Jasper Haak (AF Advisors): Monday morning quarterbacking
Jasper Haak (AF Advisors): Monday morning quarterbacking

Door Jasper Haak, Partner bij AF Advisors
Het American football-seizoen is weer begonnen. Een bekende uitdrukking in die sport is Monday morning quarterbacking. Daarmee wordt bedoeld dat het achteraf altijd makkelijk is te bedenken wat de beste beslissing zou zijn geweest. Een mengeling van ‘de koe in zijn kont kijken’ en ‘de beste stuurlui staan aan wal’. Op maandag zijn de meeste wedstrijden gespeeld en komen de experts in de lucht die precies weten wat er beter had gemoeten.
Precies zo gaat het ook in de in de Nederlandse pensioensector. Weinigen hadden de afgelopen jaren alle crises voorzien: de financiële crisis, de coronapandemie, de negatieve rentes en de plotseling sterk stijgende inflatie. Misschien dat een enkele beleggingsexpert één van deze ontwikkelingen zag aankomen, maar zeker niet allemaal. Het is niet alleen een kwestie van gelijk hebben over de marktontwikkeling, maar vooral het exact goed krijgen van de timing hiervan. Dat is juist het moeilijkste. Zelf vind ik dat aandelenwaarderingen al velen jaar te hoog zijn. Had ik daarop gehandeld en jarenlang niet belegd, dan was ik uitstekende rendementen misgelopen of had ik forse optiepremies moeten betalen om me in te dekken. Uiteindelijk geldt het adagium: ‘Time in the market beats timing the market’.
Toch zijn er altijd genoeg ‘experts’ die denken het beter te weten dan de pensioenfondsbesturen die de moeilijke beslissingen onder deze marktomstandigheden moesten maken. ‘Amerikaanse hypotheekschulden waren toch duidelijk niet houdbaar? Een pandemie hing toch in de lucht? Iedereen wist toch dat de rente ook negatief kon worden? En oorlog leidt toch altijd tot een hoge inflatie?’ Voor wie dat allemaal zo zeker wist: laat de rendementen van je eigen beleggingsportefeuille maar eens zien. Want wie echt goed kan voorspellen én timen, die wordt snel rijk, zelfs met weinig startkapitaal. Het doet meer denken aan een test op helderziendheid dan aan beleggen.
De echte uitdaging is om portefeuilles robuust te maken en vooruit te blijven denken over scenario’s die wél een groot effect kunnen hebben. Robuust betekent overigens niet enkel optimalisatie op rendement, maar ook het zorgen voor diversificatie, degelijk risicomanagement, weinig leverage en goed liquiditeitsbeheer. Zelfs wanneer de beleggingshorizon lang is en er in theorie minder behoefte lijkt te zijn aan diversificatie en liquiditeit, helpt robuustheid in uitzonderlijke marktomstandigheden.
Nasim Taleb gaat in zijn boek Antifragile: Things That Gain from Disorder nog een stap verder. Iets wat ‘antifragile’ is, floreert juist in chaos. Hij schetst een portefeuille waarin 80% - 90% in ultra-veilige beleggingen zit, zoals money market funds. De rest beleg je in de meest risicovolle beleggingen, zoals volatility-fondsen, of opportunistische aankopen van distressed debt tijdens crises. Het idee: in rustige tijden is het rendement laag, maar tijdens een crisis kan de klapper enorm zijn. In de praktijk lijkt het een beetje op de oude garantiefondsen: combinaties van zero coupon bonds en opties voor extra rendementspotentieel. Maar ook hier blijkt dat de gemiddelde lange termijn rendementen vaak fors achterblijven, tenzij je vooraf de toekomst kan voorspellen.
En dan rest nog een laatste vraag: hoe beoordeel je of een beleggingsbeleid adequaat is geweest? Dat is pas te beoordelen op de lange termijn. Vandaag worden bestuurders afgerekend op de keuzes van hun voorgangers en morgen hun opvolgers op die van hen. Daarbij komt dat een eerlijke benchmark moeilijk te kiezen is. Een goede benchmark is er niet een met perfecte hindsight, en ook niet een die geen rekening houdt met de verplichtingen. Met al die complexiteit luidt het devies: weersta de neiging tot Monday morning quarterbacking.