Thijs Jochems: Europa in een wurggreep

Thijs Jochems: Europa in een wurggreep

China Europe
Thijs Jochems

China en de VS zijn verwikkeld in een strijd om de werelddominantie. De ondergeschikte positie van Europa aan de VS bestaat al lang en is bestendigd. De relatie met een naar werelddominantie strevend China is voor Europa relatief nieuw. Hoe moet Europa zich verhouden tot China? Een blik op met name de Chinees-Europese economische relatie.

Door Thijs Jochems, Adviseur en Private Investor

China’s allesoverheersende drijfveer is om een dominante wereldmacht te worden op zowel economisch, politiek als militair vlak. Een streven dat niet alleen ingegeven is door de wens om het glorierijke verleden van China te doen herleven, maar ook door de kwetsbaarheid van China. Met ruim een zesde van de wereldbevolking beschikt China over slechts 9% van de voor landbouw geschikte grond in de wereld en over maar 7% van de wereldwijde zoetwatervoorraad. Bovendien gaat een groot deel van de import en export via de uiterst smalle Straat van Malakka. China voelt zich kwetsbaar en streeft derhalve naar een zo hoog mogelijke graad van zelfvoorziening. Vooral op strategische sectoren als energie en voor economische en militaire macht bepalende technologie.

De huidige vertraging in de Chinese economie is voor de Chinese Communistische Partij (CCP) zorgelijk. Export alleen gaat dit probleem niet oplossen. Vandaar dat de CCP meer buitenlandse investeringen middels bijvoorbeeld belastingvoordelen wil aantrekken.

Echter, na ruim 20 jaar met China onderhandeld te hebben over de integratie van China in de wereldeconomie, begint Europa te onderkennen dat er een groot verschil is tussen wat China zegt te gaan doen en wat China daadwerkelijk doet. Een level playing field in de Chinees-Europese verhoudingen is ver te zoeken. Daarbij heeft een grote rol gespeeld dat de Chinese verdeel-en-heers politiek ten aanzien van de Europese landen tot nu toe zeer succesvol is gebleken.

Voor westerse bedrijven is er geen sprake van een level playing field in de concurrentie met Chinese bedrijven. In het bestuur van alle grote Chinese bedrijven heeft een lid van de CCP zitting. De ontwikkeling van grote, internationaal opererende Chinese bedrijven wordt op vele manieren door de CCP gesteund. Geen staatssubsidie mogelijk vanwege anti-dumping regels in Europa? Dan faciliteren een aantal Chinese (staats-) banken wel goedkope financiering van de klanten van Chinese bedrijven. Sterker nog, er is zelfs sprake van ‘reverse discrimination’ van Europese bedrijven. Zij moeten aan strenge, kostenverhogende regels binnen de EU voldoen die vaak niet van toepassing zijn op Chinese producten die buiten Europa zijn vervaardigd. Het risico van investeren in Chinese bedrijven is niet alleen de onzekere rechtspositie van buitenlands kapitaal in China, maar zeker ook dat het Westen het level playing field gaat herstellen met maatregelen door de VS en Europa die grote impact zullen hebben op de waarde van zowel Chinese als westerse bedrijven. Huawei en ASML zijn huidige voorbeelden van deze ontwikkeling.

Moeten we China en China-gerelateerde economische activiteiten nu uitsluiten? Dit zou het ontkennen van de realiteit betekenen. China zal de ingezette strategie naar werelddominantie voortzetten. Op zich, als Europa naar haar eigen historie kijkt, een legitieme wens. Het gaat erom hoe die bewerkstelligd wordt en met welke gevolgen. Europa zal haar ogen voor de Chinese – en de Amerikaanse – realiteit moeten openen. Alleen als Europa optreedt als een stevige eenheid naar zowel China als de VS zullen we de Europese waarden kunnen blijven behouden. Hiervoor zou Europa haar enige drukmiddel, economische waarde, veel harder moeten gebruiken.

 

Voor het schrijven van deze column is vooral geput uit ‘The Silk Road Trap’ van Jonathan Holslag en ‘Is China nog te stoppen’ van Henk Schulte Nordholt.