IVBN: Vastgoedinvesteerders dreigen buitenspel te worden gezet

De Vereniging van Institutionele Beleggers in Vastgoed Nederland (IVBN) heeft kritisch gereageerd op de consultatie van de Europese Commissie over de verruiming van staatssteunmogelijkheden voor woningbouw. De brancheorganisatie uit daarbij stevige zorgen over de plannen van het Nederlandse kabinet, dat staatssteun vooral wil inzetten via geborgde leningen aan woningcorporaties. Volgens IVBN leidt deze eenzijdige benadering tot oneerlijke concurrentie en belemmert het private investeerders in hun bijdrage aan de bouw van betaalbare huurwoningen.
“Als de overheid de spelregels zo inricht dat alleen corporaties nog mee mogen doen, dan stokt de productie,” aldus IVBN-directeur Judith Norbart-ten Hoor. “Dat is slecht nieuws voor woningzoekenden.”
Institutionele beleggers, zoals pensioenfondsen en verzekeraars, hebben de afgelopen jaren volgens IVBN meer dan 50.000 nieuwbouwhuurwoningen toegevoegd aan de Nederlandse woningvoorraad. Voor de komende drie jaar staat ruim 12,5 miljard euro aan investeringsvermogen klaar. Tegelijkertijd constateert de vereniging dat het investeringsklimaat de afgelopen jaren sterk is verslechterd door opeenvolgende beleidsmaatregelen, waaronder de Wet betaalbare huur, de Wet Nijboer en de verhoging van de overdrachtsbelasting. Dit heeft geleid tot een terugval in nieuwbouwinvesteringen.
Volgens IVBN is er geen sprake van marktfalen, maar van systeemfalen. Staatssteun zou daarom alleen mogen worden ingezet als laatste redmiddel, en niet als structurele oplossing. In haar reactie pleit IVBN voor vier waarborgen bij de inzet van staatssteun:
-
Bewezen marktfalen – Staatssteun mag alleen worden ingezet als er sprake is van aantoonbaar marktfalen, onderbouwd met gegevens.
-
Noodzakelijkheidstoets – Overheden moeten eerst bestaande belemmeringen zoals planprocedures en fiscale drempels aanpakken voordat zij naar staatssteun grijpen.
-
Geschiktheidstoets – Leningen via bijvoorbeeld het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) zijn ontoereikend zolang er geen gelijkwaardige steun beschikbaar is voor private verhuurders.
-
Proportionaliteit en toegankelijkheid – Staatssteun moet tijdelijk, evenredig en open zijn voor álle investerende partijen, met ruimte voor regionale maatwerkoplossingen.
“We zijn geen tegenstander van steun voor middenhuur,” benadrukt Norbart-ten Hoor. “Maar dan wel met eerlijke spelregels die gelijke kansen bieden aan alle partijen. Alleen zo kunnen we het woningtekort echt aanpakken.”