#WeAreEurope: Twijfel steun Omnibus vereenvoudigingspakket

#WeAreEurope: Twijfel steun Omnibus vereenvoudigingspakket

Europa Wet- en regelgeving ESG
Wet regelgeving (05) Europa

Uit een enquête onder meer dan 1.000 Europese bedrijven, verspreid over 26 Europese landen, blijkt dat 61 procent tevreden is met de richtlijn Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO), terwijl 51 procent ontevreden is over het door de EU voorgestelde Omnibus vereenvoudigingspakket.

Slechts 37 procent vindt dat MVO hen een wereldwijd concurrentienadeel oplevert. Hoewel de Commissie voorstelt om kleinere bedrijven van de MVO-richtlijn uit te sluiten, geeft 56 procent van de bedrijven tot 1.000 werknemers aan dat ze binnen de reikwijdte willen blijven vallen.

Positief sentiment MVO

#WeAreEurope heeft samen met HEC Paris, LMU München en CBS Copenhagen een onderzoek gedaan onder bedrijven ​​naar de voordelen en tekortkomingen van de MVO-richtlijnen. Uit de resultaten blijkt dat organisaties een stuk minder enthousiast zijn over het verzwakken van de duurzaamheidswetgeving dan beleidsmakers denken.

Zo blijkt dat een meerderheid van de bedrijven MVO vindt aansluiten bij hun strategische prioriteiten en de bredere Europese visie op maatschappelijk verantwoord ondernemen.

Steun voor huidige CSRD-regelgeving

Van de ondervraagde bedrijven geeft 61 procent aan tevreden of zeer tevreden te zijn met het CSRD in zijn huidige vorm. Slechts 7 procent vindt dat deze regelgeving fundamenteel herzien moet worden. Zelfs sceptische financiële afdelingen bij bedrijven steunen de richtlijn, slechts 27 procent is er ontevreden over.

De wetgeving wordt vooral gezien als een versterking van het risicomanagement, de ESG-strategie en de impactbeoordeling van bedrijven. Van de respondenten geeft 88 procent aan dat de CSRD de economische, milieu- en sociale visie van Europa op het bedrijfsleven weerspiegelt. Opmerkelijk is dat 62 procent van de ondervraagde de richtlijn als een positieve bijdrage beschouwt aan de Europese soevereiniteit en invloed.

Zelfs onder kleinere bedrijven, die vaak worden gepresenteerd als de dragers van een onevenredige last, is de steun voor CRSD groot. Bij bedrijven met 250-500 werknemers is 57 procent voorstander en bij bedrijven met meer dan 5.000 werknemers loopt dit op tot 67 procent.

Verminderen datapunten en verbeteren automatisering

Slechts 25 procent van de bedrijven is tevreden over het Omnibusvoorstel van de Commissie, dat de regels voor duurzaamheid en due diligence van bedrijven wil vereenvoudigen. Meer dan de helft (51 procent) is er ontevreden over.

Het grootste gedeelte van de respondenten staat niet achter het idee dat de CSRD hen een wereldwijd concurrentienadeel oplevert. Slechts 37 procent is het hiermee eens, terwijl 46 procent het er direct mee oneens is.

Er wordt door bedrijven juist gewezen op een gebrek aan richtlijnen als belangrijkste probleem. De meest ondersteunde suggestie voor verbetering (86 procent) is het verminderen van het aantal vereiste datapunten en het verbeteren van de automatisering.

Kleinere bedrijven willen blijven rapporteren

De Europese Commissie wil kleine bedrijven steunen door een wijziging voor te stellen waardoor alleen bedrijven met meer dan 1.000 werknemers (in plaats van 250) zouden moeten rapporteren.

Hoewel 49 procent van de bedrijven voorstander is van een verhoging van de CSRD-melddrempel van 250 naar 500 werknemers, is slechts 27 procent voorstander van een verhoging naar 1.000. Van de bedrijven met 500 tot 1.000 werknemers, wil 56 procent binnen de reikwijdte van de rapportageplicht blijven.

Alexis Kryceve, voorzitter van #WeAreEurope: "We vermoedde al dat er meer steun was voor de bestaande regels, maar toch hebben deze resultaten ons verrast. Europese bedrijven pleiten niet voor zwakkere regels, ze willen meer duidelijkheid, proportionaliteit en ondersteuning bij de implementatie om hun doelen te bereiken. Ze beschouwen deze normen niet als een bedreiging voor hun concurrentievermogen ten opzichte van de VS of China. Integendeel, de meeste Europese bedrijven beschouwen duurzaamheid als essentieel voor hun toekomstig succes."