Stephan Langen: Denk niet in hokjes, maar ánders

Stephan Langen: Denk niet in hokjes, maar ánders

Diversiteit

Door Stephan Langen is Hoofd Portfoliomanagement bij ASN Impact Investors

Diversiteit en inclusie staan op de lijst met woorden die de regering-Trump wil uitbannen. Inmiddels zie ik dat ook de Amerikaanse bedrijven waarin we beleggen steeds terughoudender worden in hun rapportages hierover. Maakt dat het werk van een impactbelegger lastiger?

Het antwoord is genuanceerder dan u misschien denkt. Allereerst wordt mijn indruk bevestigd door recent onderzoek van The Conference Board, waaruit blijkt dat meer dan de helft van de grootste Amerikaanse beursgenoteerde ondernemingen hun communicatie over diversiteit aanpaste. Een derde schrapte de term 'equity' (als in: gelijkwaardigheid) volledig, en bij de rapportage over diversiteit in besturen verdwenen data over etniciteit bijna helemaal.

Voor ons als beleggers betekent dit misschien dat we scherper moeten kijken en wat vaker moeten doorvragen. Bedrijven die diversiteit nog steeds belangrijk vinden, vermelden het nu vaak nog wel in duurzaamheidsrapportages. Ze gebruiken andere bewoordingen en zijn voorzichtiger geworden. Dit maakt het werk lastiger, maar niet onmogelijk.

Toch moet je vanuit beleggersperspectief op je hoede zijn als het om diversiteitsdata gaat. Hou me ten goede: representatie van ondervertegenwoordigde groepen is van groot belang en rolmodellen op het hoogste niveau binnen bedrijven hebben een grote positieve invloed. Maar ik zet nu even mijn financiële bril op: hoe belangrijk is diversiteit voor de performance van bedrijven?

Jarenlang golden de rapporten die McKinsey vanaf 2015 uitbracht over diversiteit in de bestuurskamer als hét bewijs: de meest divers geleide bedrijven hadden tientallen procenten meer kans op bovengemiddelde winstmarges. Op die basis werden beleid geformuleerd, indexen samengesteld en beleggingsstrategieën gesmeed. Tot er de afgelopen jaren academisch weerwoord kwam.

Wetenschappers die de resultaten probeerden te repliceren voor S&P 500-bedrijven, vonden geen statistisch significant verband tussen diversiteit in kleur en gender en bedrijfsresultaten. Hooguit was er een correlatie tussen gemengde board rooms en winsten, maar dat is nog geen causaal verband. Die indexproducten lieten het trouwens ook danig afweten, en bleven hopeloos achter bij niet-diverse benchmarks.

Betekent dit dat diversiteit er niet toe doet voor de bedrijfsperformance? Integendeel. Het betekent dat we wat dit betreft anders naar diversiteit moeten kijken. We blijven bestuurders onverminderd aanspreken op het insluiten van gemarginaliseerde groepen die een grotere stem verdienen. Maar de diversiteit die ertoe doet voor betere bestuursbeslissingen, gaat over verschillen in ervaringen, kennis en gezichtspunten: cognitieve diversiteit. En die loopt dwars door alle kleur, gender, seksualiteit of wat dan ook heen. Huidskleur en geslacht zijn geen perfecte indicatoren voor diversiteit van denken.

Recent onderzoek van de London Business School (nota bene naar het bestuur van asset managers) onderkent dat een verscheidenheid in denkwijzen en perspectieven leidt tot betere prestaties. Met een hele belangrijke randvoorwaarde: alleen in een psychologisch veilige omgeving, waarin mensen durven uitkomen voor hun verschillende meningen. Een inclusieve bestuurskamer dus, om nog zo’n verboden woord te gebruiken.

Voor ons als beleggers op zoek naar de best presterende bedrijven is het leven dus niet per se moeilijker geworden door de omfloerste rapportages over diversiteit op de McKinsey-manier. Het was namelijk al lastig. Hoe stel je vast of afwijkende meningen worden gewaardeerd? Of er ruimte is voor constructieve kritiek? Of mensen met verschillende achtergronden en expertises daadwerkelijk invloed hebben op besluitvorming?

Dat vraagt om vergaand engagement. Het Britse onderzoek concludeert dat het bijzonder moeilijk is voor bedrijven om cognitieve diversiteit goed te managen. Maar dat maakt de zoektocht naar bedrijven die dat wél goed doen juist interessanter. Inclusieve bedrijven hebben een duurzaam concurrentievoordeel dat anderen niet zomaar inlopen.

Voor impactbeleggers betekent dit misschien: zoek niet naar bedrijven die hokjes afvinken, maar naar bedrijven die écht ruimte maken voor andere denkers. Die diversiteit is lastiger te meten, maar heeft écht invloed op de prestaties.

Stephan Langen is Hoofd Portfoliomanagement bij ASN Impact Investors. De informatie in deze column is niet bedoeld als professioneel beleggingsadvies of als aanbeveling tot het doen van bepaalde beleggingen.