UBS AM: Markten hoeven niet bang te zijn voor stagflatie

UBS AM: Markten hoeven niet bang te zijn voor stagflatie

Inflatie
Inflatie (02)

Financiële markten worden geconfronteerd met een laatste zucht tegenwind, maar het pad naar een normaal leven kan wel al worden ingeprijsd. Dat zegt Evan Brown, hoofdstrateeg bij UBS Asset Management in zijn Macro Quarterly. Aan zijn procyclische visie kleven ook risico’s.

De eerste fase van uitgestelde vraag is voorbij. Maar de aanbodtekorten zijn wel opgelopen.

Brown: “De huidige tegenwind draait in een gunstige richting en dat heeft belangrijke gevolgen voor de groei en de prestaties van de financiële markten. De hogere vaccinatiegraad zorgt ervoor dat de economische activiteit weer richting normaal gaat en is het is tijd dat de markten dit inprijzen. Ik vind de sterke groeivooruitzichten niet stroken met de heersende gedachte dat stagflatie in het verschiet ligt.”

Brown is overtuigd van zijn procyclische visie, maar erkent dat de risico's toenemen.

“De grootste bedreiging is dat de huidige realiteit, tegen onze verwachtingen in, aanhoudt. Dat zou betekenen dat stijgende inflatie, tegenvallende groei en de verstoringen in de aanbodketen een goede ontwikkeling van de eindvraag in de weg staan en dat is over het algemeen slecht nieuws voor zowel aandelen als obligaties. Uit de derdekwartaalcijfers en nieuwe omzet-en winstverwachtingen zal duidelijk worden in welke mate de problemen in de toeleveringsketens gevolgen hebben op bedrijfsactiviteiten.

Andere mogelijke dompers zijn volgens Brown meer monetaire verkrapping en negatieve neveneffecten van het sterk op ideologie gestoelde economische beleid in China, terwijl opwaarts de ruimte maar beperkt is. “Maar de voorzichtige positieve ontwikkelingen met betrekking tot de pandemie zijn van groter belang en dat geeft reden om te geloven dat de ontluikende groei zich doorzet. Dat is de sleutel tot een gezonder nominaal groeiklimaat waarin zowel de tekorten aan arbeidskrachten als aan goederen verdwijnen.”

De verschuiving van een hoge inflatie/langzame groei naar een gematigde inflatie/groei zou de outperformance van procyclische posities moeten ondersteunen, denkt Brown.

“De inflatie blijft waarschijnlijk dermate hoog dat centrale banken hun soepele beleid afbouwen vooral omdat het herstel op de arbeidsmarkten doorzet. Hierdoor blijven de reële rentes stijgen, terwijl ook de graadmeters voor compensatie tegen inflatie vrij hoog staan.

Stijgende rendementen zijn op hun beurt een zegen voor cyclische regio's als Europa en Japan en sectoren als de financiële- en de energiesector. Hogere rentes vormen een belangrijk bewijs voor de kracht en duur van de economische expansie en zijn geen teken van dreigende stagflatie. Hogere koersen weerspiegelen dit ook.”