot 2030 alvorens te gaan dalen. Als stabiele bron van energieproductie speelt aardgas op zijn beurt, naast de ontwikkeling van hernieuwbare energiebronnen, een cruciale rol in de energietransitie – net als kernenergie.

Daarnaast is er ook nog een belangrijke sociale dimensie die vaak over het hoofd wordt gezien. Wereldwijd zijn ongeveer 40 miljoen mensen rechtstreeks werkzaam in de olie- en gassector. Bovendien zijn er in ontwikkelingslanden veel regio's die gedijen dankzij deze sector of er volledig afhankelijk van zijn.

Om al deze redenen moeten we daarom nadenken over de beste manier om deze sector de komende jaren te ondersteunen en zo de wereldeconomie te helpen de uitdaging van de energietransitie aan te gaan. En het lijdt geen twijfel dat nieuwe technologieën daarbij een essentiële rol zullen spelen. Ze zijn onmisbaar om de doelstelling van koolstofneutraliteit te bereiken. Dankzij die technologieën kunnen we de uitdaging aangaan om hernieuwbare energie op te slaan, de efficiëntie van productieprocessen te verbeteren, waterstof als energiebron te gebruiken of CO2 uit de lucht op te vangen en ondergronds op te slaan.

Of het nu gaat om nieuwe technologieën of een oplossing voor de transitiefase, beleidsmakers hebben een cruciale rol te spelen. Voor deze tweede helft van het jaar is de politieke milieuagenda rijkelijk gevuld. In juli heeft de Europese Unie een routekaart uitgewerkt om de uitstoot van broeikasgassen tegen 2030 met 55% te verminderen ten opzichte van 1990.

Aan de andere kant van de Atlantische Oceaan heeft de regering-Biden sinds het begin van haar mandaat het klimaat tot een van haar fundamentele prioriteiten gemaakt; er worden dan ook belangrijke maatregelen verwacht in het komende infrastructuurplan of in een andere vorm.

En het hoogtepunt van deze klimaatagenda was natuurlijk de Klimaatconferentie van Glasgow.et valt nog te bezien of alle aankondigingen die de afgelopen tijd zijn gedaan, zullen worden nageleefd en of die mooie voornemens zullen worden uitgevoerd en ook toereikend zullen blijken om de klimaatdoelen te behalen die bepalend zijn voor de toekomst van onze planeet.