Harry Geels: Triodos gooit steen in de bankenvijver

Harry Geels: Triodos gooit steen in de bankenvijver

Door Harry Geels

Recent heeft Triodos Bank een rapport over de bankensector gepresenteerd dat opvallend kritisch was over de eigen sector. Laten we het tienpuntenplan eens nader onder de loep nemen.

De meeste mensen hebben een aparte relatie met banken. We kunnen eigenlijk niet zonder, maar ook niet met ze leven. Dat geldt ook voor mij. Ik heb veel over banken geschreven, overigens nooit met de meest gehoorde kritiek over service, ‘foute’ leningen of stijgende bankkosten. Mijn kritiek spitste zich tot nu toe vooral toe op de balans of op de verhouding tussen eigen en vreemd vermogen (banken hebben structureel zwakke balansen en als dat een keer misgaat, draait de belastingbetaler daarvoor op).

Mijn tweede zorgpunt is dat banken grote leverage tot stand brengen in de economie, wat cyclisch versterkend werkt: in goede tijden lenen ze meer en in slechte tijden minder.

Dat de bankensector oligopolistisch is in de meeste landen, zeker in Nederland, is mijn derde kritiekpunt. Dit betekent dat er een welvaartsoverdracht plaatsvindt van consumenten en bedrijven naar banken (aandeelhouders en personeel).

Maar genoeg over mijn eigen kritiekpunten. Laten we kijken wat Triodos zegt.

1. Bankensector is te groot en losgekoppeld van de reële economie
Het financiële systeem is vele malen groter dan de reële economie. Hierdoor circuleert kapitaal vooral in financiële markten (speculatie, derivaten) in plaats van in productieve investeringen. Gevolg: bubbels, volatiliteit en een disconnect met maatschappelijke behoeften.

Dit is een goed punt en sluit aan bij mijn eerdergenoemde kritiek op te veel leverage. Door de leverage via fractional banking kleiner te maken (lees: meer eigen vermogen aanhouden) en minder ruime monetaire financiering kunnen we dit tegengaan. Helaas blijven deze oplossingsrichtingen in het Triodos-rapport onderbelicht.

2. Te veel concentratie, te veel macht
Een paar grote banken, asset managers en betalingsproviders domineren. Dit beperkt concurrentie, vergroot systeemrisico en maakt democratische controle op het financiële systeem moeilijk. Triodos pleit voor meer transparantie, strakkere regelgeving, intensiever toezicht én gerichtere belastingen om onnodige structuren in de financiële sector in te krimpen en af te breken.

Ook dit is een goed punt van het Triodos-rapport, maar ik neig naar iets andere oplossingen. Strakkere regulering kan bijvoorbeeld een averechts effect hebben (alleen grotere partijen kunnen daar nog aan voldoen). In een eerdere column benoemde ik zeven punten waarom banken zouden moeten worden opgesplitst.

3. Te fragiel en kortzichtig
Hoge leverage, snelheid en onderlinge verwevenheid maken het systeem kwetsbaar. Crises worden herhaaldelijk opgevangen door publieke middelen, terwijl winsten privaat blijven. Triodos stelt onder andere een lagere leverage voor en strengere kapitaaleisen en beperkingen op risicovolle derivaten en schaduwbankactiviteiten.

Eens, al moeten we niet te veel beperkingen opleggen. Er zijn eigenlijk al te veel regels.

4. Digitalisering en strijd om controle
Big Tech en crypto verschuiven geldcreatie naar private partijen. Dit kan efficiëntie brengen, maar ook nieuwe machtsconcentraties en risico’s zonder democratische checks.

Ik heb eerder voorspeld dat als we op de huidige manier verdergaan, het in de lijn der verwachting ligt dat banken en Big Tech uiteindelijk gaan fuseren. Een gruwel, omdat we dan twee oligopolistische markten in elkaar schuiven en de eerdergenoemde welvaartsoverdrachten nog groter worden. Geldcreatie door private partijen is overigens minder een zorg. Vaak wordt er dan niet met leverage gewerkt, wat het systeem veiliger maakt.

5. Los van ecologische en sociale realiteit
Te veel bankkapitaal volgt rendement, niet impact. Daardoor blijft destructieve activiteit gefinancierd en duurzame transities ondergefinancierd. Triodos pleit voor andere waarderingsmethoden, zoals ‘true cost accounting’ (met het inprijzen van milieuschade) en langetermijnscenario’s inclusief klimaat- en biodiversiteitsimpact.

Logisch dat Triodos dit punt noemt, maar in mijn visie is dit overbodig. Een goede bank neemt alle risico’s mee bij een lening, ook klimaatrisico (ter voorkoming van stranded assets). Dus om te zeggen ‘we moeten duurzame of ESG-risico’s meenemen’ is niet revolutionair, maar een bevestiging van ‘normaal’ goed bancair beleid. Verder hoort true pricing bij producten en diensten, niet bij leningen. Als je de werkelijke maatschappelijke kosten (milieu, sociale impact) in de prijs van goederen en diensten verwerkt, verandert de hele economische dynamiek. Dan wordt duurzame productie vanzelf aantrekkelijker, waarna financiering vanzelf die logica volgt.

6. Verankerd in historische structuren
Regelgeving, instituties en netwerkeffecten houden de status quo in stand: ze zitten vast in ‘path dependency’. Innovatie is traag en vaak cosmetisch. Oplossingen zijn hier meer concurrentie, bijvoorbeeld van digitaal (publiek) geld en andere businessmodellen toestaan of zelfs (fiscaal) stimuleren, zoals coöperatieve banken, impactfondsen en publieke financiële instellingen.

Interessant punt. Er is echter nog veel te discussiëren over de oplossingen die hier wel of niet genoemd worden. Zo vind ik bijvoorbeeld dat publiek digitaal geld een veel betere democratische controle vereist, zoals ik eerder in deze column toelichtte.

7. Klaar voor herbalancering
De Triodos-analyse stelt dat verandering mogelijk is, zoals na eerdere crises. Dit vraagt om een heroriëntatie op publieke waarden: het financiële systeem moet niet primair draaien om winstmaximalisatie voor aandeelhouders.

De praktijk werkt inderdaad helaas zo dat crises leiden tot nieuwe inzichten, al wordt er doorgaans door de marktmacht van financiële partijen te weinig veranderd. Ik zie verder het probleem van winstmaximalisatie niet als we voldoende concurrentie zouden krijgen, al kunnen we eventueel de nutsfunctie van het betalingsverkeer publiek maken.

Overige punten; tot besluit
De andere punten uit het Triodos-rapport (8. Geld als publiek goed, 9. Kapitaal mobiliseren voor regeneratie en 10. Financiële instrumenten moeten expliciet rekening houden met klimaat- en biodiversiteitsrisico’s) zijn eigenlijk nadere uitwerkingen van bovengenoemde punten. Al met al een interessant rapport dat mooi in het verlengde ligt van het imago dat Triodos wil uitstralen. We hoeven het niet overal over eens te zijn, maar dit rapport vormt een goed startschot voor verdere discussies, die hopelijk snel volgen.
  

Dit artikel bevat een persoonlijke opinie van Harry Geels