Harry Geels: Drie lessen naar aanleiding van de grootste bank-bailout ooit

Harry Geels: Drie lessen naar aanleiding van de grootste bank-bailout ooit

Banks
Harry Geels

Door Harry Geels

Dit weekend vond in Zwitserland de grootste bank-bailout in de geschiedenis plaats. Uit deze ongebruikelijke gebeurtenis zijn drie belangrijke lessen te trekken.

De geschiedenis van de banksector is in enkele weken tijd aardig herschreven. Dit weekend vond de grootste bank-bailout ooit plaats. UBS heeft voor ruim € 3 miljard het noodlijdende Credit Suisse (CS) overgenomen, waarvan vooral de zakenbank grote verliezen kende. Er vallen verschillende zaken op aan deze deal, die verstrekkende gevolgen zal hebben voor hoe we voortaan tegen banken gaan aankijken. Er zijn drie belangrijke lessen te trekken en verder zijn er nog wat losse opmerkingen te maken.

1) Rekeninghouders en spaarders worden gevrijwaard

De eerste les is dat de rekeninghouders en de spaarders bij zowel de reddingen in de VS als de overname van CS door UBS veilig zijn. Officieel geeft de FDIC in de VS een depositogarantie tot $ 250.000, maar sinds 1933 heeft eigenlijk geen enkel deposito bij welke bank-bailout dan ook schade geleden. Er is altijd voor gezorgd dat de spaarders bij een bank in problemen worden gered. Ook bij de laatste drie banken die thans in de problemen zijn gekomen, heeft de Amerikaanse Treasury in samenspraak met de Fed en de FDIC direct aangegeven dat ‘depositors will be made whole’.

Spaarders zijn ook in de deal tussen CS en UBS veilig. Toen in Nederland tijdens de kredietcrisis ABN AMRO en de Volksbank moesten worden genationaliseerd, werden spaarders ook meteen veiliggesteld. Dit roept de vraag op wat depositogarantiestelsels eigenlijk nog betekenen. Als het misgaat bij de banken, worden spaarders blijkbaar veiliggesteld. Systeembanken lijken helemaal veilig omdat die ‘too big to fail’ zijn. Maar zelfs bij kleinere faillissementen als Icesave en DSB is er voor gezorgd dat uiteindelijk bijna al het spaargeld werd vergoed.

Even afgezien van de praktijk en theorie van de garantiestellingen: geld van spaarders zou eigenlijk voor 100% veilig moeten zijn. Ten eerste omdat mensen en bedrijven er bijvoorbeeld voor hun pensioen en bedrijfsoperatie van afhankelijk zijn. Ten tweede omdat het eventueel niet volledig terugbetalen het vertrouwen in het banksysteem aantast en tot ‘bankruns’ kan leiden. Banken zouden met spaargeld zo min mogelijk risico moeten nemen, lees: met ‘fractional banking’ en beleggingen geen grote risico’s moeten lopen. Sparen zou weer een nutsfunctie moeten worden.

2) De banksector wordt (per land) een steeds duidelijker oligopolie

De tweede les is dat door het redden van banken de bankoligopolies weer verder worden versterkt. In de VS wordt de First Republic Bank overgenomen door een consortium van 11 ‘too-big-to-fail’ banken (volgens dit artikel in The Hill om na de bailout van drie andere banken – SVB, Signature Bank en Silvergate Bank – niet nog meer overheidsgeld op het spel te zetten). In Zwitserland is door de overname van CS door UBS nu een monsterbank ontstaan, mogelijk zelfs ‘too big to bail out’, die een monopolie op diverse financiële activiteiten in Zwitserland krijgt.

Van monopolies en oligopolies weten we dat ze doorgaans tot hogere kosten en minder innovatie leiden. Er ontstaan grote conglomeraten die via het lobbycircuit meer macht kunnen uitoefenen. Als er de laatste weken één ding duidelijk is geworden, dan is het dat we steeds verder af raken van een economie waarin goede kapitalistische principes als creative destruction, goedkopere producten en diensten, en service voorop staan. Met een pleidooi bestaande uit zeven argumenten om banken mede hierom juist op te splitsen, ben ik nog steeds een roepende in de woestijn.

3) De relatie tussen de autoriteiten en de banken wordt steeds inniger

Wat verder duidelijk wordt, is dat overheden en systeembanken elkaar steeds inniger omhelzen. Zo lijken ze elkaar bij de bailouts nodig te hebben. De Amerikaanse en Zwitserse overheden staan nu garant voor een deel van de verliezen (in Zwitserland betaalt de overheid bijvoorbeeld, in een garantstelling eventuele verliezen die UBS op CS maakt boven, een verliesbedrag van CHF 5 miljard). Banken worden ook steeds vaker ingezet om overheidstaken en steeds strengere regels, zoals die rond witwassen en terrorismefinanciering, uit te voeren.

Tijdens de kredietcrisis moesten veel overheden belastinggeld inzetten om banken te ondersteunen of te nationaliseren. Het is een interessante discussie waar die steeds innigere samenwerking tussen systeembanken en overheden gaat eindigen. Dit kunnen we positief of negatief benaderen. Het steeds weer redden van banken lijkt echter niet de bedoeling, dus is het nu een goed moment om na te denken over een nieuwe financiële orde. Daarbij moet natuurlijk ook de rol van big tech en big data worden meegenomen.

Nog drie losse opmerkingen

Tot slot nog drie opmerkingen. Het bijzondere van iedere bankcrisis is dat officials van de autoriteiten en banken telkens weer zeggen dat het financiële systeem weerbaar en veilig is. Maar – en dan moeten we het maar even heel direct zeggen - als een bank een ‘leverage’ heeft, ofwel de ratio vreemd versus eigen vermogen een factor van gemiddeld acht, dan is een bank nooit veilig. Er hoeft maar iets met de waardering van de assets of het vertrouwen van spaarders te gebeuren en de bank gaat op slot, zoals ook toegelicht in deze column.

Het bijzondere van de UBS-deal was dat de overname van CS gewoon zijn doorgang vindt, ook al zouden de eigenaren van CS – de aandeelhouders – daar niet mee instemmen. Zwitserland gaat de regelgeving aanpassen, waardoor deze vorm van onteigening gewoon door kan gaan. De Nederlandse overheid heeft grote juridische problemen gehad toen SNS werd onteigend. Het geeft te denken dat onteigening soms blijkbaar nodig is, om een systeem weer veilig te stellen. Maar dat betekent, dat we niet meer in vrij liberaal-kapitalistisch systeem leven, zoals eerder hier toegelicht.

Tot slot is het bij de overname van CS ook bijzonder dat aandeelhouders nog worden uitgekocht, maar dat de zogeheten CoCo’s of AT1-obligaties helemaal worden afgestempeld. Aandeelhouders zouden eigenlijk als eerste afgestempeld moeten worden. Dit is een schimmig deel van de CS-UBS deal dat waarschijnlijk nog tot rechtszaken gaat leiden.

Dit artikel bevat een persoonlijke opinie van Harry Geels