PIMCO: Derde ronde in ‘koude valuta-oorlog’

PIMCO: Derde ronde in ‘koude valuta-oorlog’

China Europe Japan Currency United States US-dollar ECB
Valuta 2.jpg

Een valuta-oorlog met interventies van de VS of andere overheden/centrale banken is niet langer uit te sluiten. Dat stelt Joachim Fels, Global Economic Advisor van vermogensbeheerder Pimco. Hij acht een ‘substantiële verzwakking’ van de dollar de meest waarschijnlijke uitkomst voor de komende zes tot twaalf maanden.

Fels ziet een aantal acties die doen vermoeden dat de ‘Cold Currency War’ is aanbeland in wat hij omschrijft als ‘ronde drie’: de roep van President Trump om een zwakkere dollar, de hint van de Fed op een renteverlaging bij de volgende meeting en de Chinese centrale bank die meerdere malen het beleid heeft versoepeld. Daarnaast hebben zowel de ECB als de BOJ gehint op een ruimer beleid voor de rest van het jaar.

De eerste ronde van de koude valuta-oorlog startte in 2013 toen de Bank of Japan begon met ‘quantitative and qualitative easing (QQE)’ en eindigde begin 2017. De centrale banken van Europa, Japan en China worden gezien als duidelijke winnaars van deze ronde.

Ronde twee werd begin 2018 gewonnen door de VS. Uitspraken van President Trump in 2017 zorgden voor de mondiale opvatting dat het traditionele ‘strong dollar’ beleid van de VS verschoven was naar een ‘weak dollar’ beleid. Dit in combinatie met tekenen van een sterkere wereldwijde groei maakt dat de dollar sinds 2017 zwakker is geworden.

Na ronde twee volgde een wapenstilstand. Die is dus volgens Fels nu voorbij.

Voor de ECB en de Bank of Japan is de motivatie voor verdere monetaire versoepeling dezelfde als in de eerste ronde: een haperende economie en een aanhoudende lage inflatie. Het laatste wat Europa en Japan nodig hebben in een dergelijke situatie is een sterkere valuta, hoewel een zwakkere euro of yen geen expliciet doel is.

Ondertussen heeft president Trump wederom gesproken over de wens om de Amerikaanse dollar te verzwakken. Gevolg zou kunnen zijn dat de VS zelf rechtstreeks op de valutamarkt intervenieert.

Dit zou tot op zekere hoogte een antwoord kunnen zijn op "valutamanipulatie" door andere landen. Het is echter ook een van de laatste middelen om de economie sterk te houden vóór de presidentsverkiezingen van 2020. De impuls van belastingverlagingen en hogere uitgaven neemt af en het Congres gaat waarschijnlijk niet akkoord met verdere stappen in deze richting.

Op korte termijn lijkt directe interventie door de Amerikaanse overheid nog steeds relatief onwaarschijnlijk, aldus Fels. ‘Er zijn nog te veel onbeantwoorde vragen. Is bijvoorbeeld de USD 100 miljard in het Exchange Stabilization Fund (ESF) voldoende? Doet de Fed mee aan deze interventie en op welke manier? Wat gaat de VS doen met de vreemde valuta die een interventie op zou leveren? Hoe gaan buitenlandse centrale banken en regeringen reageren op ‘vijandige’ Amerikaanse interventies?’

De dreiging van het verkopen van dollars in combinatie met verbale interventies, al dan niet via Twitter, en een soepeler monetair beleid van de Fed, kunnen al effectief genoeg zijn. Helemaal aangezien de ruimte voor verdere versoepeling door de ECB en de Bank of Japan heel beperkt is. Op dit moment een winnaar aanwijzen van ronde drie is volgens Fels echter nog lastig. Gezien het trackrecord van Trump in het toepassen van agressieve beleids- en communicatiemethoden, ziet hij een ‘substantiële verzwakking’ van de dollar in de komende zes tot twaalf maanden als het meest waarschijnlijk.