Rob van der Rijt & Felix van Hoften: Ontgroeivoorwaarden noodzakelijk voor toekomstbestendige innovaties

Rob van der Rijt & Felix van Hoften: Ontgroeivoorwaarden noodzakelijk voor toekomstbestendige innovaties

Duurzaam beleggen

In een kapitalistische, op economische groei gericht marktsysteem worden innovaties gedreven door efficiëntie en winstmaximalisatie. Deze gedrevenheid draagt echter bij aan meer ecologische destructie en sociale ongelijkheid. Innovatie kan radicaal anders.

Door Rob van der Rijt en Felix van Hoften

Innovatie wordt binnen het huidige markt denken veelal beschreven als de ontwikke ling van nieuwe producten, markten, productiemethoden of organisatievormen met als doel economische groei te creëren. De gedachte leeft dat die ontwikkeling louter positieve gevolgen heeft voor de maatschappij. Het zou bijdragen aan welvaart, welzijn en positieve vooruitgang. Inmiddels staat echter onomstotelijk vast dat economische groei, aangejaagd door deze conventionele vorm van innovatie, leidt tot ecologische destructie, econo mische ongelijkheid en onrechtvaardigheid.

Ecologische destructie vindt op verschillende manieren plaats. Het gaat niet alleen om het verlies van biodiversiteit als gevolg van klimaatverandering. Het gaat bijvoorbeeld ook om de chemische verontreiniging van bodem, water en lucht (denk aan vervuiling door micro en nanoplastics), of het verzuren van de oceanen met de afsterving van het koraal als gevolg. Ook zijn er inmiddels tekorten aan zoet water om de wereldwijde natuur in stand te houden en leidt de verstoring van de stikstofcyclus tot afbraak van gezonde landbouw en ecosystemen.

Onderzoekers laten ondubbelzinnig zien: economische groei leidt tot meer energie en materiaalgebruik, koppeling genoemd. En de winning, het verbruik en de verwerking na gebruik van energie en materialen, leidt tot eerdergenoemde fundamentele ecologische problemen, met grote gevolgen voor de bestaanszekerheid en gezondheid van de mens.

Wereldburgers die het minst hebben bijgedragen aan de huidige ecologische destructie, ervaren de meeste nadelen. Overstromingen, ondraaglijke hitte, biodiversiteitsverlies en verdroging leiden tot mislukte oogsten in gebieden rondom de evenaar. Zo’n 600 miljoen mensen wonen op dit moment in klimaat risicovol gebied, waarvan het merendeel in het mondiale Zuiden. Een wereldwijde economische krimp van zo’n 19% wordt voorspeld als gevolg van de huidige ecologische achteruitgang en ook die krimp zal voor het grootste deel plaatsvinden in arme landen.

Ondanks alle negatieve gevolgen van decennialang verkeerd investeringsbeleid blijven managementteams en aandeel houders van grote bedrijven kortetermijn beslissingen nemen: nu de omzet, morgen de problemen. Men blijft maar kapitaal investeren in innovaties en groei die verdere achteruitgang bespoedigen. Tijd dus om ook andere stakeholders op democratische wijze en met beslissende stem mee te laten bepalen waar bedrijven met onze leefomgeving naartoe gaan.

Eerder pleitten wij in het gerenommeerde academische tijdschrift ‘RealWorld Economics Review’ al voor een radicaal andere benadering van innovatie. Een benadering die gebaseerd is op de principes van degrowth, of ontgroeien. Het gaat daarbij om het rechtvaardig terugschalen van productie en consumptie om menselijk welzijn te vergroten en ecologische schade te herstellen, lokaal en mondiaal, nu en in de toekomst. Zoals de bekende econoom John Stuart Mill eind 19e eeuw al stelde, hebben we een economie nodig die in harmonie is met de natuur. Het laten ontgroeien van de samenleving leidt tot minder uitstoot, minder materiaalverbruik en minder vervuiling. Ook de internationale organisatie voor klimaat overleg (IPCC, 2022) bevestigt dat ontgroeien een zeer effectieve manier is om grondstoffengebruik en emissies te verminderen.
 

Natuurkundige grenzen dienen geïntegreerd te worden in het ontwerp van ons economisch systeem.

 
Vier voorwaarden voor het ontwikkelen van innovaties gebaseerd op ontgroeien zijn cruciaal:

  1. Entropische realiteit: Natuurkundige grenzen dienen geïntegreerd te worden in het ontwerp van ons economisch systeem. Wanneer iedereen zou leven zoals we in Nederland leven, zouden we vier aardbollen nodig hebben om alle natuurlijke materialen te produceren voor onze consumptie. Het mondiale energie en grondstofverbruik moet onder veilige ecologische grenzen blijven. Dat betekent dat de aarde in staat moet zijn zich te herstellen van de vernietiging en vervuiling van haar ecosystemen.
  2. Sociale en economische rechtvaardigheid: Herverdeling van middelen, waarbij het mondiale Zuiden en de armen in het Noorden meer toegang krijgen tot duurzame ontwikkeling, en het mondiale Noorden, en dan met name de rijken, minder gaan verbruiken. Eerlijke prijzen spelen hierin een rol: ‘true pricing’ houdt rekening met milieuvervuiling en zorgt voor leefbare lonen wereldwijd.
  3. Welzijn voor al het leven: Niet alleen mensen, maar ook dieren en ecosystemen moeten centraal staan. Alles dat leeft moet profiteren van innovaties omdat alles dat leeft met elkaar verbonden is en elkaar gezond houdt. Costa Rica toont aan dat een lage uitstoot en een hoog welzijn samen kunnen gaan. Het geheim? Een levensstijl gericht op balans en eenvoud (‘pura vida’) ondersteund door beleid. Ook steden als Barcelona nemen het voortouw met initiatieven als ‘Superblocks’, die stedelijke ruimte vergroenen en herverdelen.
  4. Democratie versterken: Innovatie moet niet enkel door markten en kapitaal worden bepaald, het moet voortkomen uit democratische besluitvorming. Die dient plaats te vinden door zowel kapitaalbezitters, werknemers, omwonenden alsook natuurlijke belanghebbenden, zoals bepleit in de rechtenvoordenatuurbeweging. In Nederland geeft de zoöperatiebeweging hier al concreet invulling aan. Ook zijn coöperaties en bedrijven gericht op algemeen welzijn beter in staat sociaal rechtvaardig en ecologisch verantwoord te produceren.

Wij zijn niet technofobisch. Integendeel, technologische innovaties kunnen en zullen gaan bijdragen aan het herstel van ecosystemen en het verminderen van ongelijkheid, mits ze voldoen aan bovenstaande voorwaarden. En daarvoor is vaak geen complexe technologie nodig – we kunnen er al direct mee beginnen.

Enkele voorbeelden van dit soort innovaties zijn: makkelijk te repareren en biologisch afbreekbare producten met een lange levensduur, mobiliteitsoplossingen die openbaar vervoer, elektrische deelmobiliteit en fietsen stimuleren, landbouwinnovaties die emissies verminderen bij zowel productie als consumptie en tegelijkertijd de bodemkwaliteit verbeteren, energie en wooncoöperaties in burgerhanden, en lokale deelplatformen waar apparaten, energie en mobiliteit kunnen worden uitgewisseld.

Op dit moment zijn in Nederland al honderden, zo niet duizenden burgerinitiatieven bezig om invulling te geven aan bovenstaande voorbeelden. Dit wordt ook wel de ‘Onderstroom’ genoemd. Nederlandse overheden dienen dit soort initiatieven alle ruimte te geven, de juiste voorwaarden te scheppen voor succes en ook financieel te ondersteunen. Dat kan bijvoorbeeld door enkel innovaties toe te laten op de markt die voldoen aan de eerder genoemde voorwaarden.

Zonder innovaties die zijn gebaseerd op ontgroeivoorwaarden kunnen we de sociale en ecologische achteruitgang niet stoppen. Innovatie die enkel efficiency en groei nastreeft, is niet toekomstbestendig. Echte duurzame innovatie draagt bij aan een veilige leefruimte binnen planetaire grenzen én welzijn voor alle levensvormen. De eerste zaadjes zijn hiervoor geplant en ontkiemd, nu is het zaak dit grootschalig en met spoed verder uit te rollen.
 

IN HET KORT

 Binnen het huidige marktsysteem dragen innovaties veelal bij aan meer ecologische destructie en sociale ongelijkheid. 

Er is een radicaal andere benadering van innovatie nodig, waarbij innovaties alleen nog op basis van ontgroeivoorwaarden op de markt worden toegelaten.

Nieuwe producten en diensten zouden moeten bijdragen aan minder grondstoffen- en energieverbruik, op een eerlijke en democratische wijze tot stand moeten zijn gekomen, en gericht zijn op het welzijn van mens en natuur.

Bijlagen