Rick van der Ploeg: Afkicken van de verslaving aan lage rente is pijnlijk

Rick van der Ploeg: Afkicken van de verslaving aan lage rente is pijnlijk

Monetary policy Politics
Rick van der Ploeg

Het beteugelen van de huidige inflatie is pijnlijk, maar noodzakelijk. Het is echter niets vergeleken met de harde maatregelen die moeten worden genomen om de opwarming van de aarde te keren. Politici doen wat politici altijd doen als er moeilijke beslissingen moeten worden genomen. En dat is uitstellen en afkopen. Maar hoe langer het uitstel, hoe pijnlijker en duurder het beleid wordt.
 
Door Joost van Mierlo

 

Aan het woord is Rick van der Ploeg. Ooit trachtte hij als ambitieuze staatssecretaris het Nederlandse cultuurbeleid op te schudden. Tegenwoordig houdt hij zich als Hoogleraar in Oxford en als Adviseur van de Wereldbank vooral bezig met strategische vraagstukken, met name rondom klimaatverandering.

Hoewel hij allang geen politieke carrière meer ambieert, volgt hij politieke ontwikkelingen nog altijd op de voet. Hij wordt niet vrolijk van wat hij ziet. ‘Onder Rutte heeft Nederland nu twaalf jaar geweigerd om strategische beslissingen te nemen. Dat geldt niet alleen voor het beleid van pappen en nathouden op het gebied van het klimaat en de stikstofcrisis, maar ook voor geopolitieke vraagstukken, waarin we ons hebben overgeleverd aan meedogenloze dictators, van Rusland en Saudi-Arabië tot China.’

Andere landen doen het nauwelijks beter. Iedereen is verslaafd geraakt aan het lage rentebeleid van centrale banken. Nu dat beleid niet langer mogelijk is als gevolg van de hoge inflatie, volgt een pijnlijk proces van afkicken. ‘Met een beetje geluk kan de crisis worden beperkt tot een recessie van een jaar.’ Een diepe recessie acht hij echter waarschijnlijker.

De Turks-Amerikaanse econoom Nouriel Roubini voorspelt de ‘moeder aller crises’ als gevolg van de enorme schulden die overal zijn opgebouwd. Hoe kijkt u daar tegenaan?

‘We moeten teruggaan naar de kredietcrisis van 2008. Toen hebben fiscale autoriteiten het wereldwijd laten afweten. Onze eigen Jeroen Dijsselbloem koos indertijd voor strenge bezuinigingen, iets wat de meeste andere westerse landen ook deden.

Het is het soort procyclisch beleid dat we ook nu weer zien. Je moet natuurlijk geld uitgeven tijdens een crisis en bezuinigen en orde op zaken stellen als het economisch tij meezit, maar dat is blijkbaar te veel gevraagd. Vooral in landen als Nederland en Duitsland gebeurt altijd het omgekeerde.

Maar terug naar de kredietcrisis. Het waren indertijd de centrale banken die de verantwoordelijkheid namen. De ECB-president Mario Draghi sprak de fameuze woorden uit dat hij ‘alles zou doen wat maar nodig was’ en dat is precies wat er is gebeurd.

Dat was het begin van de lage rentepolitiek die we zagen. Er was sprake van een ruim monetair beleid dat historisch gezien extreem was. Toen men het wilde verminderen, kwam de COVID-19-pandemie en werd het weer uitgebreid. Er leek geen einde aan te komen.’

En toen kwam de Russische inval in Oekraïne en de hoge inflatie die daar het gevolg van was.

‘Die inflatie was al eerder gestegen. Die is voor een belangrijk deel veroorzaakt door de sluitingen van veel bedrijven tijdens de COVID-19-pandemie. Dat heeft voor een aardverschuiving gezorgd in de aanbodketens wereldwijd. Vanzelfsprekende aanvoerlijnen tussen bedrijf A en bedrijf B bleken ineens geblokkeerd.

Dat leidde tot een sterke stijging van de kostprijzen. En toen kwam er de stijging van de energieprijzen overheen. De inflatie bedraagt op dit moment in tal van landen tussen 10 en 12%. Voor je het weet heb je een spiraal waarin hoge inflatie de norm is. Het is een soort haasje-over-effect van hoge inflatie dat tot hoge looneisen leidt, wat weer de inflatie aanwakkert. Dat moet de kop worden ingedrukt. Dat proberen centrale banken nu te doen.’

Zijn de centrale banken te laat?

‘Ja, achteraf gezien wel. Maar de hoge inflatie kan natuurlijk ook niet los worden gezien van de enorme stimuleringspolitiek van de jaren ervoor. Mensen waren verslaafd geraakt aan de lage rente. En niet alleen consumenten. Hetzelfde geldt voor overheden en bedrijven. Het heeft geleid tot een enorme stijging van schulden.’

Waarom ook niet? Met de lage rente leek schuld immers geen probleem.

‘Natuurlijk. Zodra de groeivoet van een economie hoger is dan de rentevoet, betalen de schulden zich vanzelf terug. En bij consumenten leek wat extra hypotheek geen probleem. Je moest wel gek zijn om geen huis te kopen, dachten de mensen. De snelle stijging van de huizenprijzen zorgde ervoor dat mensen in slaap werden gesust. Het zijn precies dit soort bubbels die zijn veroorzaakt door het lage rentebeleid van de centrale banken. Maar nu de rente stijgt, voelt iedereen de problemen.’

Dus krijg je de Moeder van alle crises van Roubini?

‘Dat is niet gegarandeerd. Centrale banken hebben gereageerd met renteverhogingen. Met een beetje geluk eindigt de oorlog in Oekraïne in de komende lente. Dat zou betekenen dat de druk op energiemarkten vermindert en de inflatie kan dalen. Als alles meezit, hebben we een recessie van een jaar. Maar ik benadruk dat dit het meest gunstige scenario is.’

 

Je moet geld uitgeven tijdens een crisis en bezuinigen als het economisch tij meezit, maar in landen als Nederland en Duitsland gebeurt altijd het omgekeerde.

 

U had het eerder over procyclisch begrotingsbeleid. In het Verenigd Koninkrijk werd deze herfst geëxperimenteerd met tal van belastingverlagingen om de economische groei aan te zwengelen. Is dat beter?

‘Nee, dat was echt een dramatisch slecht beleid. Zowel voormalig premier Liz Truss en voormalig minister van Financiën Kwasi Kwarteng hebben economie gestudeerd en zouden beter moeten weten. Een eerstejaars student had je kunnen vertellen dat het ongedekt verlagen van belastingen voor de rijkeren zich niet vertaalt in economische groei. Het is echt een verhaal uit fabeltjesland. Het beleid werd dan ook keihard afgestraft door de financiële markten.’

Nu zijn er in het Verenigd Koninkrijk belastingverhogingen en bezuinigingen op komst. Zijn die onvermijdelijk?

‘Ja, het vertrouwen moet worden teruggewonnen. Dat zorgt voor pijnlijke maatregelen. Ik had natuurlijk liever gezien dat de rijkeren en mensen met een fiscaal aantrekkelijke non-domiciled status harder zouden worden aangepakt en dat de lagere inkomens meer zouden worden ontzien, maar in grote lijnen is het een verstandig en noodzakelijk beleid. De huidige Britse minister van Financiën Jeremy Hunt heeft het voorbeeld van illustere sociaaldemocratische voorgangers als Gordon Brown gevolgd en lijkt te worden beloond met het vertrouwen van de financiële markten.’

De pijn wordt verdeeld?

‘Ja, maar alles is relatief. Lagere inkomens worden vooral geraakt door de stijgende kosten. Ze kunnen ineens geen boodschappen meer doen. De middeninkomens worden hard geraakt door de stijgende hypotheken en lagere huizenprijzen. Zolang je je huis niet hoeft te verkopen, is dat laatste geen probleem. Maar als je je baan verliest of gaat scheiden, kom je in de problemen.

De belastingverhoging werkt vrij subtiel. Het gaat voor het grootste deel om het bevriezen van de belastingschijven. Mensen hebben niet door wat dat voor hen betekent, tot ze hun belastingaanslag zien. Ze worden echt van alle kanten gepakt. Het zal tot reële inkomstendalingen leiden van 7 of 8%. Dat is echt ongekend. Het wordt echt een bange tijd voor de meeste mensen.’

Over bange tijd gesproken: u houdt zich de laatste jaren vooral bezig met de economische gevolgen van de klimaatverandering. Recent werd het klimaatcongres in Egypte afgesloten. Bent u tevreden over de bereikte akkoorden?

‘Absoluut niet. Het was opnieuw een congres van gemiste kansen. Er werd hoog opgegeven van een akkoord om eilanden te compenseren die verdwijnen als gevolg van de stijgende zeespiegel, maar men had natuurlijk veel verder moeten gaan. Ik had graag gezien dat een totaal moratorium was afgekondigd op het winnen van fossiele brandstoffen. Want dat is het soort dramatische beslissingen dat moet worden genomen.’

Maar daarover is niet eens gediscussieerd?

‘Dat wel, maar de lobby van de olieconcerns is veel te sterk. Veel sterker in ieder geval dan die van de duurzame energie. We leven in een absurde wereld. Wereldwijd wordt 6 tot 7% van het nationale inkomen besteed aan subsidies voor fossiele brandstoffen. Dat is een veelvoud van de subsidies voor duurzame energie. Maar niemand praat erover.

Alle problemen worden vooruitgeschoven. Dat is al jaren het geval. De Nederlandse boeren klagen over het stikstofbeleid. In plaats van een strategische discussie daarover te voeren, krijgt iedere boer waarschijnlijk enkele miljoenen toegeschoven om hem rustig te houden. Zo gaat het met alles.’

Uitstel wordt misschien gezien als mogelijk afstel?

‘Ja, maar dat is echt een illusie. Het klimaatprobleem is groot en wordt elk jaar dat we niet met echte oplossingen komen groter. Er wordt nu veel gediscussieerd over immigratie. Mensen denken dat het een enorm probleem is, maar het is niets vergeleken met de tsunami aan immigranten die ons te wachten staat als gevolg van klimaatverandering. We zien het weer steeds extremer worden. Het is niet alleen nadelig. In Zuid-Limburg kun je bijvoorbeeld nu hele aardige wijn produceren.

Maar de droogte in Jemen betekent dat steeds meer mensen daar migreren naar minder hete gebieden. Het is slechts een kwestie van tijd voordat ze de overstap naar Europa zullen maken. En ik begrijp dat. In hun situatie zou ik hetzelfde doen. Maar het is een probleem waar geen aandacht aan wordt besteed. En het wordt een enorm probleem. De huidige druppelstroom van migranten is niets vergeleken met de tsunami van immigranten die ons te wachten staat als er niets wordt gedaan aan de klimaatverandering.

Door beslissingen uit te stellen, wordt het een probleem van iemand anders, is de veronderstelling van zwakke politieke leiders als Mark Rutte. Het betekent wel dat er al bijna twaalf jaar niets is gedaan rond het milieuprobleem. Dat verwijt ik hem. Het gaat er in de politiek niet om te doen wat mensen willen, maar om noodzakelijke beslissingen uit leggen aan de kiezers. Dat konden echte leiders als Barack Obama en Ronald Reagan, en Ruud Lubbers en Wim Kok in Nederland. Iedereen heeft veel kritiek op de huidige Amerikaanse president Joe Biden, maar die toont juist wel leiderschap. Er worden in de Verenigde Staten op dit moment in elk geval belangrijke discussies gevoerd.’

Geldt dat alleen voor het klimaat?

‘Welnee. Het is cruciaal om geopolitieke discussies centraal te stellen. Iedereen praat nu over energie, maar nog niet zo lang geleden gaven we het Russische Gazprom een belang van 60% in de mede door ons land aangelegde gasrotonde. Daarmee financierden we wel een oorlog voor de fascistische en expansionistische dictator die Vladimir Poetin is.

En daar houdt het niet op. Met de stijgende behoefte aan batterijen is er een enorme vraag naar bijvoorbeeld lithium en zeldzame aardmaterialen ontstaan. Het aanbod van die grondstoffen wordt vrijwel helemaal gecontroleerd door China. Maar daar hoor ik niemand over praten in Den Haag.’

Misschien tijd voor een terugkeer in de politiek?

‘Absoluut niet. Die tijd heb ik gehad. Ik ben ook veel te druk met mijn diverse adviseursrollen, onder andere bij de Wereldbank. Daar kan ik in ieder geval aandacht vragen voor de onderwerpen die er in mijn ogen toe doen.’

 

Rick van der Ploeg

Rick van der Ploeg (1956) promoveerde in 1981 aan de University of Cambridge. Hij was later Hoogleraar Economie aan onder meer de Universiteit van Tilburg en de London School of Economics and Political Science. In de jaren negentig zat hij in de Tweede Kamer voor de Partij van de Arbeid, waarna hij van 1998 tot 2002 Staatssecretaris was voor Cultuur en Media. Tegenwoordig doceert Van der Ploeg aan de University of Oxford en deeltijds aan de Universiteit van Amsterdam. Daarnaast is hij Adviseur van onder andere de Wereldbank.

Attachments