Schroders: De impact van kunstmatige intelligentie

Schroders: De impact van kunstmatige intelligentie

Technologie
schroders-de-impact-van-kunstmatige-intelligentie_1_Af6xQp.jpg

De term kunstmatige intelligentie (artificial intelligence / AI) roept beelden op van een science fiction-achtige wereld die wordt beheerst door robots en algoritmes. Zo ver zal het niet komen, maar de technologische mogelijkheden om de grenzen van kennis en leren steeds verder te verleggen, roepen fundamentele vragen op over de gevolgen, zo stelt Andrew Howard, Head of Sustainable Research bij Schroders. Deze vragen zijn verre van theoretisch, hoe abstract die mogelijkheden ook lijken. Nu al hebben AI-technologieën tastbare gevolgen voor tal van bedrijven en sectoren.

Ethiek van AI

AI kan grote voordelen bieden in de vorm van meer keuze en een efficiëntere verdeling van middelen. De keerzijde van deze ontwikkelingen is dat ze tot ontwrichting en scheve verhoudingen kunnen leiden die, als ze niet worden aangepakt, de vooruitgang juist kunnen ondermijnen.

De laatste tijd is er ook aandacht voor de ethische aspecten van AI, en vooral de ontwikkeling van principes waarmee AI-ontwikkelaars rekening moeten houden. Maar los van het ethische besef van de ontwikkelaars roept het overlaten van essentiële beslissingen en handelingen aan algoritmes die eigendom zijn van een paar dominante bedrijven, fundamentele vragen op over de gevolgen voor de samenleving en de economie.

Impact van AI is revolutionair

De sociale en economische veranderingen die kunstmatige intelligentie teweegbrengt, zijn vergelijkbaar met de veranderingen die de industriële revolutie veroorzaakte. Er is echter een groot verschil en dat is dat de ingrijpende veranderingen van AI in één generatie worden samengeperst, in plaats van dat ze over verschillende generaties plaatsvinden waardoor de samenleving zich geleidelijk kan aanpassen aan de gevolgen, zoals tijdens de industriële revolutie.

De eerste gevolgen van AI zijn nog maar net zichtbaar. Howard belicht vier gebieden waarop AI grote impact zal hebben:

  • potentieel enorme stijging van de economische groei;
  • ontwrichting van de arbeidsmarkt en maatschappelijke aanpassing;
  • machtsconcentratie en regelgeving;
  • overheden en overheidsfinanciën.

Economische voordelen

Experts zijn bijna unaniem van mening dat AI aanzienlijke economische voordelen zal opleveren. Volgens schattingen van PwC zal AI in 2030 goed zijn voor 16.000 miljard dollar productiestijging. Accenture en Frontier Economics voorspellen dat AI de arbeidsproductiviteit in elf westerse industrielanden en Japan tegen 2035 met 10-40% zal verhogen, wat een verdubbeling van hun economische groei in 2035 zou betekenen. De arbeidsproductiviteit zal in die periode tussen 11% en 37% stijgen. Als de impact van AI in de buurt van de voorspelde niveaus komt, zullen de gevolgen voor het bedrijfsleven veel verder reiken dan alleen enkele technologische sectoren en veel dieper gaan dan de verfijning van hun bestaande producten en diensten. Het McKinsey Global Institute voorspelt dat tegen 2030 70% van de bedrijven minstens één vorm van AI zal hebben ingevoerd.

Ontwrichting arbeidsmarkt en maatschappelijke aanpassingen

Technologie die in staat is autonoom beslissingen te nemen, kan een radicale verandering teweegbrengen in banen die gebaseerd zijn op oordeelsvermogen, kennis en inzicht. Dit kan ingrijpende gevolgen voor de beroepsbevolking hebben, omdat mensen nieuwe vaardigheden moeten aanleren. De veranderende rol van arbeid zal onvermijdelijk ontwrichtende effecten hebben. Tijdens de eerste industriële revolutie verdween meer dan de helft van de werkgelegenheid in de landbouw, terwijl het aantal banen in de industrie steeg van nog geen 20% naar ruim 50% van het totaal. De opmars van AI zal vergelijkbare gevolgen voor het profiel van de beroepsbevolking hebben. Maar in plaats van gespreid over een eeuw of langer zal dit proces zich in enkele decennia voltrekken en zal de samenleving zich in minder dan één generatie moeten aanpassen. Om het risico van sociale onrust te beperken, is ondersteuning nodig om mensen te helpen de overgang te maken, alsook een vangnet voor degenen die hiertoe niet in staat zijn. Ook moeten bedrijven, om concurrerend te blijven, structurele plannen maken om hun personeel om en bij te scholen.

Machtsconcentratie en regelgeving

Kunstmatige intelligentie zal waarschijnlijk leiden tot nog dominantere posities van marktleiders. De grootste bedrijven verzamelen meer data, wat hun concurrentievoordeel oplevert. In de nabije toekomst zullen leidende technologiebedrijven hun dominantie behouden. Sinds 2011 hebben vijf bedrijven ongeveer 40% van de overnames van AI start-ups gedaan. Het commerciële AI-onderzoek is nog sterker geconcentreerd geraakt. Volgens McKinsey zijn de grote technologiebedrijven goed voor ruim drie kwart van de totale investeringen in kunstmatige intelligentie. Deze concentratie is een bron van zorg voor de autoriteiten omdat het dreigt te leiden tot ongezond monopolistisch gedrag, waarbij sociaal welzijn en consumenten- of werknemersbelangen ondergeschikt worden gemaakt aan winstgevendheid, zonder adequate mogelijkheden om het gedrag van deze bedrijven bij te sturen.

De politiek zal deze marktmacht steeds meer trachten te reguleren. Na verloop van tijd zal er waarschijnlijk regelgeving komen om de toepassing van AI te beperken of informatiedeling verplicht te stellen om voldoende concurrentie mogelijk te maken.

Overheden en overheidsfinanciën

Wanneer mensen als motor van de economische ontwikkeling worden vervangen door internationaal mobiel intellectueel eigendom, ontstaan er problemen voor overheden die belastinginkomsten nodig hebben om maatschappelijke diensten te verlenen. Ook bedrijfswinsten zullen waarschijnlijk steeds meer geconcentreerd raken in enkele technologiesectoren, die al hebben laten zien dat ze zeer bedreven zijn in het ontwijken van belastingen. Voor zowel werknemers als bedrijven zal het totale inkomensniveau waarschijnlijk niet dalen, maar sterker geconcentreerd raken bij een kleiner aantal personen of bedrijven, wat voor overheden die hen belasting willen laten betalen voor een lastige opgave stelt. Nu al hebben overheden moeite om voldoende belastinginkomsten te innen om aan de behoeften van de vergrijzende bevolking te voldoen. Dit zal nog lastiger worden gezien de forse groei van sectoren die sterk van intellectueel eigendom (IE) afhankelijk zijn.

Door de verschuiving naar IE-intensieve groei wordt het voor regeringen die krap bij kas zitten moeilijk hun begroting rond te krijgen. Een groot aantal van hen heeft nu de handen ineen geslagen (vooral via de G20) om technologiebedrijven belastingen te laten betalen die passen bij hun omvang. In de toekomst zullen waarschijnlijk radicale belastinghervormingen en meer internationale samenwerking nodig zijn om een oplossing te vinden voor de dreigende tekorten.

Conclusie

Concrete conclusies over de impact van kunstmatige intelligentie, waarvan de mogelijke gevolgen op dit moment nog nauwelijks te overzien zijn, kunnen alleen maar giswerk zijn. Maatschappelijke veranderingen met alle problemen van dien zijn onvermijdelijk, en verwacht wordt dat overheden en toezichthouders steeds meer zullen aansturen op maatregelen om deze aan te pakken. Wanneer en hoe dat zal gebeuren, blijft echter moeilijk te voorspellen. De uitdaging is echter zo immens en de mogelijke gevolgen voor economieën, samenlevingen en bedrijfstakken gaan zo ver en zo diep, dat het belangrijk is er al in een vroeg stadium een inschatting van te maken. De ontwikkelingen zullen waarschijnlijk sneller gaan dan veel commentatoren denken, stelt Andrew Howard.