Han Dieperink: De tien meest gemaakte beleggingsfouten

Han Dieperink: De tien meest gemaakte beleggingsfouten

Han Dieperink (Ruben Eshuis Photography)

Door Han Dieperink, Strategic Partner van Auréus

Een belegger streeft naar een goed rendement, maar niemand is perfect. Bij beleggen hoort winnen en verliezen, maar er zijn fouten die vaker worden gemaakt. Het komt zelfs voor dat dezelfde fout keer op keer wordt gemaakt, blijkbaar is het niet eenvoudig om van fouten te leren.

Het goede nieuws is dat veel van deze fouten eenvoudig zijn te voorkomen, alleen al doordat een belegger zich bewust is van deze fouten. De tien meest gemaakte beleggingsfouten:

[1] Te lang wachten om te beginnen met beleggen

Veel mensen wachten te lang om te beginnen met beleggen. Voor wie zich veel zorgen maakt over de risico’s van beleggen, komt er nooit een goed moment om te beginnen. De aandelenmarkt oogt altijd te duur, te volatiel of lijkt op het punt te staan om te crashen.

Toch kan met beleggen op de top van de markt meer rendement worden gemaakt dan door te starten met beleggen op meer dan vijf procent onder de top. Een top wordt namelijk meestal gevolgd door een volgende top en vormt daarmee een bevestiging dat dit het goede moment is om te beleggen.

Het tegenovergestelde is waar in een dalende markt. Het is vrijwel onmogelijk om de bodem te prikken en dalende koersen worden maar al te vaak gevolgd door verder dalende koersen. Die bewegelijkheid is de prijs die moet worden betaald voor een hoger rendement dan op een spaarrekening.

Er zijn maar weinig situaties waarin het onverstandig is om te gaan beleggen. Bijvoorbeeld als er sprake is van hoge schulden. De grootste fout is om te lang te wachten, het gaat namelijk om de tijd in de markt, niet om het timen van de markt.

Als je met enige regelmaat belegt voor de lange termijn, dan hebben de marktbewegingen op korte termijn eigenlijk geen effect. Begin vroeg met beleggen, liefst al op jeugdige leeftijd. Zorg ook op tijd voor een gedegen financieel plan.

[2] Handel niet op basis van emotie

Beleggen gaat gepaard met emoties. De winsten en de verliezen zorgen voor emoties zoals hebzucht, euforie, angst en spijt. Als beleggingen stijgen in waarde is dat prettig, maar op het moment dat de beurs daalt, gaan ook de beleggingen tijdelijk minder goed.

Het is van belang dat emoties niet de beleggingsbeslissingen beïnvloeden. Dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan, want we zijn allemaal mensen. Krantenkoppen hebben bovendien de neiging om negatieve emoties te versterken. Slecht nieuws verkoopt immers goed.

Verder zorgt de media voor veel ruis. Succesvolle beleggers weten hoe ze de waardevolle informatie daaruit kunnen filteren. Verder is veel van het slechte nieuws al in de koersen verdisconteerd op het moment dat het in de krant staat. Wat daar gepresenteerd wordt als een risico, is daardoor eerder een kans, en omgekeerd.

Ook professionele beleggers hebben hun emoties niet altijd onder controle, maar inzichten op het vakgebied van behavioral finance - de wetenschap van gedragingen op het grensvlak van economie, psychologie en sociologie - helpen om deze emoties te herkennen.

Zo is een belangrijke valkuil bij beleggen te veel optimisme, de neiging om de kans op succes te overschatten. De risico’s worden dan onderschat. Een goed beleggingsproces heeft juist aandacht voor negatieve scenario’s.

Verder legt ons emotionele brein de nadruk op recente gebeurtenissen, terwijl belangrijke informatie uit een verder verleden veel minder aandacht krijgt. Dat zorgt er voor dat grote koersuitslagen op korte termijn veel stress veroorzaken bij beleggers.

Daardoor krijgen sommige beleggers de neiging om helemaal uit te stappen. De voorheen lange beleggingshorizon wordt verkort tot een week of zelfs een dag. Per saldo raakt er zo op de beurs meer geld verloren met het handelen op basis van emoties dan dat de beurs in totaal verliest in grote koerscorrecties.

[3] Overmatig handelen

De kosten van te veel handelen worden vaak onderschat. Daarbij gaat het niet alleen om de transactiekosten, maar ook om het verschil tussen de bied- en de laatprijs. Ook bij beleggen is geduld een schone zaak. Actieve beleggers hebben de neiging om snel winst te nemen en om de verliezen op te laten lopen.

Hierdoor verbetert de kwaliteit van de portefeuille niet. Voortdurend wijzigen van beleggingsstrategie zorgt voor hogere kosten waar geen rendement tegenover staat. Het kan er ook voor zorgen dat de portefeuille wordt blootgesteld aan niet geanticipeerde risico’s.

Als tegenover deze risico’s dan ook nog eens geen extra vergoeding staat, is de belegger verder van huis. De angst om de trein te missen en daardoor rendement na te jagen is geen goede strategie.

Leer dat de impuls om te handelen een uitstekend moment is om de gevolgde beleggingsstrategie eens tegen het licht te houden. Creëer afstand tussen de impuls en het daadwerkelijke tijdstip van handelen.

[4] Wachten tot het verlies is goedgemaakt

Wachten tot de verliezen op bestaande aankopen zijn goedgemaakt, zorgt er vaak voor dat er op de portefeuille nauwelijks rendement wordt gemaakt. Beleggers hebben moeite om verliezen te namen en daardoor verliezen ze twee keer. Allereerst verkopen ze daardoor niet de belegging waar overduidelijk wat fout zit en daarnaast hadden ze die opbrengst ook kunnen investeren in een belegging die beter zal presteren. Veel mensen zijn van nature risicoavers, ze kiezen de zekere uitkomst boven de kans op een hogere verwachte waarde.

Verlies nemen roept onprettige emoties op met als gevolg dat de belegger hoopt dat het goed komt. Er ontstaat zelfs een tunnelvisie bij het zoeken naar redenen waarom de belegging weer zou kunnen stijgen.

Maar hoop is geen strategie. Bedenk dat als een belegging halveert, die daarna met 100 procent moet stijgen om weer op de oorspronkelijke inleg uit te komen. Een strategie die op dezelfde manier winsten en verliezen neemt, is al beter. Nog beter is om verliezen zo veel mogelijk te beperken en voorzichtig te zijn met winstnemen.

[5] Proberen de markt te timen

Het timen van de markt is een strategie waarbij de beleggingen op een laag niveau worden gekocht en op een hoger niveau weer worden verkocht. Klinkt simpel, maar in de werkelijkheid is het dat niet. De praktijk leert dat het vrijwel onmogelijk is om op lange termijn altijd goed te zitten.

Beleggers zijn ook mensen en kunnen zich van tijd tot tijd irrationeel gedragen. Zelfs al is de beurs te voorspellen, irrationaliteit is dat niet. De toekomst zit ook vol met onverwachte gebeurtenissen die op korte termijn een grote invloed kunnen hebben op de markt.

Bovendien gaat een belegger er van uit door het timen van de markt, dat hij of zij slimmer is dan alle andere beleggers bij elkaar. Zelfoverschatting is iets waar ook beleggers last van hebben.

De praktijk leert dat alle beschikbare informatie al snel in de markt is verwerkt. Juist hier is vasthouden aan een strategie en een professioneel beleggingsproces van belang. Ervaring helpt, evenals er voor zorgen dat over elk besluit wordt nagedacht.

[6] Onvoldoende spreiden

Door beleggingen onvoldoende te spreiden, loopt een belegger meer risico dan nodig is voor het behalen van rendement. Door de lage rente zijn de spreidingsmogelijkheden op de beurs beperkt. Kijk daarom ook naar niet-beursgenoteerde beleggingen zoals onroerend goed, private equity en private debt.

Te veel beleggers gaan er maar al te vaak van uit dat zij de winst kunnen maximaliseren door één grote concentreerde belegging. Maar wanneer zo’n belegging om welke reden dan ook de andere kant op gaat, is de uitkomst rampzalig.

Overigens kan te veel spreiding er voor zorgen dat er onvoldoende zicht is op de risico’s, die drukken dan het rendement. Een goede vermogensbeheerder zoekt de juiste balans.

[7] Te hoge verwachtingen

Beleggen op de lange termijn betekent een goed gespreide portefeuille die aansluit op de risicohouding van de belegger onder verschillende scenario’s. Maar zelfs dan kan niemand voorspellen hoe het rendement zich op korte termijn zal ontwikkelen.

Het is belangrijk om de lat niet te hoog te leggen. Er zijn beleggingsstrategieën die op lange termijn een uitstekend rendement opleveren, maar al die goede strategieën kennen goede en slechte periodes.

Vaak verliezen beleggers precies op het verkeerde moment – aan het einde van een lange verliesreeks – het geduld. Dat is exact de reden waarom met zo’n strategie op lange termijn een bovengemiddeld rendement kan worden behaald.

Berucht in dit opzicht is de value-strategie, die er voor gemaakt lijkt te zijn om mensen te verleiden op het verkeerde moment uit te stappen. Door de value-strategie te combineren met andere bewezen factoren kan veel leed worden voorkomen.

[8] Te veel of te weinig risico nemen

Beleggen moet niet ten koste gaan van een gezonde nachtrust. Elke belegger moet voldoende liquiditeiten aanhouden zodat hij of zij goed kan slapen. Het nemen van te veel risico is meestal een geleidelijk proces.

Door de stijgende beurzen neemt het percentage risicovolle beleggingen toe. Het nodigt zelfs uit om nog meer risico te nemen, of zelfs geld te lenen om extra te gaan beleggen. Op het moment dat de koersen dan de andere kant op gaan, moet men al dan niet gedwongen verkopen.

Tegelijkertijd draait beleggen om het nemen van risico. Wie probeert alle risico’s te elimineren krijgt daar meestal ook weinig rendement voor terug. Vaak is het rendement dan onvoldoende om de doelstellingen te realiseren. Herbalanceren is een goede strategie om met het juiste risiconiveau de doelen te realiseren.

[9] Het effect van inflatie negeren

Veel beleggers focussen op het nominale rendement. Ze gedragen zich in dat opzicht als spaarders. Behoud van de inleg is voor spaarders cruciaal, maar juist door de inflatie wordt geld op een spaarrekening gegarandeerd minder waard.

De opbrengst van zowel sparen als beleggen wordt op lange termijn nu eenmaal altijd aangewend voor consumptie. Zeker door de looptijd is de inflatie dan een belangrijke variabele, vooral in verband met de minimale eis om de koopkracht in stand te houden.

Zelfs als de inflatie relatief laag is, zorgt het rente-op-rente-effect voor een onverwacht negatieve uitkomst aan het einde van de looptijd. Een goed oog voor de risico’s van inflatie kan ook van invloed zijn op de samenstelling van de beleggingsmix. Inflatie is immers de grootste vijand voor beleggers in obligaties, terwijl juist aandelen in het verleden hebben bewezen dat ze voldoende rendement bieden om inflatie te compenseren.

Voor het menselijke brein is het lastig om het nadelige effect van abstracte zaken als inflatie en belastingen te bevatten. Een goed vermogensplan dat rekening houdt met verschillende scenario’s geeft meer inzicht.

[10] De keuze maken voor de juiste beheerder

De praktijk leert dat beleggers die zich laten bijstaan door een professionele vermogensbeheerder meer rendement behalen dan beleggers die zelf het wiel willen uitvinden. Veel van de hiervoor beschreven beleggingsfouten worden ondervangen door een gedegen beleggingsproces te combineren met ervaring en expertise.

In een bewegelijke markt zoals we die de afgelopen decennia hebben gezien is het daardoor mogelijk dat iemand die zelfstandig gaat beleggen met minder dan de helft van het te behalen rendement genoegen moet nemen.

Bovendien worden de kansen op nog grotere ongelukken bij het uitbesteden geminimaliseerd. Vooral wanneer beursgenoteerde beleggingen worden gecombineerd met private investeringen is er veel kennis en expertise vereist, al was het alleen maar om toegang te krijgen tot de juiste beleggingen en investeringen.